Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
29.03.2021
Geluk
Zonder geluk win je geen wedstrijden. Laat staan een jaarranglijst. Het begon al met dat door velen verguisde virus, dat een behoorlijk gat sloeg in de NVGJ-kalender van 2020. Vervelend natuurlijk, maar de ‘silver lining’ was dat je ineens niet minimaal zeven wedstrijdscores diende te overleggen, maar dat je genoeg had aan vier deelnames om je voor de finale te plaatsen. Dikke mazzel, dat redde zelfs ik. Sterker nog, ik begon de uitgestelde finale op de Lage Vuursche gewoon als tweede in de ranking, slechts 50 punten achter baas Paehlig. Met een beetje geluk was er nog van alles mogelijk.
De eerste drive – of in mijn geval de houten-3 – zette meteen de toon: de bal vertrok laag en links, scheerde op nog geen dertig centimeter langs een boom en rolde vervolgens eindeloos door naar het midden van de fairway. Poeh, gevaarlijk hoge hartslag, maar een prima resultaat. Mazzeltje. Mijn approach verdween vervolgens tussen de bomen, maar ik had een klein gaatje, imiteerde mijn idool Seve en legde de bal naast de vlag. Par. Zo’n dag dus. Intussen liet collega Paehlig twee prachtige slagen volgen door drie putts, zodat hij een bogey moest noteren. Au. Zo’n seizoensfinale is natuurlijk gewoon stableford, maar in onze tweebal voelde het toch een beetje als 1-up.
Ook de rest van de ronde hadden de golfgoden een duidelijke voorkeur. Waar mijn flightgenoot links en rechts slagen verloor, werden mijn wilde afzwaaiers teruggevonden, bleven approaches net uit de bunker en tuimelden belangrijke puttjes met hun laatste omwenteling in de hole. ‘Zo hou je momentum’, noemen de commentatoren op Ziggo Sport dat. En dat was hard nodig op deze eerste echte lentedag, want met twee clubs wind, harde greens, kort gemaaide fairways en volop water speelde de prachtige Lage Vuursche hard to get. Kleine foutjes werden hard afgestraft, waardoor in de A-categorie slechts twee spelers boven de dertig punten wisten te scoren. Lage Vuursche 13 – NVGJ 2.
Het B-elftal van onze club (Ik ben nog steeds van mening dat we er één grote poule van moeten maken, dan was ik gewoon derde geworden) hield zich beduidend beter staande, al kwam de baan ook hier in veel gevallen als winnaar uit de strijd. Behalve dan bij Eric Venghaus en Hannie Verhoeven, die zich met respectievelijk 41 en 39 punten aan de finish meldden. Hoe ze dit huzarenstukje leverden, zal waarschijnlijk voor altijd een mysterie blijven, want in plaats van sterke verhalen op een vol terras, was het na ronde weer een kwestie van snel afdruipen (al dan niet met de staart tussen de benen) en richting huis. Corona weet u nog…
Maar laten we niet piepen. Op de dag dat wij onze seizoensfinale speelden, mochten de Engelsen na negen maanden lockdown pas weer voor het eerst de baan in: 9 holes en naar verluid zelfs ‘uitholend’ naar een marker op de green. En ze waren als kinderen zo blij. Wij spelen al weer driekwart jaar en dankzij het doorzettingsvermogen van het bestuur kreeg het seizoen 2020 zelfs een finale. Dát is pas geluk hebben. Anders had naast Anna van Lennep gewoon Martijn Paehlig zich tot winnaar van de Order of Merit laten kronen, in plaats van ondergetekende. Onze vice-voorzitter zal zich nog wel eens achter de oren krabben of het seizoen toch niet beter één wedstrijd korter had kunnen duren…
A-categorie plhc stbf
1. Foeke Collet 13 35
2. Pim Donkersloot 22 33
3. Marijke Brouwers 19 29
4. Anton Kuijntjes 17 27
5. Hans Terol 20 27
6. Helene Wiesenhaan 24 27
7. Charles Taylor 22 25
8. Fred Veldman 19 23
9. Jeroen van Leeuwen 20 23
10. Martijn Paehlig 11 22
11. Leo van de Ruit 19 21
12. Léon Klein Schiphorst 21 21
13. Jeroen Burger 21 18
14. Friso Leunge 16 17
15. Christian Scheen 20 NR
B-categorie
1. Eric Venghaus 25 41
2. Hannie Verhoeven 32 39
3. Willem Buijteweg 35 34
4. Paul Boehlé 31 31
5. Anna van Lennep 32 31
6. René Brouwer 30 30
7. Sonja van de Rhoer 24 29
8. Paul Mansoor 27 28
9. Willem van den Elskamp 36 28
10. Henri van der Steen 16 26
11. Taco Mulder 24 23
11. Jan van Galen 24 23
13. Ruud Taal 32 23
14. Andy Houtkamp 26 20
15. Pieter Landman 30 20
16. Hans Botman 36 19
17. Ronald Massaut 29 15
18. William Wollring 26 NR
Zal je altijd zien. Als een van de twee spelers bijtijds weg moet, moeten er extra holes gespeeld worden. 'Gelukkig' duurde de play-off niet lang. Voor Martijn dan. Sonja was er minder blij mee. Lang verhaal kort; ik won, Sonja verloor, al was het een dubbeltje op zijn kant.
