Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
14.05.2020
Rob Hoogland schreef in zijn Telegraaf-column Kringen van donderdag op een indringende manier over zijn laatste gesprek met Rob van den Dobbelsteen in het hospice in Schoorl. Zie hieronder. Op zaterdag 25 april neemt de familie in besloten kring afscheid van Rob. Er is een mogelijkheid om hem de laatste eer te bewijzen. Om 14.15 uur vertrekt de stoet stapvoets vanaf zijn geliefde huis aan de Lijster in Zuid-Scharwoude via de Reiger naar de Oostelijke Randweg.
Kippenhuid
Die ene anekdote. Dat kleine verhaal, door hem met een paar simpele woorden verteld. Zo kort als een zkv van A.L. Snijders, een schrijver die hij net als F. B. Hotz en Herman Pieter de Boer bewonderde. En toch een complete roman.
„Kippenhuid”, zei Tomislav Ivic ooit, toen hij trainer van Ajax was en kippenvel bedoelde.
Dat was wat ik voelde: kippenhuid.
„Het was de winter van ’63, die van de Elfstedentocht van Reinier Paping”, vertelde Rob. „Het IJsselmeer lag onder een dik pak ijs, ik had Truus net leren kennen en ging voor het eerst met haar schaatsen. Een stevige rit, vanuit Enkhuizen naar Urk en Staveren en weer terug. Op het laatst werd ze moe en ik zei: probeer in mijn slag met me mee te schaatsen, ik maak ’m wel wat korter, kom geef me je hand. Ik wist meteen dat ik die hand nooit meer zou loslaten.”
Ze kregen een dochter en een zoon.
Ik zat tegenover Rob van den Dobbelsteen in het Schoorlse hospice waar hij op het einde wachtte. Hij lag drie meter verderop in zijn bed, dichterbij mocht niet in dit coronatijdperk, mijn stoel stond in de deuropening, het was lekker weer. Hij was 78 jaar en ik kende hem precies een halve eeuw, vanaf de jaren dat wij lid waren van dezelfde zwem- en waterpoloclub. Hij was toen al sportverslaggever voor Het Parool, las de stukken waarmee ik onder melige pseudoniemen als Marc O’Polo en De Zwemmende Zwammer ons clubblad De Waterrat vol kliederde en zei: jij moet journalist worden.
Hij lag op sterven en hij wist het. Uitgezaaide darmkanker, geen behandeling die nog hielp. Toch was hij monter. We stelden vast dat de journalistiek steeds minder echte stilisten kent en we haalden herinneringen op uit de tijden dat we in het eerste team speelden, door hem aangevuld met vertellingen over de periode dat we elkaar uit het oog waren verloren. Hij reed de Elfstedentocht, was een gepassioneerd wielrenner — we versloegen beiden de Tour de France — en reisde tien keer de wereld rond. En toen kwamen we elkaar ineens weer tegen, wederom als leden van dezelfde sportvereniging, nu eentje voor journalistieke beoefenaars van de golfsport.
Hij genoot, ik genoot.
Voor zover mogelijk, daar in die omgebouwde Schoorlse boerderij.
Toch lag er ook een grote schaduw over mijn bezoek.
Over ieders bezoek, moet ik zeggen.
Onvermijdelijk was telkens de vraag hoe het met haar was, met Truus. En dan moest hij het vertellen. Dat hij haar al vijf weken niet had gezien. Want tja, corona. Het verpleeghuis waarin zij al jaren geleden was opgenomen was hermetisch afgesloten. Niet dat het voor haar veel uitmaakte. Ze herkende hem niet eens meer en leidde er haar eigen leventje, niet eens ongelukkig zo leek het. Maar hem maakte het wél uit. Het besef dat hij haar waarschijnlijk nooit meer zou zien knaagde aan hem en hij maakte daar geen geheim van.
Hij had na 57 jaar haar hand moeten loslaten.
Maandag stierf hij, zes weken nadat hij Truus voor het laatst had gezien.
Fuck corona.
Hierbij nodigen wij professionele mediavertegenwoordigers uit om met hun beste journalistieke werk mee te dingen naar de Golfpersprijs 2025, een gezamenlijk initiatief van de NGF, NVG, PGA Holland en NVGJ, de Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten.
