Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
07.10.2020
Bij het woord ‘bubbel’ hoorden lang louter positieve gedachtes. Bubbelgum. Bubbelbad. Bubbeltjesplastic. Maar anno 2020 is het woord ontdaan van die vooral vrolijke associaties. De coronabubbel zal velen nog lang heugen.
Het zal half januari geweest zijn, dat mijn jongste zoon aan tafel zei: ‘Covid gaat echt een groot probleem worden. Ik denk dat we nu mondkapjes moeten kopen hoor’. We haalden onze schouders op. Het is een slim jong, maar dat onbekende virus waarde toch alleen rond in China? En hoe erg kon het nou helemaal zijn? Zo’n vaart zou het wel niet lopen toch?
Nog geen twee maanden later ging het handen schudden in de ban, sloten ‘niet noodzakelijke winkels en kantoren hun deuren en moesten zelfs golfbanen en andere sportfaciliteiten eraan geloven. Na een periode van weken in inteligente lockdown en maanden van aanpassingen, werden langzaam maar zeker tal van maatregelen versoepeld en probeerde men het ‘normale leven’ (hoe lang blijven we dat tussen aanhalingstekens schrijven?) weer op te pakken, al bleef veel anders dan eens. Anderhalve meter hier, mondmasker daar, thuiswerken als dat kan, en – vooral in de sportwereld — met een leven in een bubbel.
Het klinkt heel vrolijk, bubbel, maar de de maatregelen waar spelers zich aan moeten houden, vallen niets mee. Een bekende uit de golfwereld vertelde aan een familielid die werkzaam is in het gevangeniswezen over de maatregelen waar hij zich aan moest houden. ‘Jullie hebben minder bewegingsvrijheid dan de mensen die bij ons binnen zitten…’, was de verbijsterde reactie van degene die beroepsmatig mensen achter slot en grendel zet.
Is het echt zo erg dan? Kennelijk. Ik ben er niet bij geweest, maar de verhalen die me via de Nederlandse spelers bereiken, stemmen niet bepaald vrolijk. Het constante testen, het verplichte mondkapje en het spelen zonder publiek behoren nog tot de minst vervelende gevolgen van een leven in de bubbel. Andere maatregelen grijpen dieper in in het dagelijkse leven. Van de baan direct naar je hotelkamer, waar je alleen af mag om te eten op een vooraf gereserveerd tijdstip. Samen aan tafel kan je daarbij wel vergeten. Zelfs een eventueel meereizende partner moet op ruime afstand blijven. Al is dat altijd nog te verkiezen boven de alleen reizende speler. De caddies zitten elders in een hotel en eenzaamheid ligt op de loer. ‘Een gevangenis’, heb ik het horen noemen. ‘Een straf’ ook. En zelfs een ‘Wat mij betreft hoeft het zo niet’.
Het leven van een topgolfer is mooi en spannend. Je reist veel, komt op allerlei plaatsen en ziet veel van de wereld. Maar nu even niet. Van de golfbaan naar de muren van je hotelkamer waar je niet anders kan dan nog maar een serie op Netflix kijken in afwachting van de volgende ronde en een paar uurtjes in de buitenlucht.
Ineens snap ik extreem langzaam spel een stuk beter.
De editie 2025 van de Jaski Open op Sluispolder, voor de tweede keer ook een major, is volgeboekt. Alle 49 plaatsen zijn bezet, evenals alle stoeltjes van de zeven buggy’s die we tot de beschikking hebben. Nieuwe aanmeldingen komen op de wachtlijst. In tegenstelling tot wat eerder is aangegeven, starten we niet om 12 uur maar gaan de eerste flights, op 1 en 10, om 11.31 de baan in. De laatste flights vertrekken om 12.20. Jaski is al vele jaren zo'n beetje de populairste wedstrijd in het seizoen: dankzij de royale sponsoring door Willy Hoogland heeft de wedstrijd een sublieme uitstraling. En nu er bonuspunten te verdienen zijn, van 80 aflopend naar 10 voor de eerste acht in beide categorieën, is de wedstrijd nog eens extra aantrekkelijk. Mocht je, om wat voor reden, toch niet mee kunnen doen, laat dat dan tijdig weten: dan kunnen we anderen blij maken.
Wat kan golf toch een verschrikkelijk frustrerende sport zijn. Dat is natuurlijk geen nieuws voor het gros van de NVGJ'ers, die alles weten van fluffs, toppertje, slices en 3-putts. Ons motto is niet voor niets 'elkaar een leuke dag bezorgen', en niet 'these guys and girls are good'. Maar soms gaan de golfgoden wel heel ver met het geven van lesjes nederigheid.
**Winderig, maar warm ontvangen: NVGJ aanwezig bij Redexim Golfdag** Namens de NVGJ waren we op uitnodiging van Redexim en Barenbrug aanwezig bij de 35e editie van hun jaarlijkse Golfdag. Een traditie waar we als NVGJ graag bij aansluiten, zeker in een jaar waarin Redexim zich als trotse sponsor aan onze eigen Nations Cup heeft verbonden. Martijn Paehlig, Hélène Wiesenhaan, Peter Boogaard en ondergetekende mochten de eer van de vereniging hooghouden. En dat deden we op een plek van formaat: De Pan. De wind maakte het uitdagend, maar het Engelse karakter van de baan kwam er prachtig door tot zijn recht. Naast een stevige ronde golf stonden ook demonstraties van nieuwe machines op het programma, en was er bijzondere aandacht voor greenkeeper Marcel Bossinade. Hij ontving de Cees de Bree Innovation Award voor zijn niet-aflatende inzet en innovatieve werk op De Pan. Terecht en verdiend. Dank aan Redexim en Barenbrug voor de uitnodiging, de goede organisatie en het warme ontvangst. Wij kijken nu al uit naar oktober, wanneer we hen op Texel mogen ontvangen voor The Nations Cup.
Mijn golftas met een bagage van clubs, handschoenen, ballen maar vooral herinneringen. Van iedere club weet ik nog precies waarop ik kon vertrouwen. Mijn King Cobra Driver 10.5 was mijn beste maatje. Mijn Scotty Cameron met daarop de tekst “Bedankt voor 10 mooie Belek-jaren. Jouw golfvrienden” Het balletje waarmee ik de enige hole-in-one heb geslagen. Nu zijn het alleen nog maar emotionele herinneringen. Daar kunnen criminelen gelukkig niet aankomen.
Van radio tot televisie, van print tot fotografie: NVGJ'ers waren op vrijwel elk mediapunt aanwezig van het KLM Open. Een korte terugblik op het toernooi met al het werk van de NVGJ-ers. Voorzien van fantastische foto's van ons lid, Jan Kok.
De voorspellingen waren zo dramatisch dat Cara de dag voorafgaand de matchplay match belde om te checken of we wel moesten gaan. Het werd een go. Op Cara’s thuisbaan de Waterlandse scheen de zon in de ochtend. Dat was positief. Cara was positief en vrolijk. Ze speelde van geel. En hoe. Vaak lagen haar afslagen verder dan mijn vermoeide pogingen. Vermoeid, ja dat is de samenvatting van mijn spel. Een klein pijntje in de bil is een vermoeide tred geworden. Strompelen dus. En pijnscheuten bij iedere slag. Cara sloeg recht en ver. Ik in het hoge gras met strafballen tot gevolg. De achterstand ging snel naar niet meer in te halen. Het weer werd slechter en na 13 zijn we teruggegaan. Bijna droog. Ik afgegaan. 1 hole gewonnen. Nu langdurig pauze en niet meer spelen. Hup Cara, je was de beste.