Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
11.05.2023
Stront aan de golfbal
Onthouden: het ligt nooit aan jezelf. Nooit. En al is het wel zo, dan geef je dat nog niet toe. Niet aan jezelf tenminste. En niet aan je vrienden. Het zijn stoere woorden, maar het heeft geen enkele zin om het te ontkennen. Ik speelde erbarmelijk slecht. Maar laten we het daar dan ook meteen bij laten. Want daarmee doen we de prestatie van mijn tegenstander tekort. En ik licht graag toe waarom dat zeker niet het geval kan zijn.
U moet weten: Leonard van Nunen is nog niet zo lang lid bij onze NVGJ, maar heeft in zijn eentje waarschijnlijk meer golfbanen gespeeld, all over the world, dan de rest van de NVGJ bij elkaar. De gepassioneerde golfbaanarchitect schreef over de ruim duizend (!) banen waar hij gespeeld heeft, zo vaak reviews, dat hij besloot er ook maar te gaan werken.
En dat is niet het laatste aan getallen waarvan je gaat duizelen. Want op golfbaan de Kroonprins in Vianen moesten wij proberen ons een weg te banen door de honderden kilo’s aan ganzenstront. Nog nooit kwam het edele golfspel zo dicht in de buurt van haar boerenzusje, het boerengolf. Daar slaan ze overigens niet met de gesoigneerde en vergevingsgezinde clubs waar wij doorgaans een godsvermogen voor betalen, al was het maar omdat we hopen dat het ons dat ene slagje minder zal brengen, die paar metertjes verder, dat zalige gevoel van backspin.
Nee, bij boerengolf maakt men gebruik van een houten stok, met daaraan een klomp. De bal is weliswaar wat groter, maar door de beroerde vorm waarmee de klomp ooit haar intrede deed in het fashion landschap der heren in overalls, is het zelfs bij een wat grotere bal erg moeilijk om die goed te raken. Zo voelden mijn clubs deze dag wel. En Leonard steeg tot grote hoogten, net als zijn vele kanonskogels van ijzers. Met als hoogtepunt een ijzer 4 op hole 8 die hij bijna 200 meter verderop op de green wist te jagen. Ik stond er verbouwereerd naar te kijken. Serieus?! Leonard? Moet dit? Het was prachtig om te zien.
Leonard kreeg elf slagen mee ten opzichte van mijzelf. Zo werkt het spel nu eenmaal. Dat heet handicap. Wat hij deze dag even vergeten was, was dat het normaal is dat iemand met handicap 19 dan wel grotendeels bogey’s maakt. Maar hij reeg de parren aaneen. En maakte slechts één dubbelbogey door een ongelukkige lip-out. Is dat knap, denk je misschien? Euh. Ja! Ter indicatie: ik maakte een streak van vier parren op rij. En toch stond ik daarna twee holes meer down, dan dat ik daarvoor al stond. Leonard deed het dus nog beter en speelde werkelijk fantastisch. Ik complimenteerde hem met zijn slagen, maar vroeg me ook af; “Zou hij zelf in de gaten hebben hoe goed hij speelt?” Hij liep na 12 holes nog steeds slechts vijf slagen ‘boven de baan’. Niet boven zijn handicap. Nee, boven de baan.
Op elke hole telden we naast onze slagen gemiddeld — schrik niet — zo’n zestig tot soms wel tweehonderd ganzen. Per hole. Dat zijn er dus duizenden over de gehele baan. Die zijn daar niet om iets bij te dragen. Wilde ganzen dragen namelijk niets bij. Ze eten gras. That’s it. Maar daarom is zo’n golfbaan voor een gans ongeveer hetzelfde als een golfshop bomvol met gloednieuw equipment voor ons: een paradijs op aarde.
En wat een gans nog meer doet, behalve gras eten. Hij schijt veel. Als je ooit eens een flinke voedselvergiftiging hebt opgelopen, of een keer een forse buikgriep had, dan kun je een voorstelling maken van hoe dat moet voelen. De he-le dag alleen maar schijten. Soms moet je wel tien keer op zo’n dag. Toch? Misschien wel twintig. Echt. Het is peanuts vergeleken met een gans. Een gans schijt zo’n 150 keer per dag. Ja, ik lieg dit niet. Daar is onderzoek naar gedaan. Een gans doet niets anders dan gras eten en dat bijna met dezelfde vaart er achteraan weer uitpersen. Bijdrage: volstrekt nul. Behalve een hoop stikstof.
