Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
17.12.2020
Het EMGJ Team van 2011, Porto Santo
Dankjewel, Anna, voor het Estafettestokje. Vele malen hebben wij op onze NVGJ- reizen een kamer gedeeld, heel gezellig! Dank daarvoor! Dat er nog vele reizen mogen volgen! Nu al zin in!
Hoe het begon…
‘Nou… handicap 36 zit er wel in!’ Ai! Dat was de derde dreun die dag! Uitgedeeld door mijn toenmalige pro. De eerste kwam al helemaal in het begin van de (zoveelste) les. Ik stond keurig bij de drivingrange te wachten op mijn pro met mijn mandje ballen en de gehuurde stokken. Daar kwam hij aan: ‘We zijn al lekker ingeslagen zie ik!!!’ Oeps, dat was nummer één. De tweede kwam niet veel later: ‘Hebben we nog een beetje geoefend deze week?’
Cynischer kon bijna niet, want hij wist ook wel dat dat niet het geval was. Tenslotte, op mijn vraag of ik het ooit zou leren, kwam dan ‘Nou, handicap 36 zit er wel in’. Oeps. Streng tot mijzelf: Van den Heuvel, dat moet beter! Vanaf dat moment ging de knop om, ik werd fanatiek: oefenen, oefenen, oefenen. Helaas is het nooit beter geworden dan 23,2 en dat is het ook al niet meer!
We schrijven december 1997. Ik liep een beetje met mijn ziel onder de arm. Een vriendin raadde mij aan te gaan golfen. Nooit aan gedacht. Ze had er nog een advies bij, Crailo in Hilversum zou een leuke, laagdrempelige baan zijn. Tegenwoordig is Crailo opgegaan in Spandersbosch, dat er toentertijd naast lag. Ik meldde mij voor lessen in de shop. Helaas waren alle groepslessen al in september begonnen, dus er zat niets anders op dan privélessen te boeken. Iedere zaterdag een lesje tot na een aantal weken bovenstaande zich afspeelde.
Na nog een paar maanden (!) vroeg iemand in de club of ik nog geen baanpermissie had. Nee, nooit over gehad. Navraag bij de pro leerde dat dat geen enkel probleem was. Ik kon zo de baan in. Jammer toch dat hij mij dat niet eerder had laten weten. Toen begon het serieuzere werk, zondagwedstrijden, maandag inloopwedstrijden, woensdagavond nog meer wedstrijden. Inmiddels is het september en krijg ik de vraag of ik nog geen GVB heb. Nee, ook dat niet. Weer naar de pro. Ja hoor, je kunt zo op voor je examen. Al die privélessen op zaterdag waren voor hem natuurlijk wel lucratief!
In Purmerend moest eerst de theorie gehaald worden alvorens je de baan in mocht. Dat lukte. Met nog een kandidaat en een examinator op voor de praktijk. In die tijd moest je nog 4 holes spelen en een bepaald aantal punten halen. Na twee holes zei de examinator: ‘Je komt van Crailo is het niet? Dat is te zien. Het is goed hoor, ga jij maar terug naar het clubhuis. Ik heb nog nooit iemand op het GVB examen zien oplijnen!’ Al die gespeelde wedstrijden waren niet voor niets geweest!
Inmiddels was ik bij De Telegraaf Berthold van Wulfften Palthe (toen Tennis Magazine, ik zat bij Weekblad PRIVÉ) tegengekomen die mij voorstelde lid te worden van de NVGJ. Mijn ‘sollicitatie’ en de bijbehorende correspondentie tussen de heren van de toetsingscommissie (Ruud Onstein en Willem Leniger) ben ik later nog tegengekomen in de ordners. Als nieuwe secretaris van de vereniging krijg je héél veel ordners en uit nieuwsgierigheid ga je daar wel eens in bladeren. Willem Leniger was, op zijn zachtst gezegd, niet héél erg te spreken over ‘dat blaadje’. Mind you, er waren tijden dat we bijna 750.000 exemplaren wekelijks verkochten!
Na een fax van Willem Leniger aan Ruud Onstein — die ik uit discretie hier maar niet openbaar maak — werd ik aangenomen als lid.
Inmiddels maak ik al weer vele jaren onderdeel uit van deze prachtige vereniging. Tal van anekdotes schieten in mijn herinnering. Mooie wedstrijden op prachtige banen en schitterende surprisereizen. Mijn allereerste, met Corendon en Atilay Uslu (hij was nog maar net begonnen) naar Turkije staat mij nog helder voor de geest. Vooral het bezoek aan de burgemeester van Antalya (of Alanya?) met het voltallige gezelschap was een hoogtepunt. Als geste van vriendschap deed onze voorzitter Charles Taylor na zijn dankwoord zijn stropdas af (een van onze clubdassen, heus geen dure) en gaf die aan de burgervader. Die op zijn beurt wilde niet achterblijven en deed hetzelfde met zijn prachtige én peperdure zijden Hermès exemplaar! Dat was een beste ruil!
Ook weet ik nog dat wij, na het golfen, met zijn allen door een zeer toeristische goudsouk werden gejaagd waar wij van alle kanten werden bestookt met ‘aanbiedingen’! Het gemopper onder het journaille was niet van de lucht.
Na het tumultueuze EMGJ in Marbella (2009) waar de teams van Frankrijk en Italië tijdens het slotdiner en prijsuitreiking bijkans met elkaar op de vuist gingen vanwege onenigheid over de uitslag, heb ik het stokje van Cees van Drongelen overgenomen en werd captain van het Nederlandse team. Ook met dat team (steeds in wisselende samenstellingen) hebben wij vele mooie reizen gemaakt: Porto Santo, Winston Golf in Schwerin, het schitterende Borgo Egnazia in Puglia, waar Madonna de hele hut nog eens heeft afgehuurd voor haar verjaardag, de Royal Golf Club du Hainaut in Mons, België, GC Murhof in Steiermark, Oostenrijk, allemaal hoogtepunten.
Ik ben blij lid te zijn van deze heerlijke club en verheug mij er nu al op iedereen volgend jaar weer te zien. Ik wens jullie een mooi kerstfeest en proost op het nieuwe jaar! Blijf gezond!
Wij hebben nóg een mooie reis gemaakt (2007) met vele anekdotes: Marokko! De trefwoorden daar: het kleedje van Pim, het alcohol-loze diner en de bejaarde buikdanseres! Maar daarvoor geef ik het estafettestokje door aan Pim.
Mijn golftas met een bagage van clubs, handschoenen, ballen maar vooral herinneringen. Van iedere club weet ik nog precies waarop ik kon vertrouwen. Mijn King Cobra Driver 10.5 was mijn beste maatje. Mijn Scotty Cameron met daarop de tekst “Bedankt voor 10 mooie Belek-jaren. Jouw golfvrienden” Het balletje waarmee ik de enige hole-in-one heb geslagen. Nu zijn het alleen nog maar emotionele herinneringen. Daar kunnen criminelen gelukkig niet aankomen.
Van radio tot televisie, van print tot fotografie: NVGJ'ers waren op vrijwel elk mediapunt aanwezig van het KLM Open. Een korte terugblik op het toernooi met al het werk van de NVGJ-ers. Voorzien van fantastische foto's van ons lid, Jan Kok.
De voorspellingen waren zo dramatisch dat Cara de dag voorafgaand de matchplay match belde om te checken of we wel moesten gaan. Het werd een go. Op Cara’s thuisbaan de Waterlandse scheen de zon in de ochtend. Dat was positief. Cara was positief en vrolijk. Ze speelde van geel. En hoe. Vaak lagen haar afslagen verder dan mijn vermoeide pogingen. Vermoeid, ja dat is de samenvatting van mijn spel. Een klein pijntje in de bil is een vermoeide tred geworden. Strompelen dus. En pijnscheuten bij iedere slag. Cara sloeg recht en ver. Ik in het hoge gras met strafballen tot gevolg. De achterstand ging snel naar niet meer in te halen. Het weer werd slechter en na 13 zijn we teruggegaan. Bijna droog. Ik afgegaan. 1 hole gewonnen. Nu langdurig pauze en niet meer spelen. Hup Cara, je was de beste.
Het woord van vandaag : ENERGIE Energie: de zon en wind vertaalde dit naar paraplu's op onze golfkarren die vervolgens zeeeer regelmatig door de wind omgeblazen werden, te lachwekkend ( wat doen we verkeerd?) Energie: heb je ook nodig in je lijf om een goede golfswing te kunnen maken. Helaas Pamela had op een avontuurlijke vakantie simpel met een teen tussen de deur gezeten: net een paar dagen weer schoenen aan en aan de asperines om vandaag een beetje te kunnen lopen. Ik ben een beetje te fanatiek met golfen en met mijn hypermobiliteit geeft dat weer heupproblemen.( hup wat paracetamol erin) Je begrijpt het al de lamme en de blinde liepen, wel heel gezellig, rond op de mooie golfbaan van Landgoed Bergvliet. Over onze scores zullen we het dus maar niet hebben, ballen zoeken was een terugkerend onderdeel, dat zegt genoeg. Toch komt kwaliteit altijd boven drijven en dan kijk ik met bewondering naar een prachtige approach van Pamela naar de green. Op enig moment was de energie echt op en lonkte het terras dus de laatste holes hebben we niet meer uitgespeeld. Gezellig nog een hapje gegeten met wel genoeg "praat" energie om elkaar weer wat beter te leren kennen: we hebben elkaar echt ontmoet!
Was dat een voorbode van wat komen ging? Frank stond voor mij op de driving range, sloeg prachtige ballen. Maar niet allemaal recht. Ik wist niet eens dat de trackman het kon melden bij ons, op Zeegersloot in Aplhen aan den Rijn: ‘Out of Bounce’, met een rood kruis op het scherm. Heel ver rechts over het hek, richting de provinciale weg. Ik sloeg mijn ballen veel minder ver, 160, 170 meter hooguit, maar wel rechtdoor. Zou het dan toch goedkomen vandaag, dacht ik even. Want vooraf schatte ik mijn kansen niet heel hoog in, zeker met het dramatische rondje in Dronten in gedachten. Wij speelden onze partij in de eerste ronde pas op 17 juni, enkele dagen na de deadline vanwege langdurig blessure leed van Frank. Het was goedgekeurd door Louis, de baas van de Matchplay competitie zelf. Voordeel: we zaten beiden tot ver in juni in de winnersronde. We hadden ons goed voorbereid, zelfs Frank die dat eigenlijk nooit doet, zei hij: hij gaat gewoon de baan in en doet zijn best. Maar getriggerd door de scorekaarten en handicaptabellen die ik mailde, met de uitleg dat als ik van blauw speelde, en hij – zoals ik aannam – van geel, ik evengoed nog zes slagen meekreeg. Hij met handicap 14.9 (ooit 10), ik met 25.7, hij met talent of minimaal aanleg, ik hooguit met enthousiasme. Even had hij overwogen om van wit te spelen, vertelde hij bij de koffie. Waarom hij dat niet gedaan heeft weet ik niet meer, maar de boodschap was natuurlijk wel duidelijk. Net als toen hij vertelde dat hij regelmatig met vrienden speelde met handicap 25 en hij zich soms afvroeg bij sommige ballen: wat is er dan nog leuk aan golf? Mijn handicap is 25.7. Ik denk dat hij het zich op dat moment niet eens realiseerde. Die vrienden legden hem uit dat ze het gewoon leuk vonden om een rondje te lopen, lekker buiten en dat ze genoten van de ballen die wél goed gingen. Geen slechte verklaring. Par, par, par, par Nog een relevante mededeling van Frank. Tijdens zijn beste rondje ooit ging hij met 79 slagen rond. Allemaal parren en een bogey (hmm, klopt dat wel? ). Ik moest daar aan denken na de eerste paar holes: par, par, par, par, double bogey, par. Allemaal van Frank. Op hole 2, de moeilijkste van de baan, vanwege de lengte: meer dan 200 meter met de houten drie, nog 150 met een zes (denk ik), comfortabel op de green, twee puttjes. Par, dus. Ik had hier een slag mee, maar met een 6 (toch 2 punten) heb je daar niets aan. Onderweg hadden wij het over dingen. Onder meer over Zuid-Afrika waar de familie Huiges (man, vrouw, dochter Malu, Hawaiians voor ‘golf’, van ‘wave’) in de buurt van Kaapstad een huis hebben en daar drie maanden per jaar verbleven. Tot nu, want de dochter, 15, wil dit jaar serieus aandacht besteden aan school (VWO+), dus heeft even geen tijd om naar Zuid-Afrika te gaan. Over een paar jaar weer. We spraken onderweg dus over golfbanen, wine estates, het leven in Zuid-Afrika, waar ik (tijdens mijn inmiddels pakweg twintig rondreizen – min of meer werk - geweest ben), en hadden het naar ons zin. Frank iets meer dan ik. Af en toe halfden we een hole, omdat Frank was gestopt met alleen maar parren te spelen en ik iets meer meedeed. Dat deed ik trouwens best oké: na die eerste vier parren van Frank had ik evengoed 7 stableford punten, al stond ik wel 4 down. Na 9 holes was het 5 down. We liepen door naar de tweede lus en kletsten alsof er niets aan de hand was. Toch nog spannend? Hole 10 halfden we, omdat ik een slag kreeg. Hole 11 en 12 (geen slag) won ik. Van de weeromstuit hole 13 ook en opeens was het nog maar 2 up. Geen parren meer van Frank, soms zelfs iets wat op een misser leek, iets degelijker spel van mij. ‘Dan ga je toch even opletten’, zei Frank later. Na een half op 15 (beiden een bogey) verloor ik alsnog 16 en was de partij gespeeld: 3 up, 2 te gaan. ‘Het had veel erger kunnen zijn’, appte ik Louis, die zat te wachten op de uitslag: ‘Vijf down bij de turn. 3&2 voelde ook een beetje als een overwinning’. Hij vond dat een positieve kijk op de zaak. Of ik wel wilde meedoen aan de verliezersronde? Tuurlijk! Frank en ik dronken nog bier op het terras en hadden het over zijn werk (Kassa, nu in dienst), over Iran, asielzoekers, over nog heel wat andere dingen, zoals over de banen waar we allemaal spelen met de NVGJ - wat we allemaal niet krijgen voor die 65 of 70 euro. Frank bleek 36 punten te hebben gescoord, zakte naar 14.7, ik 33, bleef op hetzelfde niveau als van zijn vrienden. We waren allebei tevreden. En hebben elkaar op een aangename manier een stuk beter leren kennen.
Pim Donkersloot wint op de Zaanse met 2 up van William Wollring. Het was een gezellig foutenfestival.