Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
24.11.2020
Hoe het begon, vraagt Hans Botman, en je eerste rondje en dat soort zaken. Maakt niet uit hoe lang, als je het maar snel inlevert. Succes man!
De Club
“Genoeg voor vandaag Charles. Genoeg voor altijd. Je hebt er geen barst aan gedaan. Dat zie ik zo, ga maar naar huis”, liet de Engelse golfpro van de net opgerichte Noord-Hollandse Golfclub (DNHGC) me op een ijskoude winterdag weten. Het was in het begin van de jaren tachtig. Ik was daar net lid geworden, dit op dringend of beter gezegd dwingend advies van Robbie van Erven Dorens. “Lessen, oefenen en dan spelen”, luidde diens motto, “want anders kun je het wel vergeten”.
Jawel onze nationale golfgoeroe was streng en sprak met gezag. Met een derdehands setje Slazenger golfclubs in een nogal afgeleefd tasje dat ik van Robbie had meegekregen, meldde ik me dan ook top- gemotiveerd bij de clubsecretaris aan voor lessen bij de clubpro, ene Peter Ackerley. Een vreemde vogel maar tegelijk ook een bijzondere kerel. Dat kwam zo.
Op een morgen, vlak na mijn aanmelding, ging de telefoon. “Met Ackerley”, hoorde ik. “Peter Ackerley. U heeft bij mij wat lessen geboekt. Tien om precies te zijn. Komt U maandagmorgen maar. Precies ja, om half acht. See you”. Ik wilde nog zeggen dat me dat tijdstip niet echt goed beviel. Wilde daarover praten want sportjournalisten bij kranten werden geacht in de weekenden te werken en wel tot aan het sluiten van de laatste edities. Ergens om half drie in de ochtend. Maar oké, ik ging slaperig tot en met, naar mijn eerste les en het was ijskoud, dat weet ik nog heel goed. Maar Ackerley stond erbij alsof hij net uit een stoomcabine was gekomen: dunne pantalon, polootje en katoenen truitje eroverheen. “Slight litte breeze today, Charles”, lachte hij me goedmoedig toe, en ik begreep de boodschap. Niet liggen mierenneuken, niet zeuren en zeveren, gewoon aanpakken, goed luisteren en oefenen.
Ik had best wel talent, liet Ackerley me wat later na de les minzaam weten, maar er moest dan nog wel flink wat werk worden verzet. Veel oefenen en tot volgende week maandag, zelfde tijd, oké? Ik zei ja, maar er kwam die week niet veel van terecht. Van oefenen niet en van les twee de volgende maandagmorgen ook niet. Zelfs met het ijzer-7 kreeg ik geen goeie bal van het gras. “Ga maar naar huis Charles”, baste Ackerley. “We stoppen er mee. Als je echt wilt gaan golfen dan moet je daar vol overgave aan werken en er niet de kantjes van aflopen. Ik kan mijn tijd wel beter besteden. Tot ziens”. Maar ik heb al betaald voor tien lessen, riep ik hem nog na terwijl hij gedecideerd weg beende. Tevergeefs.
Ik pakte mijn setje bij elkaar en verliet toch best wel wat geërgerd, de toen nog 9 holes van Sluispolder. Wat een zeperd, wat een vreemde vogel die pro, dacht ik. Geheel ten onrechte natuurlijk, maar ik baalde wel op dat moment. Nog het meest van mezelf! Tot mijn verrassing ging een dag later de telefoon. “Met Ackerley. Charles als je alsnog golf serieus wilt nemen en dus wilt oefenen en trainen, kan ik je nog inplannen voor een lesje. Neen, niet eerder dan over twee weken. Dan kijken we nog één keer of…”. Ja ik zal er zijn meneer Ackerley, liet ik hem weten, en trainde vervolgens alle volgende dagen minimaal een vol uur. Vóór acht uur s’- morgens. Het ging steeds beter en op les 2 kwam aan het einde de schouderklop van de pro. Les 3 zei hij, zijn de lessen 1 en 2 bij elkaar opgeteld, en meestal leidt dat tot een goed resultaat. Hij had natuurlijk gelijk, moest ik bekennen. Want nog steeds speel ik met groot plezier, en vol overgave een leuke handicap. En denk ik nog veel aan deze aparte, kleurrijke en bijzondere vogel, die helaas alweer van de aardbol is verdwenen. Veel te vroeg als je het mij vraagt.
