Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
30.06.2021
Wie wil er nu niet fit zijn, fitter worden, fit blijven? Iedereen toch wel? Maar ja, waar de kost voor de baat gaat, komt ook fitheid niet uit de lucht vallen. Bloed, zweet en tranen zijn misschien niet nodig als je alleen maar wat lekkerder in je vel wil zitten, maar van alleen maar op de bank blijven zitten, word je zeker geen ‘betere versie van jezelf.’
Die laatste woorden staan niet voor niets tussen haakjes. Het is een vaak door fitnessgoeroes gebruikt zinnetje waar ik altijd een beetje opstandig van word. Hoezo een betere versie van jezelf? Wie bepaalt dat dan? Als ik me goed voel zoals ik ben, dan is het toch goed? Nou dan!
Nou, niet helemaal dus. Want hoewel ik (laat ik het maar op mezelf betrekken) me in mijn inactieve jaren prima voelde, knaagde het af en toe wel degelijk. Als ik, nauwelijks veertig jaar oud, stijfjes opstond. Als ik de laatste holes van een ronde standaard slechter ging spelen omdat de batterij leeg was. Als ik in de spiegel of op de weegschaal keek… Iedereen (nou ja, iedereen met wat kilo’s teveel of een inactief bestaan) zal dat gevoel herkennen. Misschien niet altijd, maar nu en dan, en soms hardnekkig.
Dat ik een klein decennium geleden begon met hardlopen was echt niet uit luxe. God, wat heb ik mijn destijds marathons lopende broertje vroeger uitgelachen. Wat hem nu helemaal bezielde met dat achterlijke gedraaf? Of hij niets beters te doen had heb ik vast ook wel eens gezegd, als hij na een run opgeruimd op het terras aanschoof. Tot ik dus zelf viel voor het hardlopen.
En toch zat iets me niet lekker. Want hoewel de conditie aanzienlijk verbeterde, er een kilo of wat verdween en ik nooit meer puffend hole achttien bereikte, piepte en kraakte het af en toe nog behoorlijk. Een gevoel dat nog standaard versterkt werd na de jaarlijkse fotoshoot met golffitnessspecialiste Liesbeth Pauwels.
Al jaren werken we voor Golfers Magazine samen met de Belgische die van fit zijn niet alleen haar werk heeft gemaakt, maar voor wie het vooral een manier van leven is. Bezoek haar online kanalen(externe link) maar eens en lees vooral ook haar tips in Golfers Magazine. Elke vezel van haar kleine lichaam straalt fitheid uit. Hoe hard ze ook traint, de lach is nooit ver weg en het enthousiasme al helemáál nooit. ‘Dit is een toffe oefening’, wil ze nog wel eens zeggen als ze weer in een voor mij onmogelijke knoop zit, staat of ligt. Terwijl ik op die momenten alleen maar denk ‘als ík in die houding probeer te komen, sta ik nooit meer op’.
De foto’s voor haar redactionele bijdragen schieten we één keer per jaar in de studio van fotograaf Corné van der Stelt en waar deze er altijd voor zorgt dat er iets lekkers ligt – denk aan een stroopwafel of een croissantje – komt zij steevast aan met iets dat ik voorzichtig categoriseer als ‘ubergezond maar niet per se lekker’, onder het motto dat bij fit zijn meer komt kijken dan bewegen alleen. De laatste keer duwde ze ons een flesje in de hand dat Turmeric Shot heette. Het zag eruit als een onschuldige mini-mangosmoothie, en had als uitnodigende slogan ‘sunshine in a bottle’ op de fles staan, maar mijn verwrongen gezicht bij deze combinatie van kurkuma, alkalinewater en citroen verried dat de associatie met de zon bij mij ver te zoeken was, eerder dacht ik aan zure regen.
Het is ook elk jaar dat ik bij deze sessie denk ‘zou ik niet ook eens een keer wat meer werk moeten maken van golffitness?’ Een goede conditie is één, wat meer soepelheid in het soms stramme lijf, twee, drie en misschien ook nog vier. Maar ergens aan denken is niet genoeg, je moet ook nog beginnen en dat bleek jaar in jaar uit een brug te ver. Hoe vaak Liesbeth ook zei dat je nooit te laat bent om te beginnen.
En dus lig ik tegenwoordig bijna dagelijks op een foamroller en voer braaf een aantal oefeningen uit die Liesbeth me meegaf terwijl ik haar ondertussen soms vervloek maar vooral dankbaar ben.
Behalve dan voor dat shotje.
Er zijn grenzen.
