Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
05.10.2020
ndy Houtkamp
Hoofddorp en Dronten. In afstand niet eens zover bij elkaar vandaan. Toch is het leven op beide plekken best anders. Andy Houtkamp weet er alles van. In 2019 verruilden hij en zijn vrouw Milanda Noord-Holland voor Flevoland. “Dat dorpse gevoel, die rust en ruimte. Het voelt gewoon goed hier!”
Een nieuwe Drontenaar, zo mag je Andy Houtkamp nog wel noemen. Hoewel eigenlijk alle bewoners van het jonge Flevoland vrij ‘nieuw’ zijn, is Houtkamp werkelijk ‘verse aanwas’. Eind 2019 verhuisden hij en zijn vrouw van Hoofddorp naar Dronten. Amper anderhalf jaar verder voelen zij zich hier helemaal thuis. “Dat gevoel hadden we vrijwel meteen”, vertelt Houtkamp. “De nuchterheid en vriendelijkheid van de mensen, de rustige en open omgeving. Dit is onze plek.”
Verrassend veel groeten
Voordat Houtkamp zich middenin Flevoland nestelde, hadden hij en zijn vrouw ook andere potentiële woonplaatsen bezocht en bekeken. “Al onze kinderen hadden hun vleugels uitgeslagen. Daarom wilden we een ander huis, een plek voor ons tweeën”, vertelt Houtkamp. “Omdat de kinderen in en rond Hoofddorp wonen, wilden we een huis in een rustigere omgeving op maximaal anderhalf uur van daar. We reden naar het Friese Steggerda, Volkel in Brabant, Dedemsvaart Overijssel. Het was het allemaal niet voor ons. Tot we midden in die grote cirkel Dronten zagen liggen. Dat werd onze volgende stop.”
“DAAROM WILDEN WE EEN KLEINER HUIS, EEN PLEK VOOR ONS TWEEËN”
De eerste keer dat Andy en Milanda samen door Dronten liepen, werden ze gegroet door vrijwel iedereen die ze tegenkwamen. “Natuurlijk groetten we terug, mét enige verbazing”, vertelt Houtkamp. “Steeds keek ik snel even om en vroeg ik Milanda of zij die persoon kende. Nee, zij ook niet. Onze verbazing zegt iets over wat wij gewend waren in het randstedelijke Hoofddorp, maar het zegt vooral iets over de mensen in Dronten. Het bleek heel normaal te zijn dat je hier gedag zegt. Die bijna dorpse vriendelijkheid vonden we zó fijn. Op zo’n plek wilden we wel wonen.”
Al dat groen, al die ruimte
Terwijl ze rondkeken in Dronten stuitten ze op een nieuwbouwproject, vlak bij de golfbaan. Helemaal Houtkamps plek, want hij is een verwoed golfer. Een prachtige locatie dus, maar de huizen waren voor ons wat te groot, aldus Houtkamp. “We besloten verder te kijken en weer huiswaarts te gaan. Net toen we weg wilden rijden belde mijn zoon.
“TOEVAL BESTAAT NIET, DUS DIT HUIS WAS VOOR ONS BEDOELD."
’Pap, als je nog in Dronten bent moet je nú naar de Golf Residentie rijden. Daar staat jullie nieuwe thuis’. We waren het huis zelf online niet tegengekomen, dus het verraste ons. We reden er heen, zagen het huis en waren verkocht!”
Vrijstaand, vrij uitzicht, vele vierkante meters eigen grond. Het was liefde op het eerste gezicht. Een week later kochten Andy en zijn vrouw het huis én waren zij ineens eigenaar van een woning in Dronten. “Ja, zo snel kan het gaan. Toeval bestaat niet, dat is altijd al mijn instelling, dus dit huis was voor ons bedoeld. Bovendien ben ik verslaafd aan golf, dus deze kans konden we niet laten schieten”, aldus Houtkamp. “Het voelt hier op de Golf Residentie een beetje als een Amerikaans resort. De golfbaan cirkelt als het ware door de woonwijk heen. Al dat groen, al die ruimte. Dit vind je op niet veel andere plekken – misschien wel nergens in het land."
Sterk argument
De ruimte en de omgeving, het zijn twee van de vele plussen waar Houtkamp voor viel. En de ligging, vult hij aan: “Hier in Dronten ervaren we écht de ruimte. Rond ons huis, waar we ’s avonds samen een balletje slaan op de baan, en ook rondom Dronten kunnen we alle kanten op. Op onze e-bikes – we vonden ons er te jong voor, maar hebben ze tóch gekocht, blij mee nu! – fietsen we zo richting Elburg of Kampen. Soms alleen om daar lekker een hapje te eten en dan weer terug te fietsen. Het kan gewoon!”
Ook om een andere reden is de ligging een groot pluspunt. Houtkamp is journalist én commentator bij voetbalwedstrijden. Elk weekend rijdt hij ergens heen om een wedstrijd te verslaan. Van PEC Zwolle tot VVV-Venlo, van Ajax tot Feyenoord, alle kanten op. “We wonen nu midden in het land. Of ik nu naar FC Groningen of ADO Den Haag rijd, het is allemaal ongeveer een uur en een kwartiertje. Voor de verhuizing naar Dronten was het voor ons geen argument, maar achteraf is het een enorm goed argument gebleken.”
“OF IK NU NAAR FC GRONINGEN OF ADO DEN HAAG RIJD, HET IS ALLEMAAL ONGEVEER EEN UUR EN EEN KWARTIERTJE. ALLES VOELT DICHTBIJ.”
