Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
14.07.2020
‘Ik denk dat één NVGJ’er nu al thuis op de bank zit in een nagelnieuw Robbenshirtje. Ik draag daarom het stokje over aan Jan Mennega’. Met die olijke eerste zin en in de tweede de oproep om het volgende Estafette-stukje te schrijven, sloot Pieter Landman zijn Estafette-verhaal af. De door mij zeer gewaardeerde oud-voorzitter van de golfclub die zijn gelijke niet kent, doelde daarmee natuurlijk op de rentree van Arjen Robben bij FC Groningen. Op de terugkeer in de eredivisie van een van de beste Nederlandse spelers ooit, die ik in Waalwijk tegen RKC heb zien debuteren in de hoofdmacht van de Trots van het Noorden en in de loop der jaren heb leren kennen als een oprechte jongen met een enorme liefde voor de bal. Én voor FC Groningen.
Nee, dat nagelnieuwe Robbenshirtje van FC Groningen is er nog niet. Ik moet het stellen met een shirtje, met handtekening, van de stervoetballer uit zijn tijd bij Bayern München, dat ik van hem kreeg bij mijn afscheid als voetbalverslaggever bij het Dagblad van het Noorden, ruim drie jaar geleden inmiddels alweer.
In de voorlaatste zin waarmee Pieter Landman afsloot staat ook een fout. Het is hem vergeven. Hij kon het niet weten. Door de corona-ellende heeft de Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten de algemene ledenvergadering moeten schrappen en zijn er ook nog geen wedstrijden geweest. Wat ik wil zeggen is dat ik geen lid meer ben van de NVGJ. Dat ik niet meer op de ledenlijst sta, heeft overigens niks te maken met corona. Ik had me al bij Hans Terol afgemeld voordat iemand nog maar kon bevroeden dat er een pandemie in aantocht was met een impact die iedere verbeelding te boven ging.
Goed, ik ben dus geen lid meer van de NVGJ – daarover verderop meer – maar toen Hans Terol mij vrijdag mailde en vertelde dat Pieter Landman mij had uitverkoren als zijn opvolger in de Estafette- serie en het leuk zei te vinden een stukje te schrijven over mijn golfleven zonder NVGJ, ben ik natuurlijk meteen op zijn verzoek ingegaan. Ik ben de beroerdste ook niet tenslotte. Maar eerst even iets over mijn leuke leven als NVGJ’er. Want ik ben altijd met veel plezier lid geweest van jullie, en toch ook een beetje mijn club.
Ooit, het voelt als heel lang geleden, heeft Jaap Homan mij geïntroduceerd. Als ik het me nog goed herinner debuteerde ik in een wedstrijd op de Efteling en de
wedstrijdleider, ongetwijfeld William Wollring, want ik weet niet beter dan dat hij bijna zijn hele leven lang wedstrijdleider is geweest, had me ingedeeld bij Anneke Groen en Eveline Jiskoot. Geen idee of ik die dag nog wat punten bij elkaar heb geslagen, wat ik nog wel weet is dat ik bij de aansluitende algemene ledenvergadering en prijsuitreiking qua kledingkeuze volledig uit de toon viel. Ik droeg een spijkerbroek met een groen truitje. De rest van de mannen had zich gestoken in een colbert met daaronder een zorgvuldig gestreken overhemd met stropdas, al dan niet in de clubkleuren, en een pantalon met een mooie vouw en goed gepoetste, glimmende schoenen.
Mijn outfit kwam mij op afkeurende blikken te staan van nogal wat doorgewinterde NVGJ’ers en in het voorbijgaan liet Ruud Onstein tussen neus en lippen door ook nog even weten dat ik mij in mijn kledingkeuze toch echt zou moeten verbeteren. Jaap Homan, in wiens gezelschap ik bijna altijd naar de wedstrijden her en der in het land reed, had mij natuurlijk even moeten zeggen dat jasje-dasje usance was en nog altijd is bij de NVGJ. Ik heb het hem allang weer vergeven.
