Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
06.10.2022
Vijfde plaats na eerste dag EMGJ
Het goede nieuws het eerst, de afvaardiging van de NVGJ op de EMGJ in Tsjechië staat na de eerste wedstrijddag op een keurige vijfde plaats. Teamcaptain Madelon is hiermee zeer in haar nopjes. ‘Dit hebben we al een tijdje niet meer meegemaakt. Het mag ook wel een keer. Voor het vertrek naar Tsjechië had ik al een goed gevoel bij dit team”, geniet ze na op het terras van hole 19.
De beste score van het Nederlandse team bracht Louis Westhof op het bord. Met driekwart verrekening zette onze Friese doorloper een keurige 31 punten op de kaart. Anton Kuijntjes (29), Friso Leunge (25), Helene Wiesenhaan (29), Henri van der Steen (24), Leo van de Ruit (24), Marijke Brouwers (24) en Pamela Sturhoofd (29) droegen bij aan het resultaat waarmee we voorlopig heel blij mogen zijn.
Het slechte nieuws; Pim Donkersloot had zijn dag niet. “Dit heb ik nog niet eerder meegemaakt, ik werd steeds nerveuzer. Het liep van geen kant”, waren wat quotes die we uit zijn mond optekenden Zou er een Kostertje te vergeven zijn op de EMGJ, dan was die zeker voor Pim met z’n 11 punten geweest. Zijn resultaat en dat van de schrijver van dit stukkie (een magere 21) werden weggestreept. Bleven in totaal 210 punten over, goed dus voor een plaats bij de beste vijf.
Aan kop — hoe kan het anders — onze Duitse vrienden. Maar liefst 242 punten staan er op hun rekening. De Italianen die altijd goed voor de dag komen op de EMGJ staan tweede met 241 punten en de Oostenrijkers derde met 240 punten. Het kan dus nog alle kanten op. De Rode Duivels dragen de rode lantaarn en Zwitserland en Denemarken liggen respectievelijk 10 en 7 punten op ons achter.
Hoe vergaat het ons verder? Lekker mag ik wel zeggen, iedereen geniet, goed golf of niet, van de sfeer, de ambiance en een werkelijk prachtige golfaccommodatie. Als je denkt een redelijk beetje te kunnen golfen moet je eens naar het golfresort Konopiste afreizen om een lesje in nederigheid te krijgen. Wat dat betreft werkt deelname aan de EMGJ louterend. Een schitterende baan daar in de Tsjechische Bohemen, maar van een niveau dat wij polderjongens en -meisjes niet gewend zijn. Een kuitenbijter ook, aan het einde van de tweede oefendag stonden er — na 18 holes en een kasteelexcursie — maar liefst 17 kilometers op mijn klokje. Maar ook teveel slagen en bitter weinig stablefordpuntjes. Alle NVGJ-ers speelden onder de maat, het leek wel een beetje op Ajax op een Championsleague-avondje. Niet alleen de natte baan speelde moeilijk, de greens waren echt van wedstrijdniveau. stimp 10 a 11 toch op z’n minst, schat ik. Die greens, waar je eerst maar moest komen, zoals op de 8e par 3. Geen appeltje eitje die 220 meter kan ik verzekeren.
Na de eerste wedstrijddag was er al met al toch sprake van een ietwat opgewektere stemming. Een vijfde plaats in de tussenrangschikking is natuurlijk best een reden om het glas te heffen. Dat hebben we dan — ook bij het diner — zoals het hoort onder journalisten veelvuldig gedaan. Was er kritiek, waren er minpuntjes? Uiteraard! Wat leggen wij niet graag de vinger op de zere plek. Maar zes uur op de baan voor 18 holes? Dat is toch werkelijk te gek, vond ook Anton Kuijntjes, die dit aan den lijve ondervond. De grap van de EMGJ is verder dat het toernooi is bedoeld voor golfende journalisten. In de reglementen staat ook duidelijk vermeld dat alle deelnemers bij aankomst hun perskaart moeten tonen. In de praktijk wordt daar evenwel absoluut niet moeilijk over gedaan, van controle is geen sprake en er blijft iets hangen van ‘zijn dat werkelijk allemaal journalisten die die geweldige ballen kunnen slaan en prachtige scores binnenbrengen?’
