Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
17.04.2023
Golfen? Dat was ver van ons bed en eigenlijk ‘not done’ een elitesport. En dan die ruiten broeken die die golfers droegen. Nee, dat gaan we niet doen. We tennisten met veel plezier, gemengd dubbel met vrienden, in de Alkmaarder Hout. Jan elke week fanatiek tegen een vriend in een sporthal in Limmen. Aan de manier waarop hij bij thuiskomst de sleutel in het slot stak kon ik steevast aflezen of hij gewonnen of verloren had.
Totdat Jan last van zijn knie kreeg. En totdat vrienden om ons heen steeds enthousiastere verhalen vertelden over hun golfprestaties. Vooruit, laten we het proberen. Ik als eerste, Jan een half jaar later. Was het in ’94 of ’95? Dat weet ik niet meer. Lang geleden lijkt het, maar dankzij het feit dat Ger mij vroeg mee te doen aan de estafette komt alles weer boven. Wat een mooie tijd was dat! En wat hebben we er samen ontzettend veel plezier aan beleefd. Net zoals bij tennis was Jan veel beter dan ik, maar matchplay bracht de oplossing.
Eenmaal gegrepen waren we bijna elk weekend en op mooie zomeravonden op Sluispolder te vinden. Onze kinderen waren de deur uit, anders hadden we ze nooit zoveel uren alleen willen laten. Ik herinner me een golfweekje in Tunesië, en een paar jaar later een reis met de auto naar Ierland, spullen achterin. Veertien dagen alleen maar mooi weer en golfbanen waar niemand was en waar je geld in een sigarendoosje moest doen. Op een fantastische baan aan de westkust sloeg Jan op een par-3 de bal over een diepliggend struikgewas op 3 centimeter van de hole. De man achter ons uitte na afloop in het clubhuis zijn diepe bewondering en we hadden een leuk gesprek. Ik dacht nog, gek dat je zo iemand één keer ontmoet en daarna nooit meer spreekt…
Een week later kwamen we hem tegen aan de andere kant van het eiland, op zijn home course bij Dublin. Hoeveel leden hebben jullie? ‘300 male members’ was het antwoord. Een enkele vrouw. Ik werd dan ook verwezen naar een aparte vrouwenzaal in het clubhuis. Maar daar was niemand. Dus voegde ik mij bij de heren, klaar voor de uitslag van de herenmiddag. ‘Dear lady and gentlemen’, begon de voorzitter, tot hilariteit van de zaal. Bij een doodstille baan in de buurt van Orleans werden vier vlaggen gehesen. Een Franse, Japanse, Engelse en een Nederlandse. Eigenaren waren Franse en Japanse vrijmetselaars. En ja, er speelden vandaag een Engels en een Nederlands stel.
Op Sluispolder organiseerde ik in 1996 ook het eerste Nieuwspoort Golftoernooi, wat een jarenlange traditie zou worden. Die dag in oktober met het aller slechtste weer dat je je kunt bedenken, harde wind en stromende regen. Gelukkig konden we het in 1999 nog een keer overdoen met iets meer zonneschijn. Commissaris van de Koningin Relus ter Beek nam sindsdien de organisatie over op de Gelpenberg in Drenthe, maar na zijn overlijden was het nooit meer hetzelfde en hield het na verloop van tijd op.
Ondertussen was ik lid geworden van de NVGJ. Ik las in ‘De Journalist’ over een golfclub voor journalisten, met Charles Taylor. Nietsvermoedend van het hoge spelniveau vroeg ik Charles, die ik op Sluispolder tegenkwam, of ik lid mocht worden. Als een van de eerste vrouwen bleek later. Ik deed voor het eerst mee op een baan in Zuid-Limburg. Ruud Onstein deelde me in bij Henk J. Meijer. Dat was een test, bekende hij achteraf, als ik met Henk samen kon spelen zou ik bij de NVGJ passen. Henk, met pijp, bleek een bijzondere man. Die keer speelde hij na ongeveer elke bal een provisional. Later reed ik met gevaar voor eigen leven met hem mee naar Hardelot, via de binnenstad van Oostende, waar hij iets moest kopen wat je nergens anders kon vinden. Ik weet helaas niet meer wat het was.