Intussen moest ik het regelexamen afleggen waarbij we van regeldocent ir. Keverling-Buisman absoluut niet bij elkaar mochten afkijken. Sic! De ingenieur die werkte bij het reactorcentrum Petten bleek een wreedaard die a. scherp lette op het correct uitvoeren van zijn instructies en, b. heel graag multiple choice- vragen stelde waarop verschillende antwoorden goed waren. De meest originele waardeerde hij dan met een voldoende, maar bij een discutabel antwoord werd met een zogenaamd grapje verteld dat niet B maar C het juiste was en dat Pieterse, Janssen, Gerritsen, Berkhouwer en Taylor hun huiswerk voortaan beter moesten doen. Desondanks scoorde ik net aan een voldoende en omdat mijn praktijkexamen prima in orde was, kreeg ik wat nu het golfvaardigheidsbewijs heet. Lekker spelen op de club, iedere zaterdag weekendcompetities en als het kon, woensdags de Herenmiddagen.
De Krant
Op de krant werd de golfsport omarmd tot in de hoogste kringen. Enkele directieleden, marketeers en de hoofdredactie zagen potentie in dit nieuwe fenomeen dat in ons land tot begin jaren tachtig slechts rond de 30.000 clubleden kende; nu bijna 400.000. En des Telegraafs: waarin wordt geloofd, daar wordt over de hele breedte keihard aangepakt. Er werd op ons initiatief een contract gesloten in Londen om de portretrechten en handtekening van Jack Nicklaus / nog steeds de beste golfer ter wereld/ te bemachtigen, en daarnaast startte Telesport met een strip op de sportpagina’s gevolgd door een instructieboekwerkje Leer Golf Met Jack Nicklaus. De oplage was 48.000 stuks. Robbie en ikzelf hebben er zes weken achter elkaar aan gewerkt, samen met tekenaar Dick Vlottes. Een weergaloos succes.
Zelf werd ik op het sportieve vlak ook steeds meer gegrepen door dit virus waartegen geen vaccin bestand is. Golf laat je intrinsiek zien wie je bent. En daarnaast kom je op de mooiste plekken, en mag je met dank aan de krant in deze, wedstrijden volgen all over the world. Met als absolute hoogtepunten The Masters en het Britse Open. Jarenlang. Geweldig, wat een ervaring en wat een leerschool is dat. Werken met en tussen de grote toppers, spannende gesprekken voeren en interessante verhalen kunnen schrijven; een boeiend leven in alle opzichten. Op honderden banen in binnen- en buitenland speelde ik het universele spel. En leerde ik de verschillen kennen tussen vooral linksgolf en het spelen op bos- en heidebanen, heuvelachtige parcoursen, polderholes en wat al niet meer.
/Geef mij maar de echte golfbanen. Liefst aan zee. Meanderend door duin en gorse, aaneengesloten in het zanderige landschap. De wind speels in de haren. In de zilte lucht de geur van vis. Verre horizonten vanaf hoge tees. Samen onderweg in verbindende eenvoud./
De Telegraaf ging intussen door. Met het door ReVed laten organiseren van golfclinics onder leiding van de Amerikaanse golf- doctor Gary Wiren uit Florida en zijn crew, eerst op Spaarnwoude en Brunssum, gevolgd door onder meer Cruquius en banen elders in het land bereikte de krant veel nieuwe groei en aanwas. Het motto Lessen- Oefenen- Spelen, sloeg enorm aan. Ergo, er werden ook speciale golfreizen ontwikkeld waaronder een heel bijzondere. Op de advertorial Ga mee naar Ierland/ Rosa Penna/ Donegal, schreven meer dan 800 liefhebbers in. In een week tijd kon daar het begeerde lidmaatschap- van- een- club-golfkaartje worden verkregen. Daarmee kon bij iedere bij de NGF aangesloten golfclub tegen greenfee worden gespeeld!
Hoe was dat mogelijk? De NGF stond op zijn kop, maar ja, in die jaren was er van een GVB nog geen sprake en bepaalden de clubs wie wel en niet de baan in mochten. Was je lid van en echte erkende golfclub dan moest je worden toegelaten. En Rosa Penna was een echte golfclub. De eigenaar Frank King, was zowel de voorzitter, als secretaris en penningmeester van deze prachtige Ierse links, had een aantal uitstekend gekwalificeerde pro’s aan het werk, maar hij was ook nog eens een vooraanstaand lid van de Ierse Golf Federatie. Hoe officiëler kon je het krijgen. Na zeven dagen en korte nachten aan de Atlantische kust kwamen dan ook in korte tijd honderden nieuwe clubgolfers/sters terug naar ons land en bonsden op de deuren van de Noordwijkse, De Kennemer, De Pan en ga zo maar door. In naam van dit unieke media- initiatief van De Telegraaf: doe open de poort!
