Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
03.02.2021
Willen jullie tennisles van Rod Laver of een rondje op de PGA baan? De vraag aan Henk Koster en mij werd gesteld aan de ontbijttafel in het PGA-hoofdkwartier in Ponte Vedra, dat door de tennisvakbond ATP was afgehuurd voor een congres met toernooidirecteuren, officials, racketfabrikanten en een paar voormalige cracks als Roy Emerson en Fred Stolle. Met deze laatsten brachten we de meeste tijd door, hetgeen ook nog wat aardige artikelen voor Tennis Magazine opleverde.
Henk en ik hadden daar verder weinig te zoeken maar we waren daar toch als enige journalisten beland op uitnodiging van een racketfabrikant. Ik wist toen weinig of niets van golf, speelde pas een paar maanden, maar aarzelde geen moment: die beroemde PGA baan was voor normale stervelingen niet weggelegd. Van topper Tim Mayotte kregen we een buggy en een golfset en weg waren we.
Ik kan me weinig van die fameuze Sawgrass baan herinneren, behalve het moment waarop mijn bal naast een 4 meter lange alligator belandde. We aarzelden geen moment en scheurden erop af voor een memorabele foto. Helaas durfde het bange beest de confrontatie niet aan en verdween snel in het water.
Henk memoreerde al die trip naar de tennissokkenfabriek in Ierland. Ik had een uitnodiging gekregen van onze vriend Willem Pufkus, ooit een vaderlandse
tennistopper en nu importeur van onder andere Browning golfclubs (mijn eerste golfset) en Etonic schoenen. Dat laatste product betekende bijna een faillissement omdat zijn partner een contract had afgesloten met een Belgische basketbalclub, die werd betaald voor minuten televisie. De partner was vergeten dat Europacup wedstijden in zijn geheel werden uitgezonden.
De ervaring op de schitterende baan van Killarny was inderdaad onvergetelijk, al was het maar vanwege de recordscore op een par 3, door Henk zo bloemrijk beschreven. Enig minpuntje: no woman and dogs allowed. Jammer want Henk is liefhebber van de een en ik van de ander. De tennissport was vaker verantwoordelijk voor belevenissen op golfbanen. Zoals een rondje met Zuid-Afrikaanse tennistoppers op de schitterende baan van Monaco. En in Key Biscayne waar ik er achter kwam dat die tennissers bijna allemaal hele goede golfers zijn. Ik nam mijn vriend Magnus Gustafsson mee naar de baan naast het tennisstadion waar hij voor het eerst een club in handen kreeg en tot mijn frustratie met die ijzer-7 tientallen malen kaarsrecht 160 meter sloeg.
Gek genoeg was Wimbledon-kampioen Richard Krajicek geen echt golftalent. We speelden regelmatig op zijn baan De Haagsche (volgens mij de mooiste van Nederland) en dat werden altijd spannende potjes omdat zijn gebrek aan richtinggevoel zelden werd gecompenseerd door onbeschoft verre afslagen. Hij speelde met het zeer dure golfmerk van zijn tennissponsor Yonex. Op een kwade dag vloog het clubhoofd van de ijzer-6 van zijn stok, rakelings langs mijn hoofd. Waarna hij zijn complete set aan mij doneerde. Mijn talentvolle dochter speelt er nog altijd mee.
Ooit belandde ik via de Belgische importeur in de Japanse fabriek waar die stokken worden gefabriceerd en de bejaarde directeur mij vol trots vertelde over het productieproces en zijn ervaringen als kapitein van een kamikaze boot tijdens WOII.
Het was dacht ik ons aller Hans Terol die mijn aandacht vestigde op de NVGJ waar ik na een zwareballotage werd aangenomen en me al snel thuis voelde. Onvergetelijke trips naar het buitenland vormden ieder jaar één van de hoogtepunten. Zo was daar een reisje naar Marokko waar we op de koninklijke baan allen een heuse caddie kregen toegewezen. De mijne was in de negentig, tandeloos
en gaf onverstaanbare adviezen. Toen mijn tweede slag op een par 4 in een bunker was beland, pakte hij mijn putter en tekende daarmee in het keiharde zand de lijn naar de vlag. Ik volgde dit merkwaardige advies en met die putter leverde dat mijn enige birdie van het jaar op.
Maar ook in ons eigen land spelen we dankzij de inzet van Hans op de mooiste banen, waar ik veelal naar toekwam als bijrijder van Hilda van Doorn, goed voor vele uurtjes boeiende conversatie. Hans was het ook die mijn naam deed belanden bij Egbert Mulder, toenmalig CEO van GMG dat een vijftal banen in Nederland exploiteerde. Mulder deed weinig goeds en een paar jaar later zou het bedrijf door zijn gekluns, waaronder de bouw van een megalomaan clubhuis, failliet gaan.
Wat hij wel goed deed was mijn naam doorgeven aan uitgeverij Z-Press die bladen voor golfbanen verzorgde. En dus kon ik met veel plezier een paar jaar onder andere tijdschriften voor GCR (nu Seve, toen home course van Joost Luiten), Naarderbos, Welschap en The Dutch vervaardigen. Naast bijdragen aan het briljante golftijdschrift van Ronald Speijer, dat helaas onverdiend ter ziele ging. Net als dat hele leuke golftijdschrift van Friso Leunge. Ik kon ook nog een bijdrage leveren aan de NVGJ kas.