Enfin de NVGJ is net als de EMGJ, ook daar doen we niet al te moeilijk, dus we moeten niet zeuren. En leuke dag, daar gaat het om. Toch? Maar als je dan ziet dat een Duitse collega (vergeet de verrekeningsfactor niet) met 39 stablefordpunten binnenkomt, dan mag je toch wel je wenkbrauwen fronsen. Wat verder overigens opvalt is dat de vrouwelijke inbreng op dit toernooi behoorlijk onder de maat is. Geen enkele vrouw in de teams van Oostenrijk, België en Denemarken en slechts een dame bij de Duitsers en de Tsjechen. Hier staat Team Nederland trots bovenaan met vier vrouwelijk golfers, en niet de eerste de beste.
Voor onze Tsjechische gastheren met Pavel voorop niets dan lof. Deze elfde EMGJ is er weer een om in te lijsten. Wat een heerlijk toernooi. Tijdens het diner woensdagavond werd meegedeeld dat de volgende EMGJ in 2024 in Portugal gaat plaatsvinden. Op de baan van Royal Obidos, een eindje boven Lissabon. De deelnemers aan de Nations Cup volgend jaar gaan eind oktober naar Italië, waar gespeeld wordt op een baan bij het Gardameer.
Nu eerst even de batterij opladen voor de tweede wedstrijdag op de Radecky Course. “We breken de baan af”, klinkt het strijdlustig uit de mond van Pim. Leo van de Ruit laat weten hoe dat gegaan is.
Fred Veldman
Zal je altijd zien. Als een van de twee spelers bijtijds weg moet, moeten er extra holes gespeeld worden. 'Gelukkig' duurde de play-off niet lang. Voor Martijn dan. Sonja was er minder blij mee. Lang verhaal kort; ik won, Sonja verloor, al was het een dubbeltje op zijn kant.
We wisten niet van elkaar dat we ooit een tijdje werkzaam waren voor hetzelfde bedrijf: de uitgeversgroep NDC/VBK. Dat moet in de periode 2005-2012 zijn geweest. Aernoud Jan bovenin de top bij de boekenpoot (VBK), ikzelf als (eind)redacteur bij de noordelijke dag- en weekbladen (NDC), vooral de Leeuwarder Courant. Nu bestiert Aernoud Jan zijn eigen uitgeverij (Edicola, gevestigd in Deventer, 8 mensen in vaste dienst, 20 zzp’ers) – dat wist ik dan weer wel. ‘Gemiddeld geven we anderhalf boek per week uit’, vertelde hij. Dat is zo’n tachtig boeken per jaar. Recente bestsellers zijn de biografieën van schaatscoryfee Irene Schouten (meer dan 20.000 exemplaren verkocht) en André van Duin (idem).