Afgelopen dinsdag en woensdag stond onze homecourse De Texelse in het teken van de NVGJ. En hoe! Dinsdag begon nog veelbelovend met een stralende start, maar de echte Texelse ervaring liet niet lang op zich wachten: een pittige regenbui die ons stevig op de proef stelde. Woensdag daarentegen was het genieten geblazen. Zon, een strakblauwe lucht en dat kenmerkende Texelse briesje maakten er een prachtige golfdag van. Onze NVGJ’ers lieten zich uiteraard niet kennen. Er werd prima gespeeld en de sfeer zat er goed in. Voor een aantal van onze spelers die straks meedoen aan de Redexim Nations Cup was dit bovendien een uitstekende generale repetitie. Binnen een maand staat dit grote internationale toernooi voor de deur en de Texelse rondes waren ideaal om alvast wat scherpte en vertrouwen op te doen. Een belangrijk moment tijdens deze dagen was de samenstelling van de duo’s die Team Nederland gaan vertegenwoordigen. Met zorg en oog voor balans in handicaps zijn de koppels gevormd: * Marijke & Louis * Stef & Sonja * Martijn & Pamela * Anton & Hannie * Friso & Helene Met dit team hebben we een mooie mix van ervaring, talent en teamspirit. Ik ben ervan overtuigd dat deze combinaties elkaar perfect aanvullen en dat we hiermee sterk aan de start verschijnen. Achter de schermen wordt er ook keihard gewerkt. Cara zorgt ervoor dat alles tot in de puntjes geregeld is, zodat wij straks alleen maar hoeven te doen waar we goed in zijn: golfen en genieten. De komende weken benutten we om nog wat extra te trainen en de handicaps aan te scherpen. Ik kijk er met veel enthousiasme naar uit. De Redexim Nations Cup 2025 belooft een bijzonder evenement te worden en ik ben nu al trots op dit fantastische team. Op naar oktober – en op naar succes! Helene Wiesenhaan Captain Team Nederland
Er kan nog veel gebeuren, want we hebben nog vijf wedstrijden te gaan voor de finale op Nunspeet, inclusief een major op Haviksoord waarop niet minder dan 80 (of 70 of 60 enz) punten te verdienen zijn. Maar toch, de Order of Merit krijgt steeds meer vorm. Aan die finale doen de acht beste in A en acht beste van B mee. De vraag, wanneer kan ik voor de zekerheid nog spelen om mijn plekje veilig te stellen of te veroveren, wordt steeds vaker gesteld.
Je gaat je handicap waarschijnlijk niet verbeteren, maar wat een leuke ervaring; spelen op La Sella. De garantie dat je geen grammetje aankomt zal deze reis waarschijnlijk ook niet standhouden. Het vijf-sterrenhotel Denia Marriot Golfresort & Spa is pure verwennerij. De NVGJ is van 21 t/m 24 november vier dagen te gast. Ronald Massaut wilde niet zo lang wachten en nam samen met echtgenote Dea een voorproefje op de jaarlijkse surprisereis. Hun ervaring: super hotel en golfen, écht top! En ongelukkige kamertoewijzing brengt ons al met een half uur na aankomst onbedoeld in contact met de manager van de receptie. Onze kamer is toch niet zo heel vijf sterren als je moet douchen in de badkuip. Beetje link ook met mijn instabiel onderstel, inclusief versleten knieën. Begrip. Meteen wordt een andere kamer met een luxe inloopdouche geregeld. We krijgen zelfs een aangepaste kamer aangeboden. Maar hoe doen julie dat als wij in november terugkomen met 20 man/vrouw en aanhang? Die gaan echt niet douchen in een badkuip, zeg ik. Die vraag brengt ons de volgende dag in contact met Pau Buigues, de 'manager sportgroepen'. Alle kamers op de eerste en derde verdieping hebben standaard een grote inloopdouche. ,,Als de touroperator het vraagt plaatsen we iedereen op de derde verdieping'', biedt hij aan. ,,En groepen hebben meer benefits'', belooft hij. Wintertraining We praten verder over het hotel, de NVGJ en de vele professionals (golf en vooral wielrennen) die hun wintertraining hier plannen. ,,Als jullie groep er is hebben we ook een profwielerteam in huis'', vertelt Pau. Hij verwijst verder naar baanmanager annex caddymaster Raymond, een Nederlander die op La Sella is neergestreken. En Raymond regelt inderdaad álles. Aan buggy's geen gebrek op La Sella. Moet ook wel. Maar weinig golfers die gaan lopen. Dat is niet zo gek, want het gaat toch redelijk op en af. Lange Par 5'en plus holes die wat verder van elkaar liggen. Of neem de zomerse condities in de eerste week van september tot wel 34 graden. Gelukkig zijn in de baan verschillende (gekoelde) watertappunten. Als