Leden van de Kroonprins kun je herkennen aan een bijzondere club in de tas. Geen ballenhengel — al zou dat ook geen overbodige luxe zijn met dat vele water, maar zij hebben een sneeuwschuif in de tas. Maar dan wel om lijn van je putt schoon te vegen van de vele ganzenstront voor je de kans hebt een bal naar de hole te doen rollen. Leonard, die toch heel wat meegemaakt heeft, had ook dit nog nooit gezien. We bespraken de mogelijkheden en de onmogelijkheden die je hebt als eigenaar en greenkeepers van zo’n baan. Dat zal ongetwijfeld wel vastgebeiteld zitten in van die heerlijke verdragen, gemaakt achter een bureau door stampvoetende kleuters die alles zielig vinden. Beschermde statussen, enzovoort. We bedachten ook manieren om die te omzeilen. Je hebt potverdrie ook nog een baan te runnen, waar gasten zich fijn op moeten voelen. Nietwaar? De antwoorden houden we voor onszelf en zijn in informele sfeer wel te verkrijgen bij ondergetekende.
Ganzen zijn dus nutteloos, dat wist je misschien nog niet. Maar na vandaag dan gelukkig wel. Dat gold ook voor mijn spel. Ik kon geen drive normaal vanaf de tee krijgen. Terwijl Leonard de ene anekdote over een bijzondere hole, ergens in de wereld, afwisselde met de volgende waarneming over dat een green niet goed was ontworpen omdat — zo legde hij dan meteen uit — een misser te hard gestraft werd, ploeterde ik me door de dag heen. Door zijn verhalen en kennis over golfbanen deed het feit dat ik 5 down door de turn heen kwam toch wat minder zeer. Leonard vertelde ondertussen dat hij zijn swing ooit eens had laten aanpassen. Maar dat was geen succes gebleken. De swingverandering die hij eerder deze week had ontdekt, pakte daarentegen een stuk beter uit. Tsja, dat had ik dan weer…
Op hole 13 was het klaar. Met 5&4 was ik er vanaf gepoetst. Dat was ook het moment waarop ik hem er toch op attendeerde. Niet eerder, want dat is niet eerlijk. We weten allemaal dat je nooit iemand moet wijzen op zijn uitstekende ronde, zolang je niet klaar bent. Want het uitspreken is vragen om problemen. Het had geen zier uitgemaakt, dat weet ik zeker. Want Leonard speelde werkelijk fenomenaal. Hij kwam uiteindelijk binnen, maar liefst 8 slagen minder dan hij voor zijn handicap zou moeten spelen. En toen we de ‘schade’ opnamen bleek dat 42 stableford punten waard. Ja, echt waar. Ik had het al gezegd. Duizelingwekkende getallen. Tweeënveertig punten. Hij genoot zichtbaar na op het terras. En terecht. We bestelden saté. Gans stond niet op de kaart. Al zou dat geen overbodige luxe zijn geweest. Een ganzenlever is namelijk wél lekker.
Wat mijn mooiste baan was waar ik ooit gespeeld had, vroeg de kampioen van de dag. Ja, dat wist ik wel. Ik vertelde hem over Isle of Purbeck. Een baan in het zuiden van Engeland vlakbij Bournemouth met adembenemende uitzichten. Raad eens? Hij had hem nog niet gespeeld. Lang zal dat niet duren, want de golfreisjes van Leonard gaan gewoon door. Werk, zo noemt hij dat thuis. En binnenkort zit hij daar toch in de buurt, dus dan… Ik ben benieuwd of hij in zijn review op Leadingcourse hole 5 benoemt. Ik heb m’n best gedaan om hem er nieuwsgierig naar te krijgen.
Mocht je nog tegen Leonard moeten spelen en hij stelt De Kroonprins voor. Ik zou er nog even over nadenken. Want de baan ligt hem wel. Maarr eh… als je dan toch gaat, vergeet je strontschuif niet.
Anton Kuijntjes
We gaan met de NVGJ terug naar De Goyer. Terug naar die baan die bij iedereen in het geheugen gegrift staat: waar ooit een slagboom naast lag en wij dat dagdeel het enige gezelschap waren. Niemand heeft ooit schuld bekend, al vond het bestuur destijds dat we de helft van de kosten moesten dragen. Zo gaat dat bij ons.