Heerlijke herinneringen met de NVGJ buitelen over elkaar heen, te veel om op te noemen. De Keppelse, elk jaar weer een festijn. Een aantal luxe reisjes. Naar Portugal, waar Jan ook mee was en als Jan Groen een prijs won (hij heet van der Velden), waar Stan Klaren tot grote hilariteit steeds hetzelfde deuntje zong. Naar Turkije, waar ik hartstikke ziek werd, naar Tsjechië, waar we in Praag onthaald werden en waar iets was met een onderscheiding, het beeld zie ik fotografisch voor me, maar de inhoud komt niet boven (weet iemand dat nog precies?). Met Charles en Lia in Duitsland, bij de Dom van Keulen, een heel gezellig weekend, georganiseerd door Evelien Jiskoot. Eindejaars- en andere diners met de slappe lach bij de Prins Bernhard-act van Andreas van der Schaaf. Minder was dat ik, wachtend op het vliegtuig naar Antalya, verdiept was in een boek en omkijkend de hele groep verdwenen bleek te zijn. In de hal erachter ook niemand te zien. In grote verwarring heb ik het halve vliegveld overgerend om uiteindelijk net op tijd in te stappen.
Een veel dieper ingrijpende gebeurtenis was het overlijden op de 9e hole van Sluispolder van Joop van der Flier, met wie ik die dag matchplay speelde. Twee verpleegkundigen achter ons belden 112, binnen acht minuten arriveerden er twee ambulances. Het mocht niet baten. Sindsdien golf ik nooit meer zonder mobiel. En gedenk ik Joop altijd op die plek.
Prijzen heb ik zelden gewonnen. Een keer een shirtje op Ameland en een keer een enorme fles whisky op de PAN. Geruild met Anneke Bakker, die veel van whisky houdt en zelf een prachtige herengolftas had gewonnen, maar ze had al zoveel tassen. Er rustte geen zegen op, want de tas werd later gestolen uit onze auto. Aleid Kemper heeft nog gezocht op Marktplaats.
‘Elkaar een leuke dag bezorgen’, de lijfspreuk van de NVGJ werd ook de titel van het boekje dat Madelon Barenbrug, Paul Mansoor en ik met ontzettend veel plezier hebben gemaakt. Sterke verhalen bij het 15-jarig bestaan. Nu zijn we al bijna bij de dertig! En het plezier elkaar te zien is er nog steeds. Het warme bad van de NVGJ. De laatste zes jaar heb ik wegens de ziekte van Jan helaas vaak verstek moeten laten gaan. Na Sluispolder zijn we lid geworden van de Amsterdamse Old Course waar we nog een paar jaar samen hebben gespeeld. Echt een baantje voor jou, zei Pieter Landman ooit tegen me. Niet voor long Hitters. Inderdaad, ik sla nog steeds recht, maar nog altijd niet ver!
Aleid Kemper, Carien van Beek en Anneke Groen op de Eindejaarsavond van 2016
We gaan met de NVGJ terug naar De Goyer. Terug naar die baan die bij iedereen in het geheugen gegrift staat: waar ooit een slagboom naast lag en wij dat dagdeel het enige gezelschap waren. Niemand heeft ooit schuld bekend, al vond het bestuur destijds dat we de helft van de kosten moesten dragen. Zo gaat dat bij ons.