ook sanitaire voorzieningen. En de baan zelf? La Sella is ontworpen door José María Olazábal en heeft drie lussen. Rood en geel vormen een geheel met smalle fairways, bomen langs de baan en enkele waterhindernissen. De goene lus slingert door een mooi parklandschap met een meer open karakter. Erop en erover De greens lopen enigszins af. En al zijn deze licht bezand, ze zijn snel, écht snel. Dus: landen (net) voor de green. Anders is het erop-en-erover. De eerste dag spelen we rood en groen. De tweede golfdag nogmaals groen en daarna geel. Die laatste wordt vaker 'gespaard' en blijft dan dicht, hoor ik. Op hole 10 begint het rode lampje op het dashboard dreigend te knipperen; de accu is nagenoeg leeg. Terug naar de uitgifte komen we halverwege Raymond tegen. ,,Ik regel een nieuwe buggy, wordt zo gebracht. Of willen jullie vanmiddag in alle rust verder spelen? Regel ik ook.'' We kiezen voor het laatste. Eerst lunch. Zo blij dat we teruggekomen zijn voor de gele lus. Wat een geweldige, uitdagende baan. Smalle entree's naar de fairways, bomen die hinderijk in de weg staan, strategisch geplaatste bunkers, een verscholen waterhindernis en een blinde hole met een shot over de heuvel, direct gevolgd door een dogleg naar links. En weer die mooie, snelle greens. 'Fluffy' Een ander verhaal is het gras op La Sella. De fairways hebben wat droger, stugger gras. Net als direct naast de baan; een beetje 'fluffy'. De fairways zijn dus niet supersnel, maar beland je net naast de baan dan kun je het geluk hebben dat de bal - los van de grond - óp het gras ligt in plaats van verzonken. Met een houten 3 of - 5 kan dan zomaar een wereldslag volgen. De baan ligt er geweldig bij. Al of niet met de komende La Sella Open in aantocht. De lussen worden optimaal onderhouden. Dat zie je zo. De baan wordt zeker niet kapotgespeeld. Tussen 10 en 12 uur zijn er geen starts om alle partijen 'rustig' te laten doorspelen en om slijtage van de baan te beperken, legt Raymond uit. Werkelijk overal zijn greenkeepers; hele geduldige greenkeepers. Glaasje cava Dan nog het hotel zelf. Er is een á la carte-restaurant, een poolbar, een clubhuis en in het weekeinde is ook het Thais restaurant geopend. Echt een aanrader. En hoe mooi, juist dán is de NVGJ te gast in Denia Marriot. Het ontbijt biedt zo veel keuze; van fruit en yoghurt tot volledig Engels ontbijt en een ambachtelijk eierhoekje met ommeletten naar wens. Bijna gênant, maar we doen het er mee. Glaasje cava bij het ontbijt is er natuurlijk ook. Op de kamer kun je zelf koffie en thee zetten (waterkoker). Die worden elke dag aangevuld, inclusief twee flesjes bronwater. Vrienden en vriendinnen van de NVGJ. Ik ben geen reisverkoper, maar dit is gewoon een enorm leuke- en luxe surprisereis, die Hans Terol heeft georganiseerd. Speel je straks ook nog op La Galliana; nog zo'n mooie baan. Alle vervoer is geregeld. Blijf je langer, dan huur je een auto op het vliegveld (regelt Fairway Golftravel) en kun je eigen inkopen doen in de kleinste, maar meest uitgebreide buurtsuper op 7 kilometer van het hotel (vanaf de parking rechts af). Met bakkerij, slijterij en 'wegrestaurant'. Je kunt nog mee.
Na mijn belabberde spel op de Hoge Kleij suggereerde flightgenoot Anton Kuijntjes - goed bedoeld - dat ik maar beter van de B- naar een nieuw te creëren C-categorie overgeheveld kon worden, want zelfs op dit niveau had ik “geen fairway geraakt”. Ik voelde mij ietwat aangedaan, maar de realist in mij kon zich er wel iets bij voorstellen. Maar sinds vrijdag jl. niet meer! Tijdens een toernooi op mijn home course in Amstelveen scoorde ik op de smalle hole 2, -met een sloot op links en bosschages op rechts-, een loep zuivere hole-in-one. Over slechts 95 meter weliswaar, maar een hole-in-one is en blijft een hole-in-one. De boost die dat gaf was dermate groot dat ik de gedachte aan de C-categorie direct ver achter mij liet. Sterker nog, ik zag mij al fonkelen in de A-categorie. Op wat langere termijn, dat dan weer wel.
Het was zover: de kwartfinale op de Zaanse. Frank en ik mochten uitmaken wie dat laatste felbegeerde plekje in de halve finale zou bemachtigen. Het weer had de hele week dreigend boven ons gehangen, maar op de wedstrijddag zelf werden we getrakteerd op een prachtige golfdag: zon, geen regen, prachtige Hollandse luchten, kortom, perfect.