Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
Hoge Dijk, de mooie baan achter het AMC in Amsterdam, tegen de rand van Abcoude. Met de lussen Bullewijk en Holendrecht. En volgens eigen zeggen met waarschijnlijk de mooiste greens in Amsterdam.
3 dagen geleden
Zo twijfel je nog heel lang of je tijd hebt én fit bent om op de tee te staan van De Hoge Dijk, zo zit je tóch weer achter je laptop, maar nu om als winnaar er even drieduizend woorden uit te gooien. Ik kan nu alvast zeggen: die ga ik niet halen. Drieduizend tekens, de eenheden waarin we ooit bij de krant steevast rekenden, komt een stuk beter in de buurt.
Woorden of tekens, dat maakt niet uit. Het is een klusje waarmee ik nooit rekening had gehouden. Ook niet tijdens de ronde op De Hoge Dijk zelf. Sterker, het was het láátste waar ik mee bezig was.
Een dag na Koningsdag was het namelijk een ronde die het hele credo van de NVGJ belichaamde. Met Martijn, Alwin en Gerald in de baan was het vanaf de eerste hole een feestje. Klein stressmomentje nog voor de ronde, omdat in mijn beleving de huidige eerste hole toch altijd de tiende was, waardoor het nog even rennen was naar de juiste tee. Dat was snel vergeten.
Zoals al gemeld, werd het een ronde die helemaal past binnen de NVGJ. Fantastisch weer om mee te beginnen, maar ook heel gezellig in de baan. Zelfs als het over Ajax ging, waar ik in hetzelfde vak van de Arena als Martijn een dag eerder nog wat ergernis had gedeeld over de squadra van Farioli. Maar goed, snel vergeten en ’gewoon’ die titel binnenhengelen. Kortom, we genoten en sloegen ook nog eens een fatsoenlijke bal.
Dat laatste is voor mij persoonlijk nog weleens een ding. Laat ik het héél voorzichtig zeggen: mijn ijzers en ik zijn al lange tijd geen vrienden meer. Eigenlijk is onze relatie al lang geleden op de klippen gelopen. Meer dan tien jaar zelfs. Waarom? Geen idee. Alle relatietherapie is nutteloos gebleken, tot wanhoop van de professionals die zich daarmee hebben bemoeid. We zijn nog bij elkaar, maar dat is dan ook het enige. De liefde is over. Zouden mijn ijzers ’s nachts bij mij in bed liggen, schopte ik ze er zonder aarzeling uit.
Heel leuk allemaal, maar funest voor je golfspel en dat heeft uiteindelijk weer z’n weerslag op het speelplezier. Eerlijk is eerlijk, dat is vaak ver te zoeken geweest de afgelopen jaren. En dan was ik – net zo eerlijk – niet de gezelligste in de baan, hoe hard ik dat ook probeerde. Maar sinds ik het allemaal zo goed en kwaad als dat ging heb losgelaten, gaat het ietsje beter. In de baan dan, niet met die ijzers. Die gebruik ik alleen als het écht niet anders kan. En dat is heel zelden het geval.
Maar op De Hoge Dijk liepen de houtjes lekker, deed de rescue zijn werk en toonden de ijzers zich bereidwillig als ze werden ingezet om te chippen. Maar de meeste dank gaat zonder enige twijfel uit naar de putter. Die werkt nooit slecht, maar was nu ‘hot’, zoals dat zo mooi heet. Op de snelle en harde greens rolde de bal met grote regelmaat al bij de eerste putt in de hole, ook van meerdere meters afstand. Blijkbaar ben ik er niet zo snel mee – dat verzuchtte Pamela althans toen ik haar naderhand tegenkwam op het terras. Nou heb ik in de loop der jaren werkelijk álles gehoord over mijn spel, en meestal terecht, maar deze was volslagen nieuw voor me. Met een knipoog antwoordde ik dat als je maar één putt nodig hebt, het allemaal wel mee moest vallen.