We wisten niet van elkaar dat we ooit een tijdje werkzaam waren voor hetzelfde bedrijf: de uitgeversgroep NDC/VBK. Dat moet in de periode 2005-2012 zijn geweest. Aernoud Jan bovenin de top bij de boekenpoot (VBK), ikzelf als (eind)redacteur bij de noordelijke dag- en weekbladen (NDC), vooral de Leeuwarder Courant. Nu bestiert Aernoud Jan zijn eigen uitgeverij (Edicola, gevestigd in Deventer, 8 mensen in vaste dienst, 20 zzp’ers) – dat wist ik dan weer wel. ‘Gemiddeld geven we anderhalf boek per week uit’, vertelde hij. Dat is zo’n tachtig boeken per jaar. Recente bestsellers zijn de biografieën van schaatscoryfee Irene Schouten (meer dan 20.000 exemplaren verkocht) en André van Duin (idem).
Twee winnaars op de Veluwse ‘Ik kom, maar bestel wel een buggy voor me’, liet Henri me twee weken geleden weten over onze afspraak om vrijdag 16 mei de 1e ronde Mr Glow te spelen. ‘We kunnen nog drie weken uitstellen’, opperde ik. ‘Die tijd heeft Louis ons gegeven.’ Maar Henri hield voet bij stuk. Ook al had hij enkele weken geleden van zijn neuroloog gehoord dat die niets aan zijn rugklachten kon doen en had hij niet meer gespeeld sinds Nunspeet. ‘Kom je wat eerder voor koffie en inslaan?, appte ik nog. ‘Inslaan?! Ga zelfs geen oefenswings maken. Zo min mogelijk bewegen!’, appte hij terug. Met gemengde gevoelens ging ik naar de baan; wordt dit een leuke wedstrijd? Henri, wellicht gefrustreerd. Ik, wil zo niet winnen. Nou ja, hij wil zelf spelen, we gaan het zien. Met een stralende lach, roepend ‘Wat is het hier prachtig’, kwam hij aangelopen. ‘Eerst maar de buggy halen.’ Samen stonden we te klungelen bij het hok; Hoe gaat die deur open? Is dit zijn achteruit? Met enige hulp kregen we hem eruit en aan de praat. Toch een paar oefenputjes en de baan in. Henri, ook van rood. Ik, 8 slagen mee. Teveel volgens Henri. Zijn eerste afslag bleef laag, maar kwam ver. Zo ook de tweede slag. Hij verloor de 1e hole dankzij mijn extra slag. Allebei in 5. De tweede halften we. Op de derde, een lange par 4, de moeilijkste, kwam zijn verre afslag in de bunker, maar die speelde hij er geweldig uit. Alleen dankzij een fijne put en een extra slag, won ik deze hole. Inmiddels werd me duidelijk dat Henri zoveel routine heeft dat hij ondanks een paar maanden geen golf heel behoorlijk speelt. Al stond hij inmiddels wel 4 down. Op hole 7, een pittige par 4 vertelde ik hoe tijdens mijn eerste wedstrijd op de Veluwse, een clubgenote in 1 slag bij de berkjes (170m) lag en met de tweede slag (150 m) op de green. Twee puts en daarmee een par. ‘Zo moest het dus’. Prompt deed Henri haar na; zijn eerste gewonnen hole. Opluchting op zijn gezicht. Het was er nog. Hij kreeg er zichtbaar weer geloof in. En hij genoot. ‘Wat een mooie baan is dit’, herhaalde hij. ‘En wat een geweldige dag.’ Intussen slonk mijn voorsprong, we wonnen de holes zo ongeveer om en om. Henri speelde de par 5 prachtig in 5, we halften de par 3 en op hole 15 had ik twee slagen nodig om uit de bunker te komen; nog 2 down. Nu de hole die Henri als eerste won (de Veluwse is een 9 holes baan); we stonden allebei op scherp, lagen samen aan de rand van de green, maar Henri putte tot twee keer te voorzichtig: 3/2. Een dikke omhelzing en een zoen. Terwijl we naar hole 17 gingen bekende hij; ‘Deze wedstrijd heeft twee winnaars. Ik ben zo blij dat ik geen last van mijn rug heb. Ik denk dat ik me gewoon voor Welderen ga opgeven. En misschien ook voor de Gelpenberg. En mijn schaamte voor de buggy, ach dat zit vooral in mij.’ Zelf besefte ik natuurlijk dat Henri zonder zijn rugpauze waarschijnlijk een stuk moeilijker te verslaan was geweest. Op het zonovergoten terras, glas wijn erbij, praatten we na, over schrijven, boeken. Over ego-documenten; schrijfsels van mensen over hun leven, een hype. Henri bestudeert die momenteel. En hoe anders en moeilijk fictie schrijven is voor journalisten. Ik: ’Je fantasie aanzetten’. Henri: ‘Die hebben we misschien wel te lang uit moeten zetten, omdat we ons bij de feiten moesten houden. En nu kunnen we het niet meer.’ Een heerlijke middag. Al schaamde ik me voor de ooit zo vermaarde keuken van de Veluwse; een broodje bal met frietjes, was de daghap. Het is dat er een lekker glas wijn bij stond.