De slotavond van de NVGJ had alles: spanning, drama en een flinke dosis Murphy’s Law. In de A-categorie kroonde Foeke Collet zich tot tweevoudig kampioen van de Charles Taylor trofee. Halverwege de ronde ging hij nog languit op de grond liggen na een lullig chipje waarbij het in zijn rug schoot. Toch sprokkelde hij onverstoorbaar 36 punten bij elkaar. Mr. 34-35-36 zat dit keer aan de hoge kant. “Never underestimate the injured man,” bleek het motto van de avond.
De laatste reguliere wedstrijd van het seizoen is geweest, de finalisten die tijdens de Masters strijden om de Charles Taylor Trofee zijn bekend. Hoewel reikhalzend of met enige spanning (maar niet bij Foeke, merkte hij tijdens de prijsuitreiking fijntjes op) werd uitgekeken naar de wedstrijd op Haviksoord, want Major en dus bonuspunten, leverde deze dag wel veel nattigheid op (en veel gezelligheid, dankzij Anton en Monique van Dirk Doet), maar niet of nauwelijks verschuivingen in de diverse Order of Merits – we hebben er best veel. Bovenin waren er ook weinig verschuivingen te verwachten. Foeke speelt gewoon altijd 35 punten, tenzij een keer 34 of 36. In B zijn Sonja en Harald het gewone volk allang ontstegen. Hooguit kon iemand van plekje stijgen of dalen, dat was het wel zo’n beetje,. Alle finalisten zijn dus bekend al moet tot donderdag een voorbehoud gemaakt worden met betrekking tot de deelname van Henri van de Steen. Ondanks nagenoeg het hele jaar al fysieke malheur, een operatie aan de rug enkele maanden geleden, en sindsdien ook geen golf meer, staat hij in A nog steeds op een degelijke zesde plek. En dat is goed voor een partij tegen Hélène. Donderdag hoort hij meer van de specialist en probeert hij nog enkele oefenswings, maar dankzij een Spartaans herstelprogramma (‘Oefeningen, rusten, fietsen maar op de hometrainer, stukjes wandelen, daarna voorzichtig alles doen wat een man normaal doet, voorzichtig wel’) gaat hij ongetwijfeld aantreden. Desnoods met de P vanaf oranje – al is dat volgens de voor de zekerheid zojuist aangepaste reglementen niet meer toegestaan. Finalisten Goed, wie gaan er de baan in. Foeke v Martijn Marijke v Louis Hélène (laat je je handicap nog even weten?) v Henri (vermoedelijk dus) Frank H v Peter van W. Als Henri onverhoopt toch afhaakt, mag de nummer 9 de plek opvullen, maar dat is Cara en die zit in Italië. Dan mag uiteindelijk Anton meedoen, zij het voor spek en bonen, want niet voor bonuspunten en zo. Speelt dan tegen Peter van Weel, ook leuk. Alleen de nummer negen mag bij ontstentenis van een van de finalisten, reglementair toetreden tot het elitegezelschap van de beste acht. De finalisten in B zijn: Sonja v Harald René v Elaine Hannie v Leonard Roland v Hans T. De sponsors hebben een eigen finale en die is tussen Jolanda en Alwin. Puntentelling Louis merkte bij de prijsuitreiking op dat iedereen in de finale weer op nul begint. Dat is niet helemaal waar: de punten in de Order of Merit spelen weliswaar geen rol meer, maar daar komt een ander systeem voor in de plaats: de nummer een vertrekt met 250 punten, nummer twee met 200, nummer drie met 175 en zo aflopend tot 50. Datzelfde aantal punten valt weer te verdienen door goed te scoren: de beste in beide categorieën verdient weer 250 punten, de nummer twee 200, enz. Omdat hierdoor in het verleden vaak gelijke standen werden bereikt, zijn hier vorig jaar voor de finale weer bonuspunten aan toegevoegd, zoals bij de majors: 80 punten aflopend tot 10. Daardoor kan het toch weer spannend worden maandag. Voorbeelden, Brouwer, anders is het niet te volgen! Als Foeke vierde wordt, verdient hij 150 punten + 50 bonuspunten is 200. Opgeteld bij 250 punten bij de start, maakt dat 450. Louis (nr 4) start tijdens deze finale met 150 punten. Als hij de beste is, krijgt hij er 250 + 80 (bonus) bij, maakt in totaal 480. En wint hij de Charles Taylor trofee (mits Martijn geen tweede wordt). (Bedenk na deze diepe zucht: Jullie hoeven dit alleen maar te lezen, de Weco moet er mee werken). Louis Aan Louis werd gevraagd of hij misschien van rood zou gaan tegen Marijke. Misschien de moeite waard om te overwegen, zei hij, al concludeerde hij al snel: ik vind dat de mannen , in elk geval in A, van geel moeten spelen. Velen waren verbaasd dat Leonard, die in één week tijd zijn handicap met drie punten heeft verlaagd tot 13-en-een-beetje, toch van rood speelde. Maar voor Leonard is golfen dan ook vooral een denksport: bestudeer de baan van tevoren , bedenk waar je met je afslag graag wilt liggen en zoek daar niet alleen de juiste club maar ook vooral ook de juiste tee bij. En sla vervolgens niet toch het bos in. Die teekeuze zal nog wel een puntje van aandacht worden, in de Weco, volgend jaar, vermoedde de wedstrijdleider van dienst. Maar eerste nog even een best ingewikkelde wedstrijd. Want behalve een finale is dit ook alweer de eerste wedstrijd, die telt voor het seizoen 2025. Iederéén heeft dus wat om voor te spelen.