Twee winnaars op de Veluwse ‘Ik kom, maar bestel wel een buggy voor me’, liet Henri me twee weken geleden weten over onze afspraak om vrijdag 16 mei de 1e ronde Mr Glow te spelen. ‘We kunnen nog drie weken uitstellen’, opperde ik. ‘Die tijd heeft Louis ons gegeven.’ Maar Henri hield voet bij stuk. Ook al had hij enkele weken geleden van zijn neuroloog gehoord dat die niets aan zijn rugklachten kon doen en had hij niet meer gespeeld sinds Nunspeet. ‘Kom je wat eerder voor koffie en inslaan?, appte ik nog. ‘Inslaan?! Ga zelfs geen oefenswings maken. Zo min mogelijk bewegen!’, appte hij terug. Met gemengde gevoelens ging ik naar de baan; wordt dit een leuke wedstrijd? Henri, wellicht gefrustreerd. Ik, wil zo niet winnen. Nou ja, hij wil zelf spelen, we gaan het zien. Met een stralende lach, roepend ‘Wat is het hier prachtig’, kwam hij aangelopen. ‘Eerst maar de buggy halen.’ Samen stonden we te klungelen bij het hok; Hoe gaat die deur open? Is dit zijn achteruit? Met enige hulp kregen we hem eruit en aan de praat. Toch een paar oefenputjes en de baan in. Henri, ook van rood. Ik, 8 slagen mee. Teveel volgens Henri. Zijn eerste afslag bleef laag, maar kwam ver. Zo ook de tweede slag. Hij verloor de 1e hole dankzij mijn extra slag. Allebei in 5. De tweede halften we. Op de derde, een lange par 4, de moeilijkste, kwam zijn verre afslag in de bunker, maar die speelde hij er geweldig uit. Alleen dankzij een fijne put en een extra slag, won ik deze hole. Inmiddels werd me duidelijk dat Henri zoveel routine heeft dat hij ondanks een paar maanden geen golf heel behoorlijk speelt. Al stond hij inmiddels wel 4 down. Op hole 7, een pittige par 4 vertelde ik hoe tijdens mijn eerste wedstrijd op de Veluwse, een clubgenote in 1 slag bij de berkjes (170m) lag en met de tweede slag (150 m) op de green. Twee puts en daarmee een par. ‘Zo moest het dus’. Prompt deed Henri haar na; zijn eerste gewonnen hole. Opluchting op zijn gezicht. Het was er nog. Hij kreeg er zichtbaar weer geloof in. En hij genoot. ‘Wat een mooie baan is dit’, herhaalde hij. ‘En wat een geweldige dag.’ Intussen slonk mijn voorsprong, we wonnen de holes zo ongeveer om en om. Henri speelde de par 5 prachtig in 5, we halften de par 3 en op hole 15 had ik twee slagen nodig om uit de bunker te komen; nog 2 down. Nu de hole die Henri als eerste won (de Veluwse is een 9 holes baan); we stonden allebei op scherp, lagen samen aan de rand van de green, maar Henri putte tot twee keer te voorzichtig: 3/2. Een dikke omhelzing en een zoen. Terwijl we naar hole 17 gingen bekende hij; ‘Deze wedstrijd heeft twee winnaars. Ik ben zo blij dat ik geen last van mijn rug heb. Ik denk dat ik me gewoon voor Welderen ga opgeven. En misschien ook voor de Gelpenberg. En mijn schaamte voor de buggy, ach dat zit vooral in mij.’ Zelf besefte ik natuurlijk dat Henri zonder zijn rugpauze waarschijnlijk een stuk moeilijker te verslaan was geweest. Op het zonovergoten terras, glas wijn erbij, praatten we na, over schrijven, boeken. Over ego-documenten; schrijfsels van mensen over hun leven, een hype. Henri bestudeert die momenteel. En hoe anders en moeilijk fictie schrijven is voor journalisten. Ik: ’Je fantasie aanzetten’. Henri: ‘Die hebben we misschien wel te lang uit moeten zetten, omdat we ons bij de feiten moesten houden. En nu kunnen we het niet meer.’ Een heerlijke middag. Al schaamde ik me voor de ooit zo vermaarde keuken van de Veluwse; een broodje bal met frietjes, was de daghap. Het is dat er een lekker glas wijn bij stond.
Sponsor Alwin de Rijke is trainer-opleider en directeur van The Sparring Partners. Hij en zijn collega's zijn vooral actief in leiderschap en personlijke ontwikkeling. Een kleiner, maar onderscheidend deel, zijn (anti-)agressietrainingen. Bij de laatste gebruikt hij vechtkunst, een leek zou het gewoon boksen noemen, om sneller door te dringen tot de kern. ,,Praten, vertellen en uitleggen, oké. Als het fysiek wordt, komt het écht binnen.''
