Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
2 dagen geleden
Het KLM Open 2025 was niet alleen een toernooi vol topsport, maar ook een treffend voorbeeld van hoe zichtbaar en relevant de NVGJ inmiddels is in de golfwereld. Talloze leden waren actief betrokken bij de verslaggeving, productie of organisatie — een indrukwekkende bezetting waar je u tegen zegt.
Van radio tot televisie, van print tot fotografie: NVGJ'ers waren op vrijwel elk mediapunt aanwezig. Denk aan Andy Houtkamp, Martijn Paehlig, Igor Bennik, Eric Korver, Marcel Maijer, Robbert Meeder en Anton Kuijntjes voor de radio. Voor de televisie zagen we Arjan Kerssies en Jeroen van Leeuwen namens Ziggo, met natuurlijk ook ons erelid Robert-Jan Derksen als vaste analist.
Voor print en online werkten Ralph Blijlevens (AD/Tubantia) en Foeke Collet en Martijn Paehlig (Golfers Magazine) aan scherpe duiding. Jan Kok en vermoedelijk ook Edwin Vermaas legden het toernooi vast met hun lens. Vanuit de NGF werkte Stef Swagers achter de schermen mee, en bij de NOS draaide Ragnar Niemeijer mee. Simon Keijzer deed zoals altijd het licht uit. Paul Mansoor hield als marshal de orde op hole 6. En dan waren er ook nog oud-leden als Gerard Louter, Sietse Herrema en Daan Slooter op het terrein te vinden.
Kortom: de NVGJ was alomtegenwoordig. En dat maakte maar weer eens duidelijk: als Vereniging van Golfspelende Journalisten zijn we niet alleen liefhebbers, maar ook relevante spelers in het medialandschap van golf.
Jan Kok vroegen we om zijn beste plaatjes van het KLM Open, maar hij kon niet kiezen, vertelde hij. Daarom hieronder een hele bloemlezing van zijn prachtige werk!
Bedankt, Jan!
De voorspellingen waren zo dramatisch dat Cara de dag voorafgaand de matchplay match belde om te checken of we wel moesten gaan. Het werd een go. Op Cara’s thuisbaan de Waterlandse scheen de zon in de ochtend. Dat was positief. Cara was positief en vrolijk. Ze speelde van geel. En hoe. Vaak lagen haar afslagen verder dan mijn vermoeide pogingen. Vermoeid, ja dat is de samenvatting van mijn spel. Een klein pijntje in de bil is een vermoeide tred geworden. Strompelen dus. En pijnscheuten bij iedere slag. Cara sloeg recht en ver. Ik in het hoge gras met strafballen tot gevolg. De achterstand ging snel naar niet meer in te halen. Het weer werd slechter en na 13 zijn we teruggegaan. Bijna droog. Ik afgegaan. 1 hole gewonnen. Nu langdurig pauze en niet meer spelen. Hup Cara, je was de beste.
Het woord van vandaag : ENERGIE Energie: de zon en wind vertaalde dit naar paraplu's op onze golfkarren die vervolgens zeeeer regelmatig door de wind omgeblazen werden, te lachwekkend ( wat doen we verkeerd?) Energie: heb je ook nodig in je lijf om een goede golfswing te kunnen maken. Helaas Pamela had op een avontuurlijke vakantie simpel met een teen tussen de deur gezeten: net een paar dagen weer schoenen aan en aan de asperines om vandaag een beetje te kunnen lopen. Ik ben een beetje te fanatiek met golfen en met mijn hypermobiliteit geeft dat weer heupproblemen.( hup wat paracetamol erin) Je begrijpt het al de lamme en de blinde liepen, wel heel gezellig, rond op de mooie golfbaan van Landgoed Bergvliet. Over onze scores zullen we het dus maar niet hebben, ballen zoeken was een terugkerend onderdeel, dat zegt genoeg. Toch komt kwaliteit altijd boven drijven en dan kijk ik met bewondering naar een prachtige approach van Pamela naar de green. Op enig moment was de energie echt op en lonkte het terras dus de laatste holes hebben we niet meer uitgespeeld. Gezellig nog een hapje gegeten met wel genoeg "praat" energie om elkaar weer wat beter te leren kennen: we hebben elkaar echt ontmoet!