‘Heb je droge kleding mee?’, vroeg ik Roland. Op dat moment was onze finalepartij op De Hoge Kleij precies negen holes onderweg. Roland had net geprofiteerd van de extra slag (hij kreeg er acht in totaal) op de holes zeven en negen, waardoor de stand in de wedstrijd weer terug ging naar ‘all square’.
De genomineerden voor de Golfpersprijs zijn bekend. En naast Niels Hooft met zijn videoproducties rondom de Ryder Cup, de Solheim Cup bijlage van de Telegraaf in samenwerking met Golf.nl is ook 'onze' Anton Kuijntjes genomineerd met zijn liefdesbetoog over The Open. Op 3 november wordt de winnaar bekend gemaakt tijdens de slotavond van de NVGJ door juryvoorzitter Abe Jan ter Beek.
Onlangs bereikte ons het droevige nieuws van het overlijden begin dit jaar van ons oudste lid Jaap Homan. Hij werd 86 jaar. Jaap was een enthousiast lid van het begin van het ontstaan van de NVGJ in 1994 maar geen ‘founding member’. Jaap werkte bij het Nieuwsblad van het Noorden, eerst op de sportredactie en later als algemeen verslaggever. Door een fusie in 2002 met de Drentse & Asser Courant ging de combinatie verder onder de naam Dagblad van het Noorden. Hij was heel vaak aanwezig bij de wedstrijden van onze vereniging en ook meldde hij zich altijd aan voor de buitenlandse trips, mits hij toestemming had gekregen van ‘het parlement’ zoals hij zijn Ada steevast noemde, maar zij lag nooit dwars en gunde Jaap zijn uitjes met de NVGJ. Jaap woonde in Roden, in het noorden van Drenthe en was vaak de deelnemer die van het verst weg kwam. Misschien was het ook wel vanwege zijn vele deelnames dat hij, steevast in de B-categorie hoge ogen gooide op de jaarranglijst. Hij wist de Order of Merit in de B-categorie zelfs drie keer te winnen, in 2000, 2002 en 2003. Dat was ook de periode dat de NVGJ een aantal jaren op rij welkom was op zijn homecourse, Golfclub Holthuizen. Voor de winnaar had hij een toepasselijke prijs geregeld; een Drents keitje, waarop hij een gegraveerd plaatje had geknutseld met de tekst ‘Winnaar Drentse Kei’. Het is inmiddels al langer dan tien jaar geleden dat Jaap aan een wedstrijd van de NVGJ meedeed. In zijn actieve periode klaagde hij al vaak dat hij niet zo ver meer sloeg als vroeger. Hij was nooit lang van de tee, maar zijn fysieke gesteldheid maakte dat hij, ook van de rode tees, nog meer aan lengte inboette. Dit was de voornaamste reden dat hij liever stopte dan blijven aanmodderen. Toen Jaap de krant vaarwel had gezegd met dank aan de VUT regeling stopte hij niet met schrijven. Hij schreef artikelen voor golfkranten en – magazines en stelde ook een boek samen over de schaatsprestaties van de inwoners van zijn provincie. Een beetje parmantig prijkte zijn naam op de cover van dat boek, met die ene D. na zijn voornaam, precies zoals deze ook steevast onder zijn krantenstukjes stond. Nooit geweten waar die D voor stond maar de overlijdens advertentie gaf het geheim prijs, Date! We zullen Jaap missen en de NVGJ verliest in hem een ‘character’ zoals de Engelsen een uniek persoon noemen. (Tekst: Louis Westhof / Ruud Onstein