Nadat ik wat was ingeburgerd heb ik wat wedstrijden gewonnen en ben ik twee keer eerste geworden in de B-categorie. Eén keer was daar een echt mooie prijs aan verbonden: een golftrip naar PGA Catalunya gecombineerd met een ticket voor Barcelona-Arsenal in de Champions League.Samen met Michiel Teeling, de winnaar van de A-categorie, heb ik daar een paar mooie dagen gehad.
De A-categorie heb ik helaas nooit gewonnen – in de eindstand ben ik één keer tweede geworden – en in de strijd om de matchplay titel ben ik – eveneens helaas – nooit verder gekomen dan de halve finale. Een partijtje matchplay, één tegen één, de dood of de gladiolen, vind ik het allermooist. Ik heb, althans in mijn beleving, prachtige wedstrijden gespeeld tegen Henri van der Steen, verloren op de negentiende hole, Rob Hoogland, gewonnen op de Lage Vuursche op de negentiende, Marijke Brouwers, Ruud Onstein, hevige regenval maakte een voortijdig einde aan onze partij, waardoor ik nogmaals naar de Noordwijkse moest en nog verloor ook, Hans Terol, Martijn Paelig, Ruud van Breugel en Michiel Teeling, van wie ik het afgelopen seizoen nipt verloor. Baal ik met terugwerkende kracht nog steeds van. Een angstgegner had ik ook: Foeke Collet, die mij twee keer een pak slaag gaf. Mijn zwaarste nederlaag leed ik tegen Sietse Herrema, die mij, op mijn thuisbaan in Assen nota bene, vermorzelde.
Je bent altijd welkom heeft Hans Terol tegen mij gezegd toen ik mij afmeldde en in zijn mailtje van afgelopen vrijdag herhaalde hij dat nog eens, dus wie weet, maar op dit moment ben ik geen lid meer en de reden dat ik heb afgezegd is van plezierige aard. Ik ben het afgelopen jaar twee keer opa geworden, beide keren van een jongetje, van Noah, bijna acht maanden inmiddels, en van Jesse, die nog net geen drie maanden is. Een waanzinnige ervaring, vind ik het. Noah, die al begint te kruipen en al met zijn hele gezichtje tegen je lacht – huilen doet ie overigens ook, maak je geen zorgen, het is niet alleen maar rozengeur en maneschijn – en Jesse die ook al tegen je begint te lachen.
Op deze prachtmannetjes passen mijn vrouw en ik met zekere regelmaat op en dat is waarom ik mijn lidmaatschap bij de NVGJ heb opgezegd. Het ontbreekt mij momenteel simpelweg aan tijd om al die wedstrijden te bezoeken. En om incidenteel eens een wedstrijdje te spelen, daar ben ik het type niet
voor. En dus groet ik jullie vanaf deze plek en wens jullie in de tweede helft van dit horrorjaar nog een aantal mooie wedstrijden toe. Het was me aangenaam en wie weet tot ziens.
Ik draag het stokje over aan Henri van der Steen.
We gaan met de NVGJ terug naar De Goyer. Terug naar die baan die bij iedereen in het geheugen gegrift staat: waar ooit een slagboom naast lag en wij dat dagdeel het enige gezelschap waren. Niemand heeft ooit schuld bekend, al vond het bestuur destijds dat we de helft van de kosten moesten dragen. Zo gaat dat bij ons.