Ze zijn onderhand allemaal weer thuis. Een mooie ervaring rijker, soms een illusie armer. De surprisereis kende inderdaad enkele mooie verrassingen. Maar net als met golf: niet elke slag is raak. Zeker niet op een beest van een baan als La Galiana of de derde achtereenvolgende golfdag in combinatie met greens die het slechtste in je naar boven halen. Lees mee! Zestien uit Nederland aanvliegende golfers en vier die al een deel van het jaar in Spanje wonen; allemaal in afwachting van het moois dat deze nieuwe NVGJ-golfreis hen zal brengen. Ze komen om te golfen, maar dat gaat gepaard met gezelligheid, humor en zelfspot over soms magere wedstrijdresultaten. Maar ook goede gesprekken en - overdenkingen. Want het leven in Spanje is goed ... je zou hier - in de winter - prima kunnen wonen ... Grenzend aan onbegrepen klein en groter leed is de vaststelling - al op de eerste golfdag - dat sommigen ineens niet meer kunnen putten. ,,Met twee slagen op de green en met vier puts eraf. Hoe kan dat nu?'' Of; ,,die greens zijn gewoon niet te lezen. Hoe dan?'' Ook: ,,Ik raakte de bal amper aan en dan ligt 'ie toch ineens verder dan van waar ik begon.'' Erger: ,,Ik heb vandaag écht geen bal geraakt. Nog nooit zó slecht gespeeld.'' Hoogste score Wie die ervaringsdeskundigen waren, dat laten we in het midden, want iedereen had verdeeld op drie speeldagen wel een gelijke ervaring. De NVGJ speelde twee keer gecombineerd drie lussen op La Sella en de 18-holes bergbaan La Galiana. La Sella dit najaar nog host van de European Ladies Tour en La Galiana het beste te omschrijven als 'een beest van een baan'. Vaker smalle fairways, maar weinig meters vlak en dan loopt de baan ook nog eens af. Buggies moesten te vaak op het pad naast de baan blijven. Met verhoogde afslagplaatsen en sterk aflopende fairways en greens is het een aanslag op je conditie. ,,Misschien iets te moeilijk voor de meesten'', constateren we later in het clubhuis. Toch werd uitgerekend op La Galiana de hoogste score behaald. Sponsor Eric Venghaus putte 36 stablefordjes. ,,Ik speelde vandaag onbevangen. Ik zag die baan wel liggen in het dal en dacht ook meteen: Onmogelijk! Maar oké, gewoon spelen; we zien wel.'' Reis- en wedstrijdleider Ger Laan zag dat het goed was. Al speelde hij zelf met gemengde gevoelens. ,,Ik krijg idioot veel slagen mee. Dat komt omdat mijn handicap zo is gestegen de laatste tijd. En dan speel je jezelf ineens dik in de punten. Ik schaam me dood'', was zijn reactie. Overall winnaar Zijn hoge handicap leidde indirect tot overall winnaar met opgeteld 81 stablefordpunten . Met als podiums een derde plaats op La Galiana (29 punten) en een tweede plaats op de tweede en laatste dag op La Sella (27 punten). Ook Marijke Brouwers speelde weer zo constant als een Zwitsers uurwerk met 27 punten op de eeste dag op La Sella (3e) en tweede op La Galiana met 31 punten. Er wrong zich nog een andere vaste waarde tussen de eindranking: sponsor Jolanda Swart. Zij werd tweede met 79 punten. Dat was vooral te danken aan haar dagwinst op de tweede speeldag op La Sella met 31 punten. Saillant detail is dat ze die hoogste score combineerde met caddiën voor flightgenote Janneke Koster, die tot haar eigen verbazing ook nog een par sloeg. Vermeldenswaardig zijn ook de dagwinst van Henk Koster op dag één op La Sella en de derde plaats van Eric Dercksen op de laatste dag op La Sella (26 punten). Er werden nog twee birdies gescoord door 'gasten' George Baars en Ronald van Zanten. Het waren vier heerlijke dagen golfen in redelijk goed weer, good food & drinks in een prima sfeer en met hele prettige reisgenoten. Met dank aan Hans Terol, die er overigens zelf niet bij was en onze Spaans sprekende reisleider Ger Laan. Vliegen Maar dan komt ook weer het moment dat je moet terugvliegen. En helaas is dat met Transavia. Op de heenreis vanaf Amsterdam 's ochtends al bijna 1,5 uur vertraging en nu 's avonds 3 uur vertraging op Alicante. Meer dan een halve dag van mijn verjaardag (67; pensioen!) doorgebracht op mogelijk het vreselijkste vliegveld in Europa! Over vliegen met Transavia