Ze zijn onderhand allemaal weer thuis. Een mooie ervaring rijker, soms een illusie armer. De surprisereis kende inderdaad enkele mooie verrassingen. Maar net als met golf: niet elke slag is raak. Zeker niet op een beest van een baan als La Galiana of de derde achtereenvolgende golfdag in combinatie met greens die het slechtste in je naar boven halen. Lees mee! Zestien uit Nederland aanvliegende golfers en vier die al een deel van het jaar in Spanje wonen; allemaal in afwachting van het moois dat deze nieuwe NVGJ-golfreis hen zal brengen. Ze komen om te golfen, maar dat gaat gepaard met gezelligheid, humor en zelfspot over soms magere wedstrijdresultaten. Maar ook goede gesprekken en - overdenkingen. Want het leven in Spanje is goed ... je zou hier - in de winter - prima kunnen wonen ... Grenzend aan onbegrepen klein en groter leed is de vaststelling - al op de eerste golfdag - dat sommigen ineens niet meer kunnen putten. ,,Met twee slagen op de green en met vier puts eraf. Hoe kan dat nu?'' Of; ,,die greens zijn gewoon niet te lezen. Hoe dan?'' Ook: ,,Ik raakte de bal amper aan en dan ligt 'ie toch ineens verder dan van waar ik begon.'' Erger: ,,Ik heb vandaag écht geen bal geraakt. Nog nooit zó slecht gespeeld.'' Hoogste score Wie die ervaringsdeskundigen waren, dat laten we in het midden, want iedereen had verdeeld op drie speeldagen wel een gelijke ervaring. De NVGJ speelde twee keer gecombineerd drie lussen op La Sella en de 18-holes bergbaan La Galiana. La Sella dit najaar nog host van de European Ladies Tour en La Galiana het beste te omschrijven als 'een beest van een baan'. Vaker smalle fairways, maar weinig meters vlak en dan loopt de baan ook nog eens af. Buggies moesten te vaak op het pad naast de baan blijven. Met verhoogde afslagplaatsen en sterk aflopende fairways en greens is het een aanslag op je conditie. ,,Misschien iets te moeilijk voor de meesten'', constateren we later in het clubhuis. Toch werd uitgerekend op La Galiana de hoogste score behaald. Sponsor Eric Venghaus putte 36 stablefordjes. ,,Ik speelde vandaag onbevangen. Ik zag die baan wel liggen in het dal en dacht ook meteen: Onmogelijk! Maar oké, gewoon spelen; we zien wel.'' Reis- en wedstrijdleider Ger Laan zag dat het goed was. Al speelde hij zelf met gemengde gevoelens. ,,Ik krijg idioot veel slagen mee. Dat komt omdat mijn handicap zo is gestegen de laatste tijd. En dan speel je jezelf ineens dik in de punten. Ik schaam me dood'', was zijn reactie. Overall winnaar Zijn hoge handicap leidde indirect tot overall winnaar met opgeteld 81 stablefordpunten . Met als podiums een derde plaats op La Galiana (29 punten) en een tweede plaats op de tweede en laatste dag op La Sella (27 punten). Ook Marijke Brouwers speelde weer zo constant als een Zwitsers uurwerk met 27 punten op de eeste dag op La Sella (3e) en tweede op La Galiana met 31 punten. Er wrong zich nog een andere vaste waarde tussen de eindranking: sponsor Jolanda Swart. Zij werd tweede met 79 punten. Dat was vooral te danken aan haar dagwinst op de tweede speeldag op La Sella met 31 punten. Saillant detail is dat ze die hoogste score combineerde met caddiën voor flightgenote Janneke Koster, die tot haar eigen verbazing ook nog een par sloeg. Vermeldenswaardig zijn ook de dagwinst van Henk Koster op dag één op La Sella en de derde plaats van Eric Dercksen op de laatste dag op La Sella (26 punten). Er werden nog twee birdies gescoord door 'gasten' George Baars en Ronald van Zanten. Het waren vier heerlijke dagen golfen in redelijk goed weer, good food & drinks in een prima sfeer en met hele prettige reisgenoten. Met dank aan Hans Terol, die er overigens zelf niet bij was en onze Spaans sprekende reisleider Ger Laan. Vliegen Maar dan komt ook weer het moment dat je moet terugvliegen. En helaas is dat met Transavia. Op de heenreis vanaf Amsterdam 's ochtends al bijna 1,5 uur vertraging en nu 's avonds 3 uur vertraging op Alicante. Meer dan een halve dag van mijn verjaardag (67; pensioen!) doorgebracht op mogelijk het vreselijkste vliegveld in Europa! Over vliegen met Transavia