Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
07.07.2020
Op een of andere manier heb ik altijd in de buurt van een school gewoond. In mijn jeugd er zelfs recht tegenover, ideaal, alleen met spijbelen had je een probleem. Na schooltijd en in de weekenden speelde ik daar altijd met vriendjes uit de buurt. Voetballen met lage bankjes aan de kant als goal, tennissen tegen de muur, frisbeeën of met de honkbal in de weer.
Het was een fijne buurt, om de hoek woonde een familie die twee tennisbanen bezat. Daar was ik bijna elke dag te vinden, hielp mee met de banen en het onderhoud en gaf als invaller soms tennisles op de woensdagmiddag aan de kinderen.
Die club en familie waren bijzonder, de toernooien die we speelden, de mensen die lid waren, de feesten die we er vierden. Echt een fantastische tijd. Het studeren schoot er enigszins bij in, het vrije leven trok meer, ging reizen, had baantjes in de horeca, werkte op het strand en was manusje van alles bij een reclamebureau. Wel bleef ik altijd sporten met vrienden. Na dit tweejarig intermezzo toch maar weer gaan studeren. De een maakte zijn rechten studie af, de ander ging naar het CIOS, ik naar de school voor Fotografie, waar ik altijd al mee bezig was.
Via mijn ‘CIOS’ vriend Kees, raakte ik voor het eerst in contact met golf, het is daar een onderdeel van de opleiding, hij mocht trainen op de toen pas geopende Haarlemmermeersche, maakte ons enthousiast, we waren overstag. Een tweede hands Lynx setje was snel gekocht. Spaarnwoude in de buurt en openbaar. Met een andere vriend kochten we er een 20 rittenkaart voor 18 holes en gingen op de donderdagen, mijn vrije dag als fotograaf, inmiddels bij United Photos, de baan in.
Met af en toe een lesje en aanwijzingen onderling kregen we snel baanpermissie en haalden ons GVB. Dezelfde Ad Wessels van Ruud Onstein heeft trouwens ook jaren les gegeven op Spaarnwoude. De eerste keer met z’n allen naar België golfen op Oudenaarde met dat oude kasteeltje zijn klassiekers, al bakten we er nog niet veel van. Nog steeds gaan we elk jaar op pad.
Golf werd populair en Spaarnwoude steeds drukker en mede vanwege die drukte richtten wat fanatieke spelers in 1996 Golfclub Houtrak op. Enkele jaren later heb ik ook de overstap gemaakt en ben wat regelmatiger gaan spelen. Hoewel het meestal lastig te combineren was met werk. Vele NVGJ’ers waren daar destijds lid, Poppe, Koen, Stan, Pim, Ron, Willem 2x en Paul.
Via Koen Suyk ben ik in contact gekomen met de NVGJ. Koen woonde destijds in de buurt, we zagen mekaar af en toe, hij fotografeerde ook, zijn broer Dick is een bekende tennisleraar. Koen had geweldige verhalen over dit gezelschap en adviseerde een aanmeldingsbrief te schrijven naar secretaris Leo van der Ruit. Na ballotering mocht ik aantreden. Dasje, jasje dat soort zaken waren traditie, begreep ik.
Mijn eerste wedstrijd, weet niet meer exact welk jaar, speelde zich af op Nunspeet. Deze keer begon de dag met een lunch, daarna pas de wedstrijd. Enigszins gespannen en groen betrad ik het clubhuis en stelde mij voor aan de aanwezigen. Na een welkomstwoordje van Charles en Leo was het tijd voor de lunch, zalm, champagne, een soepje, hors d’oeuvres, poached eggs aan alles was gedacht, iedereen zat aan. Waar was ik beland, wat is dit voor club. Had nog geen bal geslagen. Eindelijk tegen tweeën mochten we de baan in. Een tweebal met Lex Hiemstra als ontgroener (zit je tegenwoordig in Spanje Lex?)
Op het smalle Nunspeet, met knikkende knieën, de eerste drive gelijk tegen een boom, weg bal. De rest van de wedstrijd was niet veel beter, ik stuiterde het bos door. Met dank aan die heerlijke lunch. Na afloop douchen en met pak één (Poppe..) jasje en dasje het terras verkennen. Daar ging het feest gewoon weer verder, waar we na de lunch gebleven waren. Een drankje hier een sigaartje daar, (in die tijd liep iedereen met een doos sigaren onder de arm). Allemaal gesoigneerd, mooie karakters en nu weer een heel gezellig diner. Ik voelde mij hier wel thuis.
