Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
17.04.2022
Een dag nadat Feyenoord de halve finales van de Conference League haalde, een halve week nadat de straten van de Maasstad het toneel waren voor een groots hardloopfeest, mocht ook de NVGJ een feestje vieren in het Rotterdamse. Met een Amsterdammer als grootste feestvarken. 020 zegeviert in 010.
‘Misschien moet je de mooiste van Nederland ook eens lopen’, of woorden van gelijke strekking appte Eric Brommert me nadat ik hem in zijn rol als race-manager van de Rotterdam Marathon en host van de leuke hardlooppodcast ‘De Pacer’ mijn complimenten had overgebracht voor zowel zijn terugblikuitzending als de strakke race die de twee Abdi’s en Nederlands’ snelste vrouw Nienke Brinkman onder zijn (gedeelde) regie hadden gelopen. Het is dat ik al een enthousiast hobbelaar ben (in de tijd dat de heren de 42 kilometer afraffelden deed ik in Amsterdam mee aan een loopje over vijftien kilometer en toch kon ik zowel de start als de finish van ‘de hele’ op tv zien…) anders was ik dat na de afgelopen week wel geworden. Vanwege het heerlijk onbevangen enthousiasme van de nog niet eens zo gek lang lopende Brinkman en natuurlijk vanwege de vrolijkheid langs het parcours. Het filmpje(externe link) van de student die totaal in de olie iedere loper over het parcours jaagt is nu al een klassieker
Mijn antwoord op Brommerts vraag of ik misschien ooit zijn marathon zou lopen was overigens een duidelijk nee. De sfeer kan nog zo leuk zijn, het blijven 42 kilometers waar mijn grens echt ligt bij 21 kilometer. Er moet immers wel tijd overblijven om te golfen. En laat dat nu ook kunnen in Rotterdam. Bijvoorbeeld op Kralingen, de charmante negenholesbaan aan de rand van het Kralingse bos. Kort (par-64), geen par-5 holes, smal, veel bomen, enfin, schieten met scherp is noodzakelijk voor een goede score op de uit 1933 stammende baan.
Wat dan niet helpt is om al op de eerste hole een bal rechts out of bounds te slaan en te beginnen met een dubbele bogey. Of het nu daardoor kwam (‘ach, laat dan ook maar’), door het goede gezelschap (Eric Venghaus en Peter Keijzer, geheel toevallig in precies dezelfde kleuren gestoken als ondergetekende: witte broek en schoenen maar vooral: paars shirt. What are the odds?) of door het gegeven dat Kralingen me kennelijk ligt (vorig jaar won ik hier ook), aan het eind van de rit stonden er 74 slagen op mijn kaart met een totaal van 37 punten bovendien. 38 eigenlijk, maar bij het invoeren van de kaart bleek anwbgolf strenger dan onze wedstrijdleiding te zijn. Hoe dan ook: het was genoeg om te winnen in het door beperkte opkomst ongesplitste veld en te voldoen aan de opdracht van collega Collet, die tot nu toe onverslaanbaar lijkt in dit seizoen. ‘In mijn afwezigheid moet jij de eer van Golfers Magazine dan maar hooghouden’.
Veel belangrijker echter dan de overwinning en de daardoor gewonnen kilo paaseieren, was de nazit. Een jaar geleden was Kralingen de eerste wedstrijd van het seizoen waarbij we weer op het terras plaats mochten nemen nadat deze door covidrestricties een tijdje gesloten waren gebleven. Een jaar en nog een lockdown verder is er veel gebeurd, in de wereld, bij onze club, maar wie in het voorjaarszonnetje pal achter de negende green eens goed om zich heen keek zal toch ook zijn opgevallen wat een heerlijk dag en middag het weer was in het Rotterdamse.
Sommige dingen veranderen gelukkig niet.
UITSLAGEN
Een select gezelschap van de NVGJ bracht een bezoek aan de intieme baan van Golfclub Kralingen. Ondanks het ontbreken van parren 5 (of misschien dankzij?) hadden aardig wat leden moeite met de baan. Martijn Paehlig stak er in ieder geval in Rotterdam met kop en schouders bovenuit.
Uitslag Kralingen plhc stbf
1. Martijn Paehlig 12 38
2. Eric Venghaus (sponsor) 22 34
3. Madelon Barenbrug 36 32
4. Helene Wiesenhaan 16 31
5. Hans Terol 20 30
6. Henri van der Steen 20 30
7. Annette de Jong 24 30
8. René Brouwer 25 25
9. Kees Pijnappels 21 24
10. John Dekker 29 22
11. Willem Schouten 12 21
12. Michiel van Kleef 28 21
13. Anna van Lennep 24 21
14. Peter Keijzer 25 20
15. Andy Houtkamp 22 19
16. Hans Botman 33 19
17. Ronald Speijer 21 18
18. William Wollring 28 13
19. Milanda Koopman (sponsor) 44 8
Zal je altijd zien. Als een van de twee spelers bijtijds weg moet, moeten er extra holes gespeeld worden. 'Gelukkig' duurde de play-off niet lang. Voor Martijn dan. Sonja was er minder blij mee. Lang verhaal kort; ik won, Sonja verloor, al was het een dubbeltje op zijn kant.