Was dat een voorbode van wat komen ging? Frank stond voor mij op de driving range, sloeg prachtige ballen. Maar niet allemaal recht. Ik wist niet eens dat de trackman het kon melden bij ons, op Zeegersloot in Aplhen aan den Rijn: ‘Out of Bounce’, met een rood kruis op het scherm. Heel ver rechts over het hek, richting de provinciale weg. Ik sloeg mijn ballen veel minder ver, 160, 170 meter hooguit, maar wel rechtdoor. Zou het dan toch goedkomen vandaag, dacht ik even. Want vooraf schatte ik mijn kansen niet heel hoog in, zeker met het dramatische rondje in Dronten in gedachten. Wij speelden onze partij in de eerste ronde pas op 17 juni, enkele dagen na de deadline vanwege langdurig blessure leed van Frank. Het was goedgekeurd door Louis, de baas van de Matchplay competitie zelf. Voordeel: we zaten beiden tot ver in juni in de winnersronde. We hadden ons goed voorbereid, zelfs Frank die dat eigenlijk nooit doet, zei hij: hij gaat gewoon de baan in en doet zijn best. Maar getriggerd door de scorekaarten en handicaptabellen die ik mailde, met de uitleg dat als ik van blauw speelde, en hij – zoals ik aannam – van geel, ik evengoed nog zes slagen meekreeg. Hij met handicap 14.9 (ooit 10), ik met 25.7, hij met talent of minimaal aanleg, ik hooguit met enthousiasme. Even had hij overwogen om van wit te spelen, vertelde hij bij de koffie. Waarom hij dat niet gedaan heeft weet ik niet meer, maar de boodschap was natuurlijk wel duidelijk. Net als toen hij vertelde dat hij regelmatig met vrienden speelde met handicap 25 en hij zich soms afvroeg bij sommige ballen: wat is er dan nog leuk aan golf? Mijn handicap is 25.7. Ik denk dat hij het zich op dat moment niet eens realiseerde. Die vrienden legden hem uit dat ze het gewoon leuk vonden om een rondje te lopen, lekker buiten en dat ze genoten van de ballen die wél goed gingen. Geen slechte verklaring. Par, par, par, par Nog een relevante mededeling van Frank. Tijdens zijn beste rondje ooit ging hij met 79 slagen rond. Allemaal parren en een bogey (hmm, klopt dat wel? ). Ik moest daar aan denken na de eerste paar holes: par, par, par, par, double bogey, par. Allemaal van Frank. Op hole 2, de moeilijkste van de baan, vanwege de lengte: meer dan 200 meter met de houten drie, nog 150 met een zes (denk ik), comfortabel op de green, twee puttjes. Par, dus. Ik had hier een slag mee, maar met een 6 (toch 2 punten) heb je daar niets aan. Onderweg hadden wij het over dingen. Onder meer over Zuid-Afrika waar de familie Huiges (man, vrouw, dochter Malu, Hawaiians voor ‘golf’, van ‘wave’) in de buurt van Kaapstad een huis hebben en daar drie maanden per jaar verbleven. Tot nu, want de dochter, 15, wil dit jaar serieus aandacht besteden aan school (VWO+), dus heeft even geen tijd om naar Zuid-Afrika te gaan. Over een paar jaar weer. We spraken onderweg dus over golfbanen, wine estates, het leven in Zuid-Afrika, waar ik (tijdens mijn inmiddels pakweg twintig rondreizen – min of meer werk - geweest ben), en hadden het naar ons zin. Frank iets meer dan ik. Af en toe halfden we een hole, omdat Frank was gestopt met alleen maar parren te spelen en ik iets meer meedeed. Dat deed ik trouwens best oké: na die eerste vier parren van Frank had ik evengoed 7 