Sponsor Alwin de Rijke is trainer-opleider en directeur van The Sparring Partners. Hij en zijn collega's zijn vooral actief in leiderschap en personlijke ontwikkeling. Een kleiner, maar onderscheidend deel, zijn (anti-)agressietrainingen. Bij de laatste gebruikt hij vechtkunst, een leek zou het gewoon boksen noemen, om sneller door te dringen tot de kern. ,,Praten, vertellen en uitleggen, oké. Als het fysiek wordt, komt het écht binnen.''
Met trots kondigt de NVGJ aan dat Redexim de titelsponsor is van de Nations Cup 2025, het internationale golftoernooi voor golfjournalisten dat dit najaar plaatsvindt op Texel.
Klop gehad ... van mijzelf ,,Je speelt niet tegen míj, je speelt tegen jezelf.'' Michiel van Kleef had het niet duidelijker kunnen stellen. Ik doe het zelf, kampioen holes verkloten. Totaal niet in de wedstrijd. En matchplay is écht een wedstrijd, puur één-op-één. Mijn voorbereiding op het seizen was ook helemaal niks. Pas vier rondje gespeeld sinds oktober vorig jaar. De hele winter mantelzorger geweest voor mijn beide ouders, verpleger/verzorger voor mijn echtgenote Dea na een hele ongelukkige val met de fiets. Surprisereis moeten annuleren, net als onze eigen winterse golfvakantie. Te veel water Vooraf had ik mij mede daarom ook niet echt een voorstelling gemaakt van mijn matchplay op De Purmer. Alleen dat Michiel zijn ballen gemakkelijk 130-150 meter slaat, ik kom vaak niet verder dan 80-90 meter, 100 max. Met slechts vier slagen mee op de moeilijkste holes red je dat écht niet. In theorie verlies je dan bijna elke par 5 en alle lange par 4-en. Gelukkig spelen we de lussen geel-rood. Niet de witte. De holes op wit zijn té lang, de fairways té smal en er is té veel water. En geel-rood is mij altijd wel goed gezind geweest. En toch: de eerste vier holes beginnen slecht. Ik krijg de bal niet fatsoenlijk weg vanaf de tee. Beetje te voorzichtig, misschien, afslaan met een houten 3. Maar toch: op hole 3 sta ik zo maar 1 up. Heel eerlijk, dat punt krijg ik in de schoot geworpen, want Michiel speelt met een verkeerde bal. Ik schrik er zelfs van. Dit kan niet. Klopt helemaal, want prompt gaat hole 4 verloren; twee keer een waterbal. En er komt nog veel meer water, bedenk ik mij. 'Zó zonde' Ik ben de tel kwijt hoeveel ballen ik in het water heb geslagen. Ik schat een stuk of tien. Heel toepasselijk: ik speel met lakeballs. Dieptepunt: met drie slagen voor op de moeilijkste hole van de rode lus sla ik mijn bal twee meter verder in het water. En vanaf dezefde plek nog eens. Weg voorsprong. ,,Zó zonde'', reageert Michiel hoofdschuddend. Doodzonde! Hoe kun je zo slecht spelen? Nu speel je natuurlijk niet alleen. En Michiel slaat soms - voor mij - wereldballen. Hoe kom jij aan handicap 26,5, vraag ik niet begrijpend. ,,Nou ja, dat heb je gezien. Ik sla wel ver, maar alle kanten op. Mijn pro zegt ook dat ik gemakkelijk naar handicap 20 kan. Alleen op deze manier gaat dat niet gebeuren.'' Om vervolgens weer met een hoek zijn bal zoek te spelen. ,,Dat bedoel ik dus.'' Oké. Putten Zo staat Michiel bij de turn slechts 1 up. ,,Alles is nog mogelijk.'' En dat blijkt ook als ik hole 10 win, dankzij een mooie putt. Gelijk! De putter is weer hot vandaag, maar daarvoor moet ik wel eerst op de green zien te komen. Zo blijkt. De volgende holes gaan verloren. Ik hoef niet eens meer te putten. Vier op rij gaan naar Michiel, deels door eigen handelen. Op hole 15 - een par 3 - beleef ik nog even een opleving, maar op hole 16 - een lange par 5 - gaat bij 3&3 definitief het licht uit. 'Je speelt niet tegen mij, je speelt tegen jezelf', herhaal ik de harde maar juiste observatie van Michiel. Michiel, succes in de volgende ronde. En ondanks de smadelijke nederlaag was het toch een aangename golfmiddag. Bedankt!