We wisten niet van elkaar dat we ooit een tijdje werkzaam waren voor hetzelfde bedrijf: de uitgeversgroep NDC/VBK. Dat moet in de periode 2005-2012 zijn geweest. Aernoud Jan bovenin de top bij de boekenpoot (VBK), ikzelf als (eind)redacteur bij de noordelijke dag- en weekbladen (NDC), vooral de Leeuwarder Courant. Nu bestiert Aernoud Jan zijn eigen uitgeverij (Edicola, gevestigd in Deventer, 8 mensen in vaste dienst, 20 zzp’ers) – dat wist ik dan weer wel. ‘Gemiddeld geven we anderhalf boek per week uit’, vertelde hij. Dat is zo’n tachtig boeken per jaar. Recente bestsellers zijn de biografieën van schaatscoryfee Irene Schouten (meer dan 20.000 exemplaren verkocht) en André van Duin (idem).
Twee winnaars op de Veluwse ‘Ik kom, maar bestel wel een buggy voor me’, liet Henri me twee weken geleden weten over onze afspraak om vrijdag 16 mei de 1e ronde Mr Glow te spelen. ‘We kunnen nog drie weken uitstellen’, opperde ik. ‘Die tijd heeft Louis ons gegeven.’ Maar Henri hield voet bij stuk. Ook al had hij enkele weken geleden van zijn neuroloog gehoord dat die niets aan zijn rugklachten kon doen en had hij niet meer gespeeld sinds Nunspeet. ‘Kom je wat eerder voor koffie en inslaan?, appte ik nog. ‘Inslaan?! Ga zelfs geen oefenswings maken. Zo min mogelijk bewegen!’, appte hij terug. Met gemengde gevoelens ging ik naar de baan; wordt dit een leuke wedstrijd? Henri, wellicht gefrustreerd. Ik, wil zo niet winnen. Nou ja, hij wil zelf spelen, we gaan het zien. Met een stralende lach, roepend ‘Wat is het hier prachtig’, kwam hij aangelopen. ‘Eerst maar de buggy halen.’ Samen stonden we te klungelen bij het hok; Hoe gaat die deur open? Is dit zijn achteruit? Met enige hulp kregen we hem eruit en aan de praat. Toch een paar oefenputjes en de baan in. Henri, ook van rood. Ik, 8 slagen mee. Teveel volgens Henri. Zijn eerste afslag bleef laag, maar kwam ver. Zo ook de tweede slag. Hij verloor de 1e hole dankzij mijn extra slag. Allebei in 5. De tweede halften we. Op de derde, een lange par 4, de moeilijkste, kwam zijn verre afslag in de bunker, maar die speelde hij er geweldig uit. Alleen dankzij een fijne put en een extra slag, won ik deze hole. Inmiddels werd me duidelijk dat Henri zoveel routine heeft dat hij ondanks een paar maanden geen golf heel behoorlijk speelt. Al stond hij inmiddels wel 4 down. Op hole 7, een pittige par 4 vertelde ik hoe tijdens mijn eerste wedstrijd op de Veluwse, een clubgenote in 1 slag bij de berkjes (170m) lag en met de tweede slag (150 m) op de green. Twee puts en daarmee een par. ‘Zo moest het dus’. Prompt deed Henri haar na; zijn eerste gewonnen hole. Opluchting op zijn gezicht. Het was er nog. Hij kreeg er zichtbaar weer geloof in. En hij genoot. ‘Wat een mooie baan is dit’, herhaalde hij. ‘En wat een geweldige dag.’ Intussen slonk mijn voorsprong, we wonnen de holes zo ongeveer om en om. Henri speelde de par 5 prachtig in 5, we halften de par 3 en op hole 15 had ik twee slagen nodig om uit de bunker te komen; nog 2 down. Nu de hole die Henri als eerste won (de Veluwse is een 9 holes baan); we stonden allebei op scherp, lagen samen aan de rand van de green, maar Henri putte tot twee keer te voorzichtig: 3/2. Een dikke omhelzing en een zoen. Terwijl we naar hole 17 gingen bekende hij; ‘Deze wedstrijd heeft twee winnaars. Ik ben zo blij dat ik geen last van mijn rug heb. Ik denk dat ik me gewoon voor Welderen ga opgeven. En misschien ook voor de Gelpenberg. En mijn schaamte voor de buggy, ach dat zit vooral in mij.’ Zelf besefte ik natuurlijk dat Henri zonder zijn rugpauze waarschijnlijk een stuk moeilijker te verslaan was geweest. Op het zonovergoten terras, glas wijn erbij, praatten we na, over schrijven, boeken. Over ego-documenten; schrijfsels van mensen over hun leven, een hype. Henri bestudeert die momenteel. En hoe anders en moeilijk fictie schrijven is voor journalisten. Ik: ’Je fantasie aanzetten’. Henri: ‘Die hebben we misschien wel te lang uit moeten zetten, omdat we ons bij de feiten moesten houden. En nu kunnen we het niet meer.’ Een heerlijke middag. Al schaamde ik me voor de ooit zo vermaarde keuken van de Veluwse; een broodje bal met frietjes, was de daghap. Het is dat er een lekker glas wijn bij stond.