gesproken. Wat een armoede, wat een flutmaatschappij. Pakweg driekwart vliegt - extra betaald - priority. Kunnen ze ieder een extra stuk bagage meenemen aan boord. Als je niet meegaat in deze vorm van zakkenrollen (100 euro extra p.p.) voor priority, dan vind je uitpuilende bagagevakken boven je stoel als je als C-klasse het vliegtuig binnenstapt. Controle op maximale afmeting of gewicht is nul. Interesseert Transavia geen reet. ''Ken ik effe vanghu''. Om 23.10 wensen twee van die groen-donkerblauwe luchtzussen ons zonder blikken of blozen een 'goede avond' en 'zeggen: welkom aan boord'. Hoezo 'avond'? Het is zo goed als nacht. Transavia je bent gewoon drie uur te laat. Wéér te laat. Neanderthaler En dan sommige passagiers. Je kunt flinke pech hebben. Voor mij op stoel 20C zit een Neanderthaler; type Fred Flinstone. Groot, vierkant hoofd met een kop ongewassen haar. Stinken! Mogelijk een tijdje geleden voor het laatst gewassen met hele goedkope, ranzige shampoo of met dierlijk vet. Dat is duidelijk gaan gisten en het vet op zijn hoofdhuid is gaan schiften. Zoiets. Bij de eerste mogelijkheid gooit hij de rugleuning achterover. Zijn vieze, smerige pruik boven mijn neus. Na drie keer gevraagd te hebben of hij 'die viezigheid uit mijn gezicht wil halen', weet ik: laat maar. En weer gaat de rugleuning naar achteren. Alicante is aanvliegplaats voor camping Benidorm, vertel ik mijzelf. Vervolgens kom je 's nachts aan op Schiphol op een verlaten D-pier. In de verte zien we de verlichting van het luchthavengebouw. Is ook nog één van de loopbanden stuk. Bagage ophalen in hal 3, dan naar de uitgang; dus de hele luchthaven over. Compleet gesloopt stap ik in de taxi die gelukkig wel op tijd is. Als we eindelijk 's nachts om 3 uur thuis zijn denk je toch: kunnen we volgende keer niet met de auto of de bus? Of met de boot ...
Zo'n 20 leden van de NVGJ familie (met aanhang) genieten momenteel van de surprisereis in het Denia Marriot Golfresort & Spa tussen Valencia en Alicante in Spanje. Henk Koster stuurde ondermeer deze foto waarop Marijke, Dea, Janneke en Jolanda (vlnr) op staan. Marijke en Roderik bezochten op weg naar Denia een Spaanse poppenfabriek, waar bijzondere 'newborn' poppen gemaakt worden. Deze poppen lijken net echte baby's. Op verzoek werd de door hen voor een kleindochter gekochte babypop getoond en meteen als echte baby gekoesterd..
Ons gewaardeerd bestuurslid en fantastische fotografe Hélène heeft een schitterend boek gemaakt met foto's en teksten van het Team Para/Atletiek. Al jaren is zij verbonden als fotograaf aan dit team en reisde met hen de hele wereld over naar WK's en Olympische Spelen om de meest prachtige foto's te maken. Dat heeft geresulteerd in een indrukwekkend fotoboek met bijzondere teksten over het ontstaan van het Team, verhalen over wat de atleten hebben moeten doormaken en hoe keihard er getraind wordt. En hoe zwaar de weg naar succes was. Wat de atleten in hun kinderjaren hebben moeten horen tart ieders verbeelding: 'Kun jij dat wel?', 'Je mag niet alleen in een kano en je krijgt ook geen peddel want dat kun je toch niet', 'jij kan geen veterstrikdiploma halen', en meer van dat soort kwalijke opmerkingen. Dit boek gaat over nooit opgeven, of zoals atleet Fleur Schouten zei: 'Never ever, ever, ever give up. Titel van het boek: No Excuses, de spijker op zijn kop.
Tijdens de jaarlijkse slotavond van de Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten (NVGJ) is de Golfpersprijs 2025 uitgereikt aan Niels Hooft. Hij ontving de prijs voor zijn bijdrage aan de golfjournalistiek door zijn talloze video's op Youtube en social media.
De slotavond van de NVGJ had alles: spanning, drama en een flinke dosis Murphy’s Law. In de A-categorie kroonde Foeke Collet zich tot tweevoudig kampioen van de Charles Taylor trofee. Halverwege de ronde ging hij nog languit op de grond liggen na een lullig chipje waarbij het in zijn rug schoot. Toch sprokkelde hij onverstoorbaar 36 punten bij elkaar. Mr. 34-35-36 zat dit keer aan de hoge kant. “Never underestimate the injured man,” bleek het motto van de avond.