Omdat ik toch even niets had te doen ging ik in op een uitnodiging van ABN AMRO om een persconferentie in de Arena over hun familietoernooi bij te wonen. Samen met een dame van een kerkblaadje was ik de enige representant van het journaille. Na afloop belde ik met ons toenmalig voorzitter Charles Taylor, die de grap èn de potentie er wel van inzag en er onmiddellijk voor zorgde dat de volgende dag een flink stuk in TeleSport over dit boeiende onderwerp werd geplaatst. Hiermee gewapend ging ik naar een verblufte Ernst Boekhorst die ter plekke een sponsoring van 3 jaar à 2000 gulden toezegde.
Zo’n jaar of acht geleden kreeg ik last van mijn rechterbeen hetgeen mij noopte golfrondjes in een kar te moeten afleggen. Na eindeloze onderzoeken besloot een schrandere neuroloog mij aan mijn rug te opereren. Het snijden en omleggen van zenuwen had geen enkel resultaat, net zo min als de pijnprikken die volgden. Terug bij de huisarts deed ik de suggestie een foto van het been te maken. Een paar maanden later kreeg ik een nieuwe heup en was na een lange herstelperiode eindelijk pijnvrij.
En dus bereid ik nu mijn come back voor en hoop jullie allen weer snel te zien. Het stokje gaat over naar, wie anders dan mijn goede vriend Hans Terol.
De interland Deutschland – Niederlande geht nicht door. Slechts sieben deelnemers aan Nederlandse zijde. Das ist natürlich nicht genug om de eer van Oranje te verdedigen op de fairways van onze oosterburen.
1 juli 2025, een heerlijke dag voor een rondje golf. Officieel Tax Free Day, de eerste dag van het jaar dat je voor jezelf werkt en niet meer voor de fiscus. En ook de eerste dag van het jaar dat het echt lekker warm is, zelfs de warmste dag sinds de meting hiervan ooit in Nederland werd ingesteld. Het zorgde ervoor dat een groot aantal mensen die doorgaans op dinsdag op de Sallandsche Golfclub De Hoek in Diepenveen spelen , er voor kozen thuis achter de gordijnen te blijven zitten in plaats van te genieten van de pracht van een golfbaan in een heerlijk juli-zonnetje. Een bijna lege baan tot gevolg.
De editie 2025 van de Jaski Open op Sluispolder, voor de tweede keer ook een major, is volgeboekt. Alle 49 plaatsen zijn bezet, evenals alle stoeltjes van de zeven buggy’s die we tot de beschikking hebben. Nieuwe aanmeldingen komen op de wachtlijst. In tegenstelling tot wat eerder is aangegeven, starten we niet om 12 uur maar gaan de eerste flights, op 1 en 10, om 11.31 de baan in. De laatste flights vertrekken om 12.20. Jaski is al vele jaren zo'n beetje de populairste wedstrijd in het seizoen: dankzij de royale sponsoring door Willy Hoogland heeft de wedstrijd een sublieme uitstraling. En nu er bonuspunten te verdienen zijn, van 80 aflopend naar 10 voor de eerste acht in beide categorieën, is de wedstrijd nog eens extra aantrekkelijk. Mocht je, om wat voor reden, toch niet mee kunnen doen, laat dat dan tijdig weten: dan kunnen we anderen blij maken.
Wat kan golf toch een verschrikkelijk frustrerende sport zijn. Dat is natuurlijk geen nieuws voor het gros van de NVGJ'ers, die alles weten van fluffs, toppertje, slices en 3-putts. Ons motto is niet voor niets 'elkaar een leuke dag bezorgen', en niet 'these guys and girls are good'. Maar soms gaan de golfgoden wel heel ver met het geven van lesjes nederigheid.
**Winderig, maar warm ontvangen: NVGJ aanwezig bij Redexim Golfdag** Namens de NVGJ waren we op uitnodiging van Redexim en Barenbrug aanwezig bij de 35e editie van hun jaarlijkse Golfdag. Een traditie waar we als NVGJ graag bij aansluiten, zeker in een jaar waarin Redexim zich als trotse sponsor aan onze eigen Nations Cup heeft verbonden. Martijn Paehlig, Hélène Wiesenhaan, Peter Boogaard en ondergetekende mochten de eer van de vereniging hooghouden. En dat deden we op een plek van formaat: De Pan. De wind maakte het uitdagend, maar het Engelse karakter van de baan kwam er prachtig door tot zijn recht. Naast een stevige ronde golf stonden ook demonstraties van nieuwe machines op het programma, en was er bijzondere aandacht voor greenkeeper Marcel Bossinade. Hij ontving de Cees de Bree Innovation Award voor zijn niet-aflatende inzet en innovatieve werk op De Pan. Terecht en verdiend. Dank aan Redexim en Barenbrug voor de uitnodiging, de goede organisatie en het warme ontvangst. Wij kijken nu al uit naar oktober, wanneer we hen op Texel mogen ontvangen voor The Nations Cup.
Mijn golftas met een bagage van clubs, handschoenen, ballen maar vooral herinneringen. Van iedere club weet ik nog precies waarop ik kon vertrouwen. Mijn King Cobra Driver 10.5 was mijn beste maatje. Mijn Scotty Cameron met daarop de tekst “Bedankt voor 10 mooie Belek-jaren. Jouw golfvrienden” Het balletje waarmee ik de enige hole-in-one heb geslagen. Nu zijn het alleen nog maar emotionele herinneringen. Daar kunnen criminelen gelukkig niet aankomen.