Vele jaren volgden met even zovele avonturen, prachtige banen en af en toe een overwinning. Namen en reizen die opkomen zijn er vele, Stan Klaren, Henk J Meijer, Jaap Ho Ho Homan, Princess met Cas Spijker, Emile de Neuville,Ben Visser, met Jan Bos naar Frankrijk, met Robbie naar Ierland, met Henk naar Roland Garros & Barcelona, met Charlie, Louis en de rest naar die Schweiz, met Ronnie ziek op reportage, Pieter Royal Run, Tous, Alex, Wim Breukink, Ruud X2, op pad met Willen en Paul, Marokko, Portugal, Porto Santo, Puglia, Duitsland, Spanje, Curacao en meer…..
De banen zijn weer open er wordt weer gespeeld. Hoop jullie snel weer te zien!
Geef het stokje door aan Onno ‘backstep’ Hansum.
Paehlig vs De Jong 5 & 4 ''' 'Als ik het verhaal moet tikken dan wordt het een heel korte hoor. Iets van “Martijn speelde goed, Martijn heeft gewonnen”''', zegt Annette als good old Hans Woudstra op het terras van 'zijn' Zaanse vraagt hoe dat straks dan gaat als ik, ondanks dat ik 29 slagen moet geven, onverwacht toch zou weten te winnen. Onze oude vriend babbelde er vrolijk op los. Oude namen kwamen voorbij, herinneringen aan mooie dagen bij de club: '''ik heb pas geleden nog eens een jasje uit de kast getrokken met het oude nvgj-logo op de borst. Het zat wat ruim'' glimlachte de ook alweer bijna tachtiger voor hij ons uitzwaaide naar de eerste tee. De Zaanse dus. Dat is, ik geef het grif toe, niet mijn favoriete baan. Geen idee waarom, maar met sommige banen heb je nu eenmaal meer, met sommige wat minder. Al hielp het niet dat ik me stiekem ook verheugd had op een ronde op De Goyer, maar daarvoor niet geholpen werd door Friso die zich in de vorige ronde aan Annettes zegekar had laten binden. Zijn nederlaag, en verslag, bezorgde me bovendien de nodige bibbers. “Als iemand handicap 18 heeft op de waterrijke Zaanse, weet je één ding zeker: die slaat een rechte bal. En zo gebeurde op een zonovergoten baan. Annette was super degelijk vanaf de tee, prikte haar houtjes van de fairway recht vooruit, chipte alles netjes in de buurt van de vlag en wist zo de handvol extra slagen die ze kreeg op één na (gehalved) keurig te verzilveren”, schreef hij. Het was precies zoals de in Amsterdam opgegroeide Noord-Hollandse speelde. Niet ver maar alles rechtdoor. Het was echter niet de enige 'maar', er waren er nog twee. Maar 1: maar haar chippen en putten was niet altijd wat het zou moeten zijn. Maar 2: maar ook als het dat wel was geweest was het waarschijnlijk een lastig verhaal geworden ondanks de zes slagen (geen 29 Hans!). Na vijf holes had ik al vier birdieputts op het maximaal dertig centimeter van de cup gelaten, stond ik één boven par voor de ronde...en vier up voor de wedstrijd. Hans: 'En wat doen jullie dan als het na tien holes klaar is', zou toch niet bewaarheid worden? Gelukkig niet nee. Daarvoor was het te gezellig en bovendien herpakte Annette zich uitstekend. Een echte bogeygolfer. Net wat minder afstand, vrijwel alles recht en als je dan je bogeys maakt kom je snel naderbij. Bij het bereiken van de turn was het verschil weer 1 hole, maar na het keerpunt ging het ineens alsnog hard en het was waarschijnlijk vooral de par-5 twaalfde die het moraal bij Annette brak. Waar je banen kan hebben die je minder liggen, heb je dat ook met individuele holes, en Annette had dat met deze hole, zo zei ze nog voor we in de buurt van de tee waren gekomen. Dat gevoel werd er niet beter op toen ze ondanks herhaalde pogingen niet uit de greensidebunker kwam. Met de verkeerde bal ook nog eens constateerden we toen ze de hole op had gegeven. Ook dertien ging verloren na een bal in het water en toen ze op de par-3 veertiende een putt van minder dan een meter een 360 graden ererondje zag maken zonder te vallen en ik mijn korte putt wel maakte, was het ineens gedaan. Met nog vier holes te spelen was de achterstand te groot geworden om nog goed te kunnen maken. We speelden – we moesten toch die kant op – de par-5 vijftiende nog, maar besloten dat dat de laatste was. Tijd voor het terras, bier, bitterballen en mooie verhalen. Het verslag dat Annette voorzag bleek redelijk spot on. Al zou ik er nog wel wat aan toe willen voegen. Martijn speelde goed, Martijn heeft gewonnen, de Zaanse toonde zich van zijn beste kant en het was ontzettend gezellig.