Ze zijn onderhand allemaal weer thuis. Een mooie ervaring rijker, soms een illusie armer. De surprisereis kende inderdaad enkele mooie verrassingen. Maar net als met golf: niet elke slag is raak. Zeker niet op een beest van een baan als La Galiana of de derde achtereenvolgende golfdag in combinatie met greens die het slechtste in je naar boven halen. Lees mee! Zestien uit Nederland aanvliegende golfers en vier die al een deel van het jaar in Spanje wonen; allemaal in afwachting van het moois dat deze nieuwe NVGJ-golfreis hen zal brengen. Ze komen om te golfen, maar dat gaat gepaard met gezelligheid, humor en zelfspot over soms magere wedstrijdresultaten. Maar ook goede gesprekken en - overdenkingen. Want het leven in Spanje is goed ... je zou hier - in de winter - prima kunnen wonen ... Grenzend aan onbegrepen klein en groter leed is de vaststelling - al op de eerste golfdag - dat sommigen ineens niet meer kunnen putten. ,,Met twee slagen op de green en met vier puts eraf. Hoe kan dat nu?'' Of; ,,die greens zijn gewoon niet te lezen. Hoe dan?'' Ook: ,,Ik raakte de bal amper aan en dan ligt 'ie toch ineens verder dan van waar ik begon.'' Erger: ,,Ik heb vandaag écht geen bal geraakt. Nog nooit zó slecht gespeeld.'' Hoogste score Wie die ervaringsdeskundigen waren, dat laten we in het midden, want iedereen had verdeeld op drie speeldagen wel een gelijke ervaring. De NVGJ speelde twee keer gecombineerd drie lussen op La Sella en de 18-holes bergbaan La Galiana. La Sella dit najaar nog host van de European Ladies Tour en La Galiana het beste te omschrijven als 'een beest van een baan'. Vaker smalle fairways, maar weinig meters vlak en dan loopt de baan ook nog eens af. Buggies moesten te vaak op het pad naast de baan blijven. Met verhoogde afslagplaatsen en sterk aflopende fairways en greens is het een aanslag op je conditie. ,,Misschien iets te moeilijk voor de meesten'', constateren we later in het clubhuis. Toch werd uitgerekend op La Galiana de hoogste score behaald. Sponsor Eric Venghaus putte 36 stablefordjes. ,,Ik speelde vandaag onbevangen. Ik zag die baan wel liggen in het dal en dacht ook meteen: Onmogelijk! Maar oké, gewoon spelen; we zien wel.'' Reis- en wedstrijdleider Ger Laan zag dat het goed was. Al speelde hij zelf met gemengde gevoelens. ,,Ik krijg idioot veel slagen mee. Dat komt omdat mijn handicap zo is gestegen de laatste tijd. En dan speel je jezelf ineens dik in de punten. Ik schaam me dood'', was zijn reactie. Overall winnaar Zijn hoge handicap leidde indirect tot overall winnaar met opgeteld 81 stablefordpunten . Met als podiums een derde plaats op La Galiana (29 punten) en een tweede plaats op de tweede en laatste dag op La Sella (27 punten). Ook Marijke Brouwers speelde weer zo constant als een Zwitsers uurwerk met 27 punten op de eeste dag op La Sella (3e) en tweede op La Galiana met 31 punten. Er wrong zich nog een andere vaste waarde tussen de eindranking: sponsor Jolanda Swart. Zij werd tweede met 79 punten. Dat was vooral te danken aan haar dagwinst op de tweede speeldag op La Sella met 31 punten. Saillant detail is dat ze die hoogste score combineerde met caddiën voor flightgenote Janneke Koster, die tot haar eigen verbazing ook nog een par sloeg. Vermeldenswaardig zijn ook de dagwinst van Henk Koster op dag één op La Sella en de derde plaats van Eric Dercksen op de laatste dag op La Sella (26 punten). Er werden nog twee birdies gescoord door 'gasten' George Baars en Ronald van Zanten. Het waren vier heerlijke dagen golfen in redelijk goed weer, good food & drinks in een prima sfeer en met hele prettige reisgenoten. Met dank aan Hans Terol, die er overigens zelf niet bij was en onze Spaans sprekende reisleider Ger Laan. Vliegen Maar dan komt ook weer het moment dat je moet terugvliegen. En helaas is dat met Transavia. Op de heenreis vanaf Amsterdam 's ochtends al bijna 1,5 uur vertraging en nu 's avonds 3 uur vertraging op Alicante. Meer dan een halve dag van mijn verjaardag (67; pensioen!) doorgebracht op mogelijk het vreselijkste vliegveld in Europa! Over vliegen met Transavia