Want het is altijd lekker, van die snelle greens. Zeker als ze doen wat ze beloven. En dat was deze keer het geval, al begreep ik naderhand dat de meeste andere NVGJ’ers de greens juist vervloekten omdat ze er totaal geen vat op kregen en juist daar een goede score lieten liggen. Maar voor mij was een lichte slope rechts naar links ook echt licht rechts naar links. Heerlijk. En toch was er nooit het besef dat het bijzonder was. Tot er opeens hilariteit was bij Alwin, Gerald en Martijn na een putt die net lángs de hole rolde. ’Hij mist’, gierden ze. ’De man die niet kan missen, mist’. Hm… er was inderdaad best veel gevallen. Maar aan de andere kant had ik ook veel laten liggen, zodat een topscore er helemaal niet in zat. Op deze baan, dit weer, deze condities: daar moest je minimaal 36 punten binnenbrengen om ’het podium’ te halen. En waarschijnlijk meer.
Bleek ook in het clubhuis. Leonard was de gevierde man. Het ging al snel rond dat hij 42 punten had binnengebracht. Dan heb je pas écht een topdag. Chapeau voor Leonard, die natuurlijk heel best kan golfen en de B-categorie eigenlijk al ruim ontgroeid is. Waar is ook de tijd gebleven dat je met zó een score niet werd toegejuicht, maar werd toegezóngen? Over The Yellow Submarine wel te verstaan. Igor Bennik kreeg als pril lid ooit op de Goyer het vriendelijke doch zeer dringende advies – ik meen van Leon Klein Schiphorst – om nog maar een paar holes te verknoeien tegen het einde van zijn ronde om zo zijn score nog een beetje draaglijker te maken. Igor kwam desondanks binnen met 48 punten en werd nog net niet ter plekke geroyeerd…
En Leonard had blijkbaar nog punten laten liggen. Zes stuks, becijferde hij. Mazzelaar. Anders was ook hij uitgekomen op 48 punten en was het wellicht zijn laatste optreden bij de NVGJ geweest. Dat moeten we nu trouwens ook nog even afwachten. Pim Donkersloot wist namelijk te vertellen dat bij een toernooi op De Hoge Dijk ooit Meinard Carper ook eens 42 punten binnenbracht. ’De volgende dag was hij overleden’, sprak Pim ernstig. Het is nu tegen vijven the day after en ik heb nog niet gecheckt bij Leonard, maar ook geen schokkend nieuws gehoord. Leonard zien we dus nog wel terug, neem ik aan.
Zelf heb ik er nog eentje te gaan. Wilnis is altijd leuk en een mooie plek voor een voorlopig afscheid weer van de NVGJ. Een weekje later gaat de reis naar Spanje, naar het gezellige Lloret de Mar, waar de patat – of friet, die discussie voer ik inmiddels al vijf jaar met de klanten – weer wacht voor hopelijk nu eens een écht mooie en drukke zomer. In juni even terug voor het KLM Open, en vervolgens gaat het dan in september weer terug naar Nederland. Als ik op de agenda spiek, komt de Texelse net te vroeg helaas (volgend jaar weekje later Hans…!) maar de Herkenbosche moet lukken. Tussendoor maar af en toe oefenen op de range van PGA Catalunya, of Camiral zoals dat tegenwoordig heet. Ook niet beroerd natuurlijk. En dan maar hopen dat het toch nog eens wat wordt met die ijzers. Al heeft blijkbaar niet iedereen daar vertrouwen in…
De iPhone zoemt. Appje van Anton Kuijntjes.
’Ha Mr. Korver!! Wat is dat nou joh?! Back in the winners circle?? Wie had dat ooit nog kunnen denken. Mooi man!’
’Ik zeker niet Anton. Was stomverbaasd. Nog steeds trouwens.’
’Ik verwacht wel een ronkend stuk hè. Want laten we eerlijk zijn, de kans dat je nog een keer schrijft als winnaar, die is niet zo groot.’
En bedankt hè Anton…