Het is 16:00 uur op maandagmiddag als ik op de eerste teebox sta van Burnham & Barrow Golf Course. De zon schijnt en een Nederlandse vlag wappert in de harde westenwind. Klaar om de strijd aan te gaan met de baan, mijzelf én de wind. Er zijn echt dagen dat je een links course vervloekt. Aan de andere kant is het juist het mooiste wat er is. Wat veroorzaakt nou die tegenstelling tussen liefde en haat? De wind blaast met windkracht 5 vol in mijn gezicht op de eerste tee, direct voor het clubhuis. Zoveel gedachten gaan er door mijn hoofd, van genieten tot angst. Zoals Ben Hogan ooit zei: "Golf is a game of misses. The golfer who misses the best is going to win." Met die gedachte sla ik mijn houten 3 net rechts de rough in. Let's go.
Er zijn van die namen die je telkens weer tegenkomt in een vereniging als de onze, zonder dat je precies weet wie erachter schuilgaat. Ik spreek wellicht voor mezelf, maar de Joop van der Flier-trofee is er zo eentje. Elk jaar wordt ’ie uitgereikt aan de winnaar van onze befaamde matchplaycompetitie. En elk jaar staan die vijf woorden gegraveerd op de bokaal. Maar wie was Joop van der Flier? En waarom juist hij?
Match Play op Golfclub Zeegersloot: Een avond vol plezier, verbazing en uiteraard een klein drama. Ik had er weer zin in. Echt! De wedstrijd op Golfclub Zeegersloot in Alphen aan den Rijn stond op de planning tegen Willem. Een van de mooiste commerciële banen van Nederland, als je het mij vraagt. Verrassend uitdagend, mooie greens, echt een pareltje in de dop. Een aanrader voor iedereen die eens iets anders wil spelen dan de standaard banen. Dus wat doe je dan? Juist: je nodigt je tegenstander uit om daar een potje Match Play te komen spelen. Wie was mijn tegenstander? Willem dus. Vol goede moed en met meer enthousiasme dan talent begon ik aan de wedstrijd, die tevens rond 17u gepland stond. De zon scheen en het was top golf weer. En eerlijk is eerlijk: ik ging als een speer uit de startblokken! Ik stond zomaar ineens 2-up. Verrassend? Absoluut. Verbazingwekkend? Nog meer. Ik durf gerust te zeggen dat Willem zelf ook even z’n wenkbrauwen optrok. Maar ja… dan begint het echte werk natuurlijk pas. Willem, met z’n single handicap, begon langzaam warm te draaien. En ik… tja, ik draaide vooral de verkeerde kant op. Toch had ik op de tweede negen nog een kans om weer van 2-up naar 1-up te komen. Maar zoals het een ware Match Play-leerling betaamt, liet ik die kans natuurlijk liggen. Het werd uitstel van executie. Op hol 13, zo’n moment waarop je denkt “als ik nu iets goeds doe, kan ik nog terugkomen”, maakte ik een fout waardoor ik die kans zag verdwijnen. En iedereen die er een beetje verstand van heeft (en zelfs ik) wist toen al hoe het zou eindigen. Hol 16, een par 3, werd het toneel van mijn ondergang. Als eerste de bal afslaan en dan voor je slaat bedenken dat je eigenlijk helemaal nog geen balletje bent verloren. Je voelt hem al aankomen, "plons" daar ging mijn bal. Willem besliste de wedstrijd met 2 vingers in zijn neus. Wat op een par 3 kan je tegen Willem deze fouten niet permitteren. Maar eerlijk is eerlijk: ik heb genoten. Van de baan, van het weer, van de gezelligheid en vooral van Willem zijn spel. Het is ongekend hoe lekker hij kan golfen, zelfs als hij zelf zegt dat hij niet op z’n best is. En ik? Ik ben voorlopig nog lang niet goed genoeg voor een Match Play-toernooi. Maar ik blijf het proberen, wie weet over 3 jaar. Gelukkig was de borrel en het delen van een hapje de kers op de taart. Want hé, verliezen op zo’n mooie baan is toch nog altijd leuker dan thuis saai op de bank zitten?