stableford punten, al stond ik wel 4 down. Na 9 holes was het 5 down. We liepen door naar de tweede lus en kletsten alsof er niets aan de hand was. Toch nog spannend? Hole 10 halfden we, omdat ik een slag kreeg. Hole 11 en 12 (geen slag) won ik. Van de weeromstuit hole 13 ook en opeens was het nog maar 2 up. Geen parren meer van Frank, soms zelfs iets wat op een misser leek, iets degelijker spel van mij. ‘Dan ga je toch even opletten’, zei Frank later. Na een half op 15 (beiden een bogey) verloor ik alsnog 16 en was de partij gespeeld: 3 up, 2 te gaan. ‘Het had veel erger kunnen zijn’, appte ik Louis, die zat te wachten op de uitslag: ‘Vijf down bij de turn. 3&2 voelde ook een beetje als een overwinning’. Hij vond dat een positieve kijk op de zaak. Of ik wel wilde meedoen aan de verliezersronde? Tuurlijk! Frank en ik dronken nog bier op het terras en hadden het over zijn werk (Kassa, nu in dienst), over Iran, asielzoekers, over nog heel wat andere dingen, zoals over de banen waar we allemaal spelen met de NVGJ - wat we allemaal niet krijgen voor die 65 of 70 euro. Frank bleek 36 punten te hebben gescoord, zakte naar 14.7, ik 33, bleef op hetzelfde niveau als van zijn vrienden. We waren allebei tevreden. En hebben elkaar op een aangename manier een stuk beter leren kennen.
Pim Donkersloot wint op de Zaanse met 2 up van William Wollring. Het was een gezellig foutenfestival.
Nee, het was niet de verlammende gedachte dat ik de volgende ronde tegen Martijn zou moeten spelen, ook niet de mentale klap van mijn rap naderende pensioenleeftijd. Nee, het was het degelijke spel van Annette dat de doorslag gaf in onze matchplaywedstrijd op de Goyer. Als iemand handicap 18 heeft op de waterrijke Zaanse, weet je één ding zeker: die slaat een rechte bal. En zo gebeurde op een zonovergoten baan. Annette was super degelijk vanaf de tee, prikte haar houtjes van de fairway recht vooruit, chipte alles netjes in de buurt van de vlag en wist zo de handvol extra slagen die ze kreeg op één na (gehalved) keurig te verzilveren. Een zeer gezellige ronde met een terechte winnares waar Martijn nog een hele kluif aan zal krijgen!
Kortgeleden beleefde ik een bedenkelijke primeur door het Kostertje te mogen ophalen van de prijzentafel. Voorgaande jaren kwam ik altijd wel leuk mee in de B-categorie, met elk jaar wel de finale meespelend in Nunspeet, maar sinds ik het advies opvolgde van een niet nader te noemen bestuurslid en ik les nam bij de lokale pro, is het helemaal mis. Gestaag dalende nadicap en uitslagen om van te huilen. Op de Houtrak ging het afgelopen dinsdag niet veel anders. En hoe graag ik ook Jeroen alle credits zou geven voor zijn geweldige spel, ik was de slechtste van ons tweeën. Mijn enige par viel toen ik de strijd al had moeten staken en vervolgens - geheel van de stress bevrijd - een keurige par maakte op de moeilijkste hole. De nazit was eigenlijk het meest interessante deel van de dag. We bleken dezelfde studie te hebben gevolgd aan dezelfde universiteit. Over de huidige politieke situatie konden we het tijdens de bitterballen en het bier wel eens zijn: we hebben een zakenkabinet nodig. Weg met alle opportunisten en politieke onbenullen. Aan de slag! En dat laatste geldt ook voor mij.