Paehlig vs De Jong 5 & 4 ''' 'Als ik het verhaal moet tikken dan wordt het een heel korte hoor. Iets van “Martijn speelde goed, Martijn heeft gewonnen”''', zegt Annette als good old Hans Woudstra op het terras van 'zijn' Zaanse vraagt hoe dat straks dan gaat als ik, ondanks dat ik 29 slagen moet geven, onverwacht toch zou weten te winnen. Onze oude vriend babbelde er vrolijk op los. Oude namen kwamen voorbij, herinneringen aan mooie dagen bij de club: '''ik heb pas geleden nog eens een jasje uit de kast getrokken met het oude nvgj-logo op de borst. Het zat wat ruim'' glimlachte de ook alweer bijna tachtiger voor hij ons uitzwaaide naar de eerste tee. De Zaanse dus. Dat is, ik geef het grif toe, niet mijn favoriete baan. Geen idee waarom, maar met sommige banen heb je nu eenmaal meer, met sommige wat minder. Al hielp het niet dat ik me stiekem ook verheugd had op een ronde op De Goyer, maar daarvoor niet geholpen werd door Friso die zich in de vorige ronde aan Annettes zegekar had laten binden. Zijn nederlaag, en verslag, bezorgde me bovendien de nodige bibbers. “Als iemand handicap 18 heeft op de waterrijke Zaanse, weet je één ding zeker: die slaat een rechte bal. En zo gebeurde op een zonovergoten baan. Annette was super degelijk vanaf de tee, prikte haar houtjes van de fairway recht vooruit, chipte alles netjes in de buurt van de vlag en wist zo de handvol extra slagen die ze kreeg op één na (gehalved) keurig te verzilveren”, schreef hij. Het was precies zoals de in Amsterdam opgegroeide Noord-Hollandse speelde. Niet ver maar alles rechtdoor. Het was echter niet de enige 'maar', er waren er nog twee. Maar 1: maar haar chippen en putten was niet altijd wat het zou moeten zijn. Maar 2: maar ook als het dat wel was geweest was het waarschijnlijk een lastig verhaal geworden ondanks de zes slagen (geen 29 Hans!). Na vijf holes had ik al vier birdieputts op het maximaal dertig centimeter van de cup gelaten, stond ik één boven par voor de ronde...en vier up voor de wedstrijd. Hans: 'En wat doen jullie dan als het na tien holes klaar is', zou toch niet bewaarheid worden? Gelukkig niet nee. Daarvoor was het te gezellig en bovendien herpakte Annette zich uitstekend. Een echte bogeygolfer. Net wat minder afstand, vrijwel alles recht en als je dan je bogeys maakt kom je snel naderbij. Bij het bereiken van de turn was het verschil weer 1 hole, maar na het keerpunt ging het ineens alsnog hard en het was waarschijnlijk vooral de par-5 twaalfde die het moraal bij Annette brak. Waar je banen kan hebben die je minder liggen, heb je dat ook met individuele holes, en Annette had dat met deze hole, zo zei ze nog voor we in de buurt van de tee waren gekomen. Dat gevoel werd er niet beter op toen ze ondanks herhaalde pogingen niet uit de greensidebunker kwam. Met de verkeerde bal ook nog eens constateerden we toen ze de hole op had gegeven. Ook dertien ging verloren na een bal in het water en toen ze op de par-3 veertiende een putt van minder dan een meter een 360 graden ererondje zag maken zonder te vallen en ik mijn korte putt wel maakte, was het ineens gedaan. Met nog vier holes te spelen was de achterstand te groot geworden om nog goed te kunnen maken. We speelden – we moesten toch die kant op – de par-5 vijftiende nog, maar besloten dat dat de laatste was. Tijd voor het terras, bier, bitterballen en mooie verhalen. Het verslag dat Annette voorzag bleek redelijk spot on. Al zou ik er nog wel wat aan toe willen voegen. Martijn speelde goed, Martijn heeft gewonnen, de Zaanse toonde zich van zijn beste kant en het was ontzettend gezellig.
Het is 16:00 uur op maandagmiddag als ik op de eerste teebox sta van Burnham & Barrow Golf Course. De zon schijnt en een Nederlandse vlag wappert in de harde westenwind. Klaar om de strijd aan te gaan met de baan, mijzelf én de wind. Er zijn echt dagen dat je een links course vervloekt. Aan de andere kant is het juist het mooiste wat er is. Wat veroorzaakt nou die tegenstelling tussen liefde en haat? De wind blaast met windkracht 5 vol in mijn gezicht op de eerste tee, direct voor het clubhuis. Zoveel gedachten gaan er door mijn hoofd, van genieten tot angst. Zoals Ben Hogan ooit zei: "Golf is a game of misses. The golfer who misses the best is going to win." Met die gedachte sla ik mijn houten 3 net rechts de rough in. Let's go.
Er zijn van die namen die je telkens weer tegenkomt in een vereniging als de onze, zonder dat je precies weet wie erachter schuilgaat. Ik spreek wellicht voor mezelf, maar de Joop van der Flier-trofee is er zo eentje. Elk jaar wordt ’ie uitgereikt aan de winnaar van onze befaamde matchplaycompetitie. En elk jaar staan die vijf woorden gegraveerd op de bokaal. Maar wie was Joop van der Flier? En waarom juist hij?
Match Play op Golfclub Zeegersloot: Een avond vol plezier, verbazing en uiteraard een klein drama. Ik had er weer zