Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
2 dagen geleden
In verband met het aantal deelnemers in relatie tot de beschikbare starttijden, is onze wedstrijd op de mooie baan van De Gelpenberg iets vervroegd, zodat iedereen mee kan doen. De eerste flight gaat nu om 11.40 (ipv 12.04) de baan in. Kom dus op tijd.
Weersverwachting: droog, aangename temperatuur. Door de regen van de afgelopen dagen zijn de fairways vast weer groener. Geen lunchpakket. Wel bonuspunten te verdienen.
Bekijk hier de startlijst
Ondanks dat ik dacht geen zenuwen te hebben, voelde ik toch de verwachting die op mij rust. De man met handicap +1,1 — die is niet te verslaan. Nou, dat was het vandaag verre van. Handicap 11 was beter. Het was dan ook écht op het nippertje vandaag, maar daarover later meer. Na drie dagen trainingsstage in Spanje was ik er klaar voor: mijn eerste matchplaywedstrijd van het jaar, tegen Harald Taylor — een en al gezelligheid. Altijd toch een beetje spannend. Het klinkt simpel met mijn handicap, maar tegen iemand met een playing handicap van 31 moet je toch opeens uitkijken. Rond 10 uur arriveerden we ongeveer tegelijk op Golfclub De Hoge Kleij, mijn thuisbaan — en wat ligt de baan er mooi bij. In het nieuwe clubhuis drinken we een kopje koffie, en zoals het een Taylor betaamt, is het meteen gezellig. En zo gaan we het ook aanpakken vandaag. Al kletsend op weg naar de eerste teebox, en al kletsend komen we uit op hole 19. We spelen allebei van geel vandaag. Lang zat, dacht ik bij mezelf (ik kwam toch wat vermoeid terug uit Spanje). Lekker briesje, gezellig gezelschap, Hollandse luchten en een baan in topconditie — wat wil je nog meer om de week te beginnen? Ik kan in ieder geval niets bedenken. Nou ja, misschien iets beter golf. Op hole 1 kom ik goed weg en sta direct 1 up — dat gebeurt ook op hole 2. Altijd fijn om na twee holes 2 up te staan. De zenuwen konden een beetje zakken. Vervolgens verlies en win ik een paar holes, en staan we gelijk na hole 9. Met soms mooie en soms ook mwah slagen, zullen we maar zeggen (zeker voor mijn mindset, die vond dat het allemaal wel wat beter had gekund). Die trainingsstage in Spanje... tja, misschien was dat ene biertje in de Spaanse zon er toch één te veel. Vanaf hole 10 gaat het iets beter, maar ook Harald weet zijn clubs steeds beter te vinden. Het blijft spannend, maar ik weet toch snel nog wat holes te pakken en bij hole 15 sta ik 4 up. Pfff, dat was hard werken. Nu rustig naar huis brengen. Op hole 15 maakt Harald een prachtige birdie (de enige van de dag ;-)). Hole 16 verlies ik ook. Oei, even opletten nu. Gelukkig weet ik hole 17 met een par af te sluiten, en Harald met een 5 (persoonlijke par), waardoor ik uiteindelijk met 2&1 win. Pffff. Dat was close. Ik heb vandaag echt heerlijk buiten gewandeld, in een prachtige omgeving, en heb Harald goed leren kennen — en hij mij. Maar over golf kunnen we het vanuit mijn kant beter niet meer hebben. En vooral: chapeau aan Harald, die echt goede ballen weet te slaan. Als er een kans was om van mij te winnen, dan was het vandaag. Conclusie: die trainingsstages... die doen we niet meer. Of toch wel? Op naar ronde 2!
Of ik het leuk vond om op Golf Club Hubbelrath (een golfbaan iets ten oosten van Düsseldorf) onze matchplaywedstrijd te spelen, had Leonard mij telefonisch gevraagd. De baan stond namelijk voor zijn werk voor Leading Courses nog op de lijst om bezocht te worden. Daarbij behoorde Hubbelrath ook nog eens tot de top honderd banen van Europa en konden we er waarschijnlijk gratis spelen. En zo kwam het dat we elkaar op een mooie dag in mei om 8.15 uur troffen op de carpoolplaats in Wolfheze, om samen oostwaarts te reizen. Leonard en ik kenden elkaar niet, dus dat de reis door allerlei files 2,5 uur duurde, gaf ons mooi de tijd daar wat aan te doen. Eenmaal aangekomen bleek de baan naast veel bomen, ook over veel heuvels te beschikken, dus protesteerde ik niet toen Leonard voorstelde een buggy te nemen. Al snel kwam ik erachter dat ik niet alleen met een longhitter te maken had, maar ook met iemand die van verre afstand de green wist te raken. Gelukkig voor mij deed Leonard dat niet elke keer en had hij soms wat moeite met het putten, zodat ik met wat kunst en vliegwerk tot hole 8 bij wist te blijven. Bij de turn kregen we naast een heerlijk broodje ook een bakje met ijs en aardbeien aangeboden. Het was blijkbaar net wat Leonard nodig had, want na 13 holes stond hij 4 up. Ik sputterde nog wat tegen door hole 14 te winnen, maar een hole later was het klaar: 4&3. Eigenlijk een vertekende uitslag, want gezien zijn spel had Leonard met meer verschil moeten winnen. We speelden vanzelfsprekend ook de andere holes nog en genoten -net als eerder- van de prachtige baan die, ondanks al die bomen, ruim opgezet was. Na een gesprekje met de manager en een Duitse maaltijd, kropen we weer de auto in en kletsten verder. Het was dat de terugweg wat sneller ging, anders hadden we precies twaalf uur met elkaar doorgebracht. De meeste blind dates duren korter en ja, ik wil Leonard nog wel eens terug zien, want het was een fantastische dag.
Op een bewolkte namiddag mag ik aantreden tegen Anton Kuijntjes. We spelen op zijn thuisbaan De Haenen, bij vele van jullie wel bekend: fraaie beelden in het golfpark, een begraafplaats met zwarte kruisen van overleden Franciscanen en een baan die eigenschappen van een polderbaan, een links course en een bosbaan combineert. Anton heeft serieus werk gemaakt van de keuze voor juist deze golfbaan en spreekt daar lovend over. Hij is met recht ‘advocaat van De Haenen’ (vrij naar A.F.Th. van der Heijden) En nu de tweestrijd. Had ik werkelijk de hoop te kunnen winnen van een single handicapper? Eigenlijk niet, maar ik zou mijn huid duur verkopen. En verdomd, op hole 1 maak ik meteen par en win ik de hole, omdat ik op elke hole één slag meer mag maken dan Anton. En met een lange put die (voor mij) valt sta ik opeens voor. Dat duurt natuurlijk maar één hole, maar om en om weten we beiden bij te blijven en tot mijn stomme verbazing haal ik de ‘turn’ in All Square. Anton laat in de tussentijd staaltjes zien van verbluffend goed kort spel (werkelijk jaloersmakend). En later een met een ijzer geslagen om een drietal bomen gekrulde slag. Nog los van de verre afslagen: met een maximum van bijna 250 meter. Hoe weten we dat? Later in het clubhuis laat Anton me een op zijn smartphone draaiende app zien die niet alleen de slagen registreert, maar ook percentagegewijs per handicap-cohort laat zien hoe je score is (voorbeeldje: deze chip van 40 meter wordt door 8% van de spelers met handicap tussen de 5 en 10 beter gespeeld). Heb je daar iets aan? Zeker, want dan weet je waar je kunt verbeteren! En het is vooral leuk. Hole 10 heeft een buitenlandse aanblik: een par 3 die wat hoger start, over een sloot naar de vlag (iets van 155 meter). Maar de bomen waar je tussendoor moet, maken dat je de op links geplaatste vlag eigenlijk niet kunt bereiken. Dus ook daar beiden 4 slagen nodig. De daarop volgende holes gaan we meer het bos in en laat Anton met zijn kakelverse driver (net uit het plastic) mooie rechte afstanden zien en ik ga helaas minder strak putten. Toch duurt het nog tot hole 16 voordat we kunnen concluderen: 4 up, 2 to go. We maken de ronde wel af, die Anton in 80 slagen heeft gerond (meten is weten). In de nazit praten we nog wat over onze jeugd (beiden Protestants opgevoed) en over de impact van AI op het huidige werk. Het blijkt dat we ook nog een sport delen: marathonschaatsen! Anton heeft dat beoefend als training voor het skeeleren en ik heb (via Essent) daar veel sponsorzaken mogen regelen. Finland, de Weissensee en de Aart Koopmans memorial komen voorbij. En natuurlijk Antons ‘behoefte’ onze NVGJ-leden scherp te houden door ze in nieuwsbrieven en chats te prikkelen. Dat vindt ‘ie gewoon leuk. Lekker mensen uit hun comfortzone wakker schudden. En ook ik… vind dat leuk. Kortom een heerlijk rondje, het goede leven en de terechte winnaar. Tekenen bij het kruisje.
Lieve Randstedelijke collega-golfers, Jullie hebben het weer geflikt. Je hebt je auto volgegooid met premium benzine, Google Maps op ‘no toll roads’ gezet, en bent met knikkende knieën de A10 afgereden. Richting... *Drenthe*. Drenthe, dames en heren. Land van Bartje. Van hunebedden. Van stilte. Van mensen die “môh” zeggen als begroeting. En jullie gaan er naartoe. *Voor een Major nog wel.* Wat een helden. Wat een lef. Wat een sociale experimenten. Want geef toe: zodra je de ring uit rijdt, krijg je het al benauwd. De weg wordt tweebaans. De koffietentjes verdwijnen. Geen Marqt meer, geen Yusu, geen matcha met havermelk. Alleen een tankstation met kroketten en een lokale bakker die gewoon ‘brood’ verkoopt. *Wit of bruin.* En dat zonder QR-code. En dan: Aalden. Waar? Ja, *Aalden*. Gelpenberg. Een prachtige baan, verstopt tussen de bomen, ver weg van het geluid van trams en pratende mensen met designbrillen. Hier hoor je vogels. En stilte. En af en toe een kreet van een Randstedeling die net ontdekte dat Drenthe géén provincie van Duitsland is. Toch komen jullie. Achtentwintig man sterk. Dat is fors meer dan de zestien van vorig jaar. Maar ja, dat was geen Major hè. Dat was gewoon een *toernooitje*. Iets wat je in je agenda zet tussen het ophalen van je kind en de wijnproeverij in de Jordaan. Maar nu – nu is het serieus. Nu is het *de Major*. En dus durf je ineens wel Drenthe in. Vooruit dan. Welkom. Laat je verrassen. Niet door de keuken (Bartje bidt nog steeds niet voor bruune bonen), maar door de ruimte. De rust. En een baan waar je niet telkens hoeft te bukken voor een verdwaalde bakfiets. Tot vrijdag. Zet de navigatie maar vast klaar. En vergeet je oplader niet. Hier doen ze aan stopcontacten. *Met stekkers.* Anton Kuijntjes – geboren beneden de rivieren, maar boven iedere Randstedelijke paniekgrens
Zal je altijd zien. Als een van de twee spelers bijtijds weg moet, moeten er extra holes gespeeld worden. 'Gelukkig' duurde de play-off niet lang. Voor Martijn dan. Sonja was er minder blij mee. Lang verhaal kort; ik won, Sonja verloor, al was het een dubbeltje op zijn kant.
We wisten niet van elkaar dat we ooit een tijdje werkzaam waren voor hetzelfde bedrijf: de uitgeversgroep NDC/VBK. Dat moet in de periode 2005-2012 zijn geweest. Aernoud Jan bovenin de top bij de boekenpoot (VBK), ikzelf als (eind)redacteur bij de noordelijke dag- en weekbladen (NDC), vooral de Leeuwarder Courant. Nu bestiert Aernoud Jan zijn eigen uitgeverij (Edicola, gevestigd in Deventer, 8 mensen in vaste dienst, 20 zzp’ers) – dat wist ik dan weer wel. ‘Gemiddeld geven we anderhalf boek per week uit’, vertelde hij. Dat is zo’n tachtig boeken per jaar. Recente bestsellers zijn de biografieën van schaatscoryfee Irene Schouten (meer dan 20.000 exemplaren verkocht) en André van Duin (idem).