Vandaag 7-7 stond er een matchplay-knaller op het programma: Madelon versus Peter, op het altijd imposante The International. Madelon – ondanks een onmenselijk vroege start uit Arnhem, op een tijdstip waarop alleen bakkers en vogels actief zijn – arriveerde in topvorm. De baan? Perfect. Strak gemaaid, snelle greens, en pinposities die vermoedelijk zijn uitgezet door iemand met een licht sadistische inslag. Gelukkig was de rough mild – Moeder Natuur liet ons nog een beetje ademhalen. Het weer kwam met het complete Hollandse assortiment: zon, regen, wolken en wind, allemaal tegelijk en zonder logica. Paraplu een beetje open, een beetje dicht. Repeat. De wedstrijd ging gelijk op. Het was stuivertje wisselen: eerst stond ik 2 up, toen 1 up, daarna ineens 1 down, en voor ik het wist 2 down. Kortom: een potje matchplay-twister. Op hole 16 moest er iets gebeuren. Tijd voor een hero shot! Helaas bleek mijn innerlijke Rory McIlroy vandaag met vakantie. Ik nam nét iets te veel risico – de bal had duidelijk andere plannen. Daarmee was de wedstrijd beslist in het voordeel van Madelon, die bal na bal rechtdoor bleef slaan en putts maakte alsof het niets was. Maar wat een dag. Mooie slagen (soms per ongeluk), eerlijke strijd en vooral veel plezier. En daar gaat het uiteindelijk om – elkaar een topdag bezorgen op de baan. De tweede mooiste overwinning van vandaag was het spelplezier. De eerste? De gele Peter na afloop natuurlijk. Madelon, dank voor de heerlijke dag en veel succes in de volgende ronde!
Niet alleen de wedstrijd was drukbezocht, ook op de prijzentafel was het dringen geblazen tijdens het Jaski Open. Zouden er leden zijn geweest die met lege handen naar huis gingen afgelopen vrijdag? Vast, maar het zullen er niet veel geweest zijn. En ze mochten zich nog beroepen op wel heel veel misfortuin bovendien, zoveel prijzen waren er te vergeven. Naast natuurlijk de prijzen voor de winnaars van de wedstrijd in zowel de A- als de B-categorie en de neary's en longest drives, werd een groot aantal leden verblijd met een prijs tijdens de traditionele loterij. Niels Terol was de gelukkigste van allemaal, hij was het die er met het door Jaski beschikbare kunstwerk vandoor ging, maar ook degenen die een van de andere prijzen in ontvangst mocht nemen deed dat met een grote glimlach. Nee, we spelen niet om de prijzen maar wat zijn we blij dat ze beschikbaar worden gesteld. Daarom langs deze weg nog maar eens dank aan de sponsoren van deze wedstrijd: Wil Hoogland en haar Jaski Art Gallery, Yulin Tjan die Foeke niet alleen met een lege portemonnee achterliet na zijn hole in one, de bijzondere petten van Bay Hill die door George Taylor uit Amerika mee waren genomen, de ballen van Nassau, de wijnen van Sonnenberg, het bijzonder kunstwerk van Ruud Onstein, en niet in de laatste plaats natuurlijk al het tafelzuur dat ter beschikking werd gesteld door Kesbeke. Foeke en Paul gaan er nog een flinke kluif aan krijgen die pot leeg te krijgen voor de volgende editie van het Jaski Open.