Met trots kondigt de NVGJ aan dat Redexim de titelsponsor is van de Nations Cup 2025, het internationale golftoernooi voor golfjournalisten dat dit najaar plaatsvindt op Texel.
Klop gehad ... van mijzelf ,,Je speelt niet tegen míj, je speelt tegen jezelf.'' Michiel van Kleef had het niet duidelijker kunnen stellen. Ik doe het zelf, kampioen holes verkloten. Totaal niet in de wedstrijd. En matchplay is écht een wedstrijd, puur één-op-één. Mijn voorbereiding op het seizen was ook helemaal niks. Pas vier rondje gespeeld sinds oktober vorig jaar. De hele winter mantelzorger geweest voor mijn beide ouders, verpleger/verzorger voor mijn echtgenote Dea na een hele ongelukkige val met de fiets. Surprisereis moeten annuleren, net als onze eigen winterse golfvakantie. Te veel water Vooraf had ik mij mede daarom ook niet echt een voorstelling gemaakt van mijn matchplay op De Purmer. Alleen dat Michiel zijn ballen gemakkelijk 130-150 meter slaat, ik kom vaak niet verder dan 80-90 meter, 100 max. Met slechts vier slagen mee op de moeilijkste holes red je dat écht niet. In theorie verlies je dan bijna elke par 5 en alle lange par 4-en. Gelukkig spelen we de lussen geel-rood. Niet de witte. De holes op wit zijn té lang, de fairways té smal en er is té veel water. En geel-rood is mij altijd wel goed gezind geweest. En toch: de eerste vier holes beginnen slecht. Ik krijg de bal niet fatsoenlijk weg vanaf de tee. Beetje te voorzichtig, misschien, afslaan met een houten 3. Maar toch: op hole 3 sta ik zo maar 1 up. Heel eerlijk, dat punt krijg ik in de schoot geworpen, want Michiel speelt met een verkeerde bal. Ik schrik er zelfs van. Dit kan niet. Klopt helemaal, want prompt gaat hole 4 verloren; twee keer een waterbal. En er komt nog veel meer water, bedenk ik mij. 'Zó zonde' Ik ben de tel kwijt hoeveel ballen ik in het water heb geslagen. Ik schat een stuk of tien. Heel toepasselijk: ik speel met lakeballs. Dieptepunt: met drie slagen voor op de moeilijkste hole van de rode lus sla ik mijn bal twee meter verder in het water. En vanaf dezefde plek nog eens. Weg voorsprong. ,,Zó zonde'', reageert Michiel hoofdschuddend. Doodzonde! Hoe kun je zo slecht spelen? Nu speel je natuurlijk niet alleen. En Michiel slaat soms - voor mij - wereldballen. Hoe kom jij aan handicap 26,5, vraag ik niet begrijpend. ,,Nou ja, dat heb je gezien. Ik sla wel ver, maar alle kanten op. Mijn pro zegt ook dat ik gemakkelijk naar handicap 20 kan. Alleen op deze manier gaat dat niet gebeuren.'' Om vervolgens weer met een hoek zijn bal zoek te spelen. ,,Dat bedoel ik dus.'' Oké. Putten Zo staat Michiel bij de turn slechts 1 up. ,,Alles is nog mogelijk.'' En dat blijkt ook als ik hole 10 win, dankzij een mooie putt. Gelijk! De putter is weer hot vandaag, maar daarvoor moet ik wel eerst op de green zien te komen. Zo blijkt. De volgende holes gaan verloren. Ik hoef niet eens meer te putten. Vier op rij gaan naar Michiel, deels door eigen handelen. Op hole 15 - een par 3 - beleef ik nog even een opleving, maar op hole 16 - een lange par 5 - gaat bij 3&3 definitief het licht uit. 'Je speelt niet tegen mij, je speelt tegen jezelf', herhaal ik de harde maar juiste observatie van Michiel. Michiel, succes in de volgende ronde. En ondanks de smadelijke nederlaag was het toch een aangename golfmiddag. Bedankt!