Even was het oorlog in Nederland- golfland, en helemaal toen ook de partij Dunhill samen met De Telegraaf optrok in een eigen landelijke competitie met een heuse finale op de Old Course van St. Andrews, het golfmekka van de wereld. Het was een ongekend avontuur voor alle finalisten. De reis naar Schotland/ St. Andrews, het weekend meemaken van de Dunhill Cup, oefenen op een van de schitterende banen in de East Neuk of Five, zaterdagavond met elkaar dineren in de Marquise samen met alle wereldtoppers en officials van de Royal and Ancient, en maandag zelf de Grande Finale spelen op de meest markante baan ter wereld, de Olde Course! Dit laatste onder leiding van good old Toto Strumphler namens de NGF, een powerman die naast golf en regel, ook erg veel hield van een goed glas rode wijn. Heerlijke erudiete vent, Toto. Tevens bron van veel grandioze golfverhalen. Dit fenomeen van De Telegraaf/Dunhill heeft bijna dertig jaar standgehouden en heeft alle deelnemende partijen (clubleden, clubs, NGF, de krant, Dunhill, en de ontwikkeling van de golfsport in ons land) heel veel goeds gebracht. Het GVB- kaartje niet in de laatste plaats!
Sponsors
Heel veel goeds hebben ook de sponsors van onze eigen prachtclub, de NVGJ, gedaan sinds deze vereniging op 28 maart 1994 in Hardelot het licht zag en in september van dat jaar de notaris passeerde. Voor de smeuïge verhalen en anekdotes over de oprichting en het verdere clubleven verwijs ik graag naar de voortreffelijke specials van NVGJ 15 jaar aan de hand van Anneke Groen, Madelon Barenbrug en Paul Mansoor en de full color NVGJ Magazines 2018 en 2019 onder eindredactie van Eric Korver en zijn medewerkers. Daarin straalde het licht vooral op de leden en hun dikwijls dolle avonturen, maar dat kon allemaal wel vooral met grote dank aan onze sponsors. Mensen vooral, die vanuit eigen kracht en/ of met steun van hun bedrijven, jarenlang steun hebben verleend. Support hebben gegeven zodat we ons konden blijven verenigen, ontwikkelen en van onze club een bijzondere sociëteit konden maken, tot op de dag van vandaag.
Vooral Piet van Kleef zaliger, Wim Breukink zaliger, Ton Enthoven, Tom van Eyk, Willy Hoogland, Eveline Jiskoot met haar grande professional Francesco, Aad Ouborg, Ruud van Breugel, Jur Raatjes, Jolanda Swart, Duca del Cosma, Fairway Golf Travel en anderen verdienen veel respect. Dat laatste verdienen wij als leden ook zelf, wees daarin niet al te bescheiden. Immers ons motto is en blijft dat we elkaar een leuke dag dienen te bezorgen en ten tweede dat we contacten moeten aangaan en onderhouden met elkaar, en verder in binnen en buitenland. Het laatste deel van onze existentiële parameters gaven we vorm en inhoud in twee door onze club geïnitieerde en uitgevoerde EMGJ’s/ European Masters for Golfplaying Journalists. De eerste op De Efteling, de tweede in Vaalsbroek/ Het Hoenshuis. En verder onze interlands met onze Duitse en Belgische vrienden. Voor alle Europese deelnemers/sters waren de twee EMGJ’s topdagen in ons land waarover nu nog steeds met veel eerbied en groot respect wordt gesproken.
Meinard Carper moet hier zeker ook even worden ‘gepluimstrijkt’, voor de vele inspanningen die hij samen met mij heeft ondernomen om deze NVGJ- happening tot een super en onvergetelijk geslaagd festijn te maken. En om het af te maken nog even de sponsors die ons toen enorm steunden met geld en goederen: Dunhill, Pro port, Enthoven Fashion Group, Faber Vlaggen, Terberg Leasing, Taylor Made en Lancia (hole in one auto!). Wat een weelde en wat was de penningmeester blij want zijn kas werd met het organiseren van deze toernooien weer wat ruimer. We profiteren er nog steeds van zelfs. De hoogste tijd dus om voor een derde ronde te gaan lijkt me een prima idee. Kennis, kunde en potentie genoeg in de club en een inspirerend doel om neer te zetten en naar toe te werken.
Kerstman
Ik schrijf dit stukje in mijn kleine studiootje onder het pannendak van mijn huis en wil er wel tot aan het einde van de avond mee doorgaan. Zo onwijs veel is er te vertellen over het unieke gezelschap dat we samen zijn: divers, kleurrijk, loyaal aan de erecode, sociaal, sportief en vibrerend. Onze wedstrijden, de verhalen, de diners, de ontmoetingen, alles bij elkaar een enorme schat die we koesteren. Gewoon omdat het waardevol is. Voor velen wellicht zelfs een belangwekkend onderdeel van het persoonlijke leven. De NVGJ….
Oh wacht even, mijn mobieltje trilt als een sidderaal. Ja hallo? Verrek ben jij dat Lia, wat is er? Ze zegt: ik zit beneden en hoorde net buiten dat liedje Ho Ho Ho. Heb jij dat niet gehoord. Ik zeg nee hoor, ik ben hard bezig hier. Ze zegt: ik ren naar buiten en zie ineens een witte streep door het heelal razen met een grote slee en elanden ervoor. Daar kwam dat geluid vandaan. Het klonk als jullie clublied. Zeker weten. Ik zeg tegen Lia: dan is de Kerstman wel erg vroeg dit jaar. Sinterklaas moet nog komen toch?! Ze zegt: Charles ik dacht dat het niet de Kerstman was, maar Jaap Homan. Doe niet zo gek, zeg ik. Hoe weet je dat zo zeker. Lia zegt: ik zag het parlement naast hem zitten. Het parlement? Ja, Ada. Zij had de teugels vast in handen. Hohoho, zo kan ie wel weer zeg ik..
Ik ben er klaar voor. Tenminste, alle voorbereidingen zijn gedaan: diverse handschoen, check. Genoeg ballen, check. Pins, check. Pitchfork, check. Golfhorloge, check. Vier seizoenen kleding in de auto, check. Nog wel even de clubjes poetsen. En nieuwe golfschoenen bestellen, want deze robuuste Stuburts zitten wel heerlijk, maar overal waar naden zijn laten die inmiddels los. Nu ben ik mij wat minder bewust van wat wij ‘in voorraad’ hebben dan mijn echtgenote. Tenzij het om de wijnkast gaat. ,,Nieuwe schoenen bestellen'', vraagt zij verbaasd. ,,Heb je al eens in de garage gekeken. Je hebt nog twee paar nieuwe. In de doos, nooit uitgepakt'', klinkt het vol onbegrip. Hè, nieuwe schoenen? Welnee, of toch. Twee dozen van Duca del Cosma. Ja, uitverkoopjes, die kon ik echt niet laten staan. De situatie vraagt om een licht charmeoffensief. Zal ik meteen maar even het schoenenrek opruimen, stel ik zeer toeschietelijk voor. ,,Zal mij niet verbazen als daar ook nog nieuwe schoenen staan.'' Kom op! Ik verzamel geen schoenen, ik loop er alleen maar op. Het opruimen van het muurhoge schoenenrek blijkt een harde confrontatie met mijzelf. Op ooghoogte vind ik direct de vaker gebruikte, oude schoenen. Wat meer onderop blinken nog andere schoenen. Callaway? Zitten die ook in de schoenen, vraag ik quasi nonchalant. Wel een beetje slordig. Nog eens drie paar golfschoenen; nieuw. Wit met rode en zwarte bies, geheel zwart en een paar klassiek bruin met krokodillenprint. Maar, ik gooi ook zes paar oude schoenen weg, probeer ik nog. Dat is niet voor niets, want niet wetend dat de garage een verkapte golfschoenensale is, had ik al een nieuw paar besteld. Hey Dée, werk jij morgen thuis? ,,Ja, hoezo?'' Nou, het kan zijn dat er een pakje voor mij wordt bezorgd en ik heb de hele dag afspraken buitenshuis, probeer ik zo gewoon mogelijk. Dat heeft ze meteen door. ,,Een pakje? Je gaat mij toch niet vertellen dat je nieuwe golfschoenen hebt besteld'' vraagt ze hoofdschuddend. Nou ja, ik wist dus niet dat ik ergens nog een paar nieuwe schoenen had staan. Dat was voor ik ging opruimen, anders had ik dat nóóit gedaan, natuurlijk. Weer een zucht, gecombineerd met een meewarige blik. Ik denk dat het maandag de zwarte Callaway's worden; spikeless. Ik blijk ook zwarte golfschoenen te hebben mét spikes... Wist ik ook niet... Ronald Massaut
Soos vorige jaar het Ruud Taal en Ruud Onstein, die twee oudste gholfspelende lede van die NVGJ, die nuwe gholf seisoen afgeskop met ’n wedstrijd op die gholfbaan van Kuilsrivier, ’n baan in die omgewing van Stellenbosch. Hulle het matchplay gespeel vir die bevordering van die inskrijwings vir die Mr. Glow Matchplay Kompetisie en die eggenotes Marianne en Kea het toegekijk of alles volgens die reeëls is verloop. Ruud O is oud wenner van dees kompetisie, maar hij is nu te oud om nog te kompeteer vir die wentjek, ondanks dat hij die gholfstokkies nog aardig kan hanteer. Ruud T het die wens om die Cup nog ooit te wen, maar of dit sal gebeur lig in die skoot van die toekoms verborge. Het was een spannend tweegeveg waarbij die wenkanse bij elk putjie verander het. Dan het Ruud één op op sy telkaart, en dan had Ruud één op op sy telkaart. So het die kanse gewissel. Op die 15e putjie was albei spelers gelijk op, maar op die 16e putjie het Ruud O sy bofhou verbrou en die bal in die water geslaan, terwijl Ruud T een baie bofhou gemoker het en die putjie gewen het. Op die 17e putjie was beide spelers gelijk aan die baansijfer so dat die 18e putjie, baansijfer 5, die beslissing moes bring. Daar het Ruud T toegeslaan, hij was met drie houwe op die setperk en het met sy setijster, die vuurwarm was, die bal dood bij die pen gekrij vir ‘n 5. Die beide spelers het hierna hande geskud en Ruud T gefelisiteer met dees pragtige oorwinning. Die wedstrijd was in baie harmonie verloop en die koeldrankies na afloop was baie lekker. Dieselfde aand het die twee aandete geniet in één van die spog restaurants van Stellenbosch. Daar het Ruud T na sy sege geseg: “Ek is baie tevrede met my spel, daar was ’n paar belangrike sethouwe wat die verskil tussen wen en verloor was. Dit is ’n wonderlike manier om die nuwe seisoen te begin en ek sien uit na die jaar. Ek wil hierop voortbou en vanjaar my best gholf speel’ aldus een tevrede Ruud Taal. (voor vertalingen raden wij Google Translate of Glosbe.com aan, red)
De aanmelding voor de NVGJ-matchplaycompetitie 2025 is opengesteld. Aanmelden kan heel eenvoudig (én snel!), door een e-mailbericht naar louiswesthof@gmail.com te sturen met: ‘Ja, ik doe mee’, of woorden van gelijke strekking. Ook in de 2024-editie is weer bewezen dat er geen leukere spelvorm is dan matchplay. Voor het derde jaar op rij draagt deze wedstrijdreeks de naam van onze ruimhartige sponsor Mr. Glow, vertegenwoordigd door Jolanda Swart. Hulde! Ik ben heel benieuwd waarmee ze de finalisten en halvefinalisten dit jaar zal verrassen. Gezien het enthousiasme onder de deelnemers over de vorige edities hebben we voor dit jaar nauwelijks iets aan de opzet gewijzigd. Dus organiseren we ook in dit jaar een herkansingscompetitie voor de verliezers in de eerste en tweede ronde (mits voldoende aanmeldingen, moet ik er formeel bij vermelden). We memoreren hierbij het spelconcept, dat een kleine wijziging onderging: er wordt tot en met de kwartfinales gespeeld met driekwart verrekening van de playing handicaps. In de halve finales én de finale worden de handicaps volledig verrekend (dit mede op voorspraak van onze kampioen van 2024, die zo meer tegenstand verwacht). Bij de indeling van de eerste en tweede ronde doet de wedstrijdleider zijn best om te voorkomen dat de deelnemers het halve (of hele) land moeten doorkruisen om het tegen elkaar te kunnen opnemen. Met vriendelijke groet, uw wedstrijdleider, Louis Westhof
Nog maar één week en dan gaat het seizoen gelukkig weer beginnen. Wie er nog niet bij is, is in ieder geval onze all time recordhouder van de NVGJ, met maar liefst zeven eindoverwinningen van de Order of Merit. Henri van der Steen staat voorlopig nog even aan de kant door een venijnige rugblessure en wacht op een operatie
Terwijl de aanmeldingen binnenstromen voor de eerste golfwedstrijden van de NVGJ, zijn onze leden nog volop bezig met allerlei andere activiteiten. Hélène stuurde ons dit plaatje. Het is 20 graden in Saalbach momenteel. Of er nog lang geskied kan worden is nog maar zeer de vraag. Maar deze pakken ze haar niet meer af.
De wedstrijdcommissie heeft in overleg met het bestuur besloten om het wedstrijdreglement op een aantal punten uit te breiden of te verduidelijken. Het betreft een aantal punten, die René Brouwer als voorzitter van de wedstrijdcommissie graag even toelicht.