Sponsor Alwin de Rijke is trainer-opleider en directeur van The Sparring Partners. Hij en zijn collega's zijn vooral actief in leiderschap en personlijke ontwikkeling. Een kleiner, maar onderscheidend deel, zijn (anti-)agressietrainingen. Bij de laatste gebruikt hij vechtkunst, een leek zou het gewoon boksen noemen, om sneller door te dringen tot de kern. ,,Praten, vertellen en uitleggen, oké. Als het fysiek wordt, komt het écht binnen.''
Met trots kondigt de NVGJ aan dat Redexim de titelsponsor is van de Nations Cup 2025, het internationale golftoernooi voor golfjournalisten dat dit najaar plaatsvindt op Texel.
Klop gehad ... van mijzelf ,,Je speelt niet tegen míj, je speelt tegen jezelf.'' Michiel van Kleef had het niet duidelijker kunnen stellen. Ik doe het zelf, kampioen holes verkloten. Totaal niet in de wedstrijd. En matchplay is écht een wedstrijd, puur één-op-één. Mijn voorbereiding op het seizen was ook helemaal niks. Pas vier rondje gespeeld sinds oktober vorig jaar. De hele winter mantelzorger geweest voor mijn beide ouders, verpleger/verzorger voor mijn echtgenote Dea na een hele ongelukkige val met de fiets. Surprisereis moeten annuleren, net als onze eigen winterse golfvakantie. Te veel water Vooraf had ik mij mede daarom ook niet echt een voorstelling gemaakt van mijn matchplay op De Purmer. Alleen dat Michiel zijn ballen gemakkelijk 130-150 meter slaat, ik kom vaak niet verder dan 80-90 meter, 100 max. Met slechts vier slagen mee op de moeilijkste holes red je dat écht niet. In theorie verlies je dan bijna elke par 5 en alle lange par 4-en. Gelukkig spelen we de lussen geel-rood. Niet de witte. De holes op wit zijn té lang, de fairways té smal en er is té veel water. En geel-rood is mij altijd wel goed gezind geweest. En toch: de eerste vier holes beginnen slecht. Ik krijg de bal niet fatsoenlijk weg vanaf de tee. Beetje te voorzichtig, misschien, afslaan met een houten 3. Maar toch: op hole 3 sta ik zo maar 1 up. Heel eerlijk, dat punt krijg ik in de schoot geworpen, want Michiel speelt met een verkeerde bal. Ik schrik er zelfs van. Dit kan niet. Klopt helemaal, want prompt gaat hole 4 verloren; twee keer een waterbal. En er komt nog veel meer water, bedenk ik mij. 'Zó zonde' Ik ben de tel kwijt hoeveel ballen ik in het water heb geslagen. Ik schat een stuk of tien. Heel toepasselijk: ik speel met lakeballs. Dieptepunt: met drie slagen voor op de moeilijkste hole van de rode lus sla ik mijn bal twee meter verder in het water. En vanaf dezefde plek nog eens. Weg voorsprong. ,,Zó zonde'', reageert Michiel hoofdschuddend. Doodzonde! Hoe kun je zo slecht spelen? Nu speel je natuurlijk niet alleen. En Michiel slaat soms - voor mij - wereldballen. Hoe kom jij aan handicap 26,5, vraag ik niet begrijpend. ,,Nou ja, dat heb je gezien. Ik sla wel ver, maar alle kanten op. Mijn pro zegt ook dat ik gemakkelijk naar handicap 20 kan. Alleen op deze manier gaat dat niet gebeuren.'' Om vervolgens weer met een hoek zijn bal zoek te spelen. ,,Dat bedoel ik dus.'' Oké. Putten Zo staat Michiel bij de turn slechts 1 up. ,,Alles is nog mogelijk.'' En dat blijkt ook als ik hole 10 win, dankzij een mooie putt. Gelijk! De putter is weer hot vandaag, maar daarvoor moet ik wel eerst op de green zien te komen. Zo blijkt. De volgende holes gaan verloren. Ik hoef niet eens meer te putten. Vier op rij gaan naar Michiel, deels door eigen handelen. Op hole 15 - een par 3 - beleef ik nog even een opleving, maar op hole 16 - een lange par 5 - gaat bij 3&3 definitief het licht uit. 'Je speelt niet tegen mij, je speelt tegen jezelf', herhaal ik de harde maar juiste observatie van Michiel. Michiel, succes in de volgende ronde. En ondanks de smadelijke nederlaag was het toch een aangename golfmiddag. Bedankt!