gesproken. Wat een armoede, wat een flutmaatschappij. Pakweg driekwart vliegt - extra betaald - priority. Kunnen ze ieder een extra stuk bagage meenemen aan boord. Als je niet meegaat in deze vorm van zakkenrollen (100 euro extra p.p.) voor priority, dan vind je uitpuilende bagagevakken boven je stoel als je als C-klasse het vliegtuig binnenstapt. Controle op maximale afmeting of gewicht is nul. Interesseert Transavia geen reet. ''Ken ik effe vanghu''. Om 23.10 wensen twee van die groen-donkerblauwe luchtzussen ons zonder blikken of blozen een 'goede avond' en 'zeggen: welkom aan boord'. Hoezo 'avond'? Het is zo goed als nacht. Transavia je bent gewoon drie uur te laat. Wéér te laat. Neanderthaler En dan sommige passagiers. Je kunt flinke pech hebben. Voor mij op stoel 20C zit een Neanderthaler; type Fred Flinstone. Groot, vierkant hoofd met een kop ongewassen haar. Stinken! Mogelijk een tijdje geleden voor het laatst gewassen met hele goedkope, ranzige shampoo of met dierlijk vet. Dat is duidelijk gaan gisten en het vet op zijn hoofdhuid is gaan schiften. Zoiets. Bij de eerste mogelijkheid gooit hij de rugleuning achterover. Zijn vieze, smerige pruik boven mijn neus. Na drie keer gevraagd te hebben of hij 'die viezigheid uit mijn gezicht wil halen', weet ik: laat maar. En weer gaat de rugleuning naar achteren. Alicante is aanvliegplaats voor camping Benidorm, vertel ik mijzelf. Vervolgens kom je 's nachts aan op Schiphol op een verlaten D-pier. In de verte zien we de verlichting van het luchthavengebouw. Is ook nog één van de loopbanden stuk. Bagage ophalen in hal 3, dan naar de uitgang; dus de hele luchthaven over. Compleet gesloopt stap ik in de taxi die gelukkig wel op tijd is. Als we eindelijk 's nachts om 3 uur thuis zijn denk je toch: kunnen we volgende keer niet met de auto of de bus? Of met de boot ...
Zo'n 20 leden van de NVGJ familie (met aanhang) genieten momenteel van de surprisereis in het Denia Marriot Golfresort & Spa tussen Valencia en Alicante in Spanje. Henk Koster stuurde ondermeer deze foto waarop Marijke, Dea, Janneke en Jolanda (vlnr) op staan. Marijke en Roderik bezochten op weg naar Denia een Spaanse poppenfabriek, waar bijzondere 'newborn' poppen gemaakt worden. Deze poppen lijken net echte baby's. Op verzoek werd de door hen voor een kleindochter gekochte babypop getoond en meteen als echte baby gekoesterd..
Ons gewaardeerd bestuurslid en fantastische fotografe Hélène heeft een schitterend boek gemaakt met foto's en teksten van het Team Para/Atletiek. Al jaren is zij verbonden als fotograaf aan dit team en reisde met hen de hele wereld over naar WK's en Olympische Spelen om de meest prachtige foto's te maken. Dat heeft geresulteerd in een indrukwekkend fotoboek met bijzondere teksten over het ontstaan van het Team, verhalen over wat de atleten hebben moeten doormaken en hoe keihard er getraind wordt. En hoe zwaar de weg naar succes was. Wat de atleten in hun kinderjaren hebben moeten horen tart ieders verbeelding: 'Kun jij dat wel?', 'Je mag niet alleen in een kano en je krijgt ook geen peddel want dat kun je toch niet', 'jij kan geen veterstrikdiploma halen', en meer van dat soort kwalijke opmerkingen. Dit boek gaat over nooit opgeven, of zoals atleet Fleur Schouten zei: 'Never ever, ever, ever give up. Titel van het boek: No Excuses, de spijker op zijn kop.
Tijdens de jaarlijkse slotavond van de Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten (NVGJ) is de Golfpersprijs 2025 uitgereikt aan Niels Hooft. Hij ontving de prijs voor zijn bijdrage aan de golfjournalistiek door zijn talloze video's op Youtube en social media.
De slotavond van de NVGJ had alles: spanning, drama en een flinke dosis Murphy’s Law. In de A-categorie kroonde Foeke Collet zich tot tweevoudig kampioen van de Charles Taylor trofee. Halverwege de ronde ging hij nog languit op de grond liggen na een lullig chipje waarbij het in zijn rug schoot. Toch sprokkelde hij onverstoorbaar 36 punten bij elkaar. Mr. 34-35-36 zat dit keer aan de hoge kant. “Never underestimate the injured man,” bleek het motto van de avond.