gesproken. Wat een armoede, wat een flutmaatschappij. Pakweg driekwart vliegt - extra betaald - priority. Kunnen ze ieder een extra stuk bagage meenemen aan boord. Als je niet meegaat in deze vorm van zakkenrollen (100 euro extra p.p.) voor priority, dan vind je uitpuilende bagagevakken boven je stoel als je als C-klasse het vliegtuig binnenstapt. Controle op maximale afmeting of gewicht is nul. Interesseert Transavia geen reet. ''Ken ik effe vanghu''. Om 23.10 wensen twee van die groen-donkerblauwe luchtzussen ons zonder blikken of blozen een 'goede avond' en 'zeggen: welkom aan boord'. Hoezo 'avond'? Het is zo goed als nacht. Transavia je bent gewoon drie uur te laat. Wéér te laat. Neanderthaler En dan sommige passagiers. Je kunt flinke pech hebben. Voor mij op stoel 20C zit een Neanderthaler; type Fred Flinstone. Groot, vierkant hoofd met een kop ongewassen haar. Stinken! Mogelijk een tijdje geleden voor het laatst gewassen met hele goedkope, ranzige shampoo of met dierlijk vet. Dat is duidelijk gaan gisten en het vet op zijn hoofdhuid is gaan schiften. Zoiets. Bij de eerste mogelijkheid gooit hij de rugleuning achterover. Zijn vieze, smerige pruik boven mijn neus. Na drie keer gevraagd te hebben of hij 'die viezigheid uit mijn gezicht wil halen', weet ik: laat maar. En weer gaat de rugleuning naar achteren. Alicante is aanvliegplaats voor camping Benidorm, vertel ik mijzelf. Vervolgens kom je 's nachts aan op Schiphol op een verlaten D-pier. In de verte zien we de verlichting van het luchthavengebouw. Is ook nog één van de loopbanden stuk. Bagage ophalen in hal 3, dan naar de uitgang; dus de hele luchthaven over. Compleet gesloopt stap ik in de taxi die gelukkig wel op tijd is. Als we eindelijk 's nachts om 3 uur thuis zijn denk je toch: kunnen we volgende keer niet met de auto of de bus? Of met de boot ...
Zo'n 20 leden van de NVGJ familie (met aanhang) genieten momenteel van de surprisereis in het Denia Marriot Golfresort & Spa tussen Valencia en Alicante in Spanje. Henk Koster stuurde ondermeer deze foto waarop Marijke, Dea, Janneke en Jolanda (vlnr) op staan. Marijke en Roderik bezochten op weg naar Denia een Spaanse poppenfabriek, waar bijzondere 'newborn' poppen gemaakt worden. Deze poppen lijken net echte baby's. Op verzoek werd de door hen voor een kleindochter gekochte babypop getoond en meteen als echte baby gekoesterd..
Ons gewaardeerd bestuurslid en fantastische fotografe Hélène heeft een schitterend boek gemaakt met foto's en teksten van het Team Para/Atletiek. Al jaren is zij verbonden als fotograaf aan dit team en reisde met hen de hele wereld over naar WK's en Olympische Spelen om de meest prachtige foto's te maken. Dat heeft geresulteerd in een indrukwekkend fotoboek met bijzondere teksten over het ontstaan van het Team, verhalen over wat de atleten hebben moeten doormaken en hoe keihard er getraind wordt. En hoe zwaar de weg naar succes was. Wat de atleten in hun kinderjaren hebben moeten horen tart ieders verbeelding: 'Kun jij dat wel?', 'Je mag niet alleen in een kano en je krijgt ook geen peddel want dat kun je toch niet', 'jij kan geen veterstrikdiploma halen', en meer van dat soort kwalijke opmerkingen. Dit boek gaat over nooit opgeven, of zoals atleet Fleur Schouten zei: 'Never ever, ever, ever give up. Titel van het boek: No Excuses, de spijker op zijn kop.
Tijdens de jaarlijkse slotavond van de Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten (NVGJ) is de Golfpersprijs 2025 uitgereikt aan Niels Hooft. Hij ontving de prijs voor zijn bijdrage aan de golfjournalistiek door zijn talloze video's op Youtube en social media.
De slotavond van de NVGJ had alles: spanning, drama en een flinke dosis Murphy’s Law. In de A-categorie kroonde Foeke Collet zich tot tweevoudig kampioen van de Charles Taylor trofee. Halverwege de ronde ging hij nog languit op de grond liggen na een lullig chipje waarbij het in zijn rug schoot. Toch sprokkelde hij onverstoorbaar 36 punten bij elkaar. Mr. 34-35-36 zat dit keer aan de hoge kant. “Never underestimate the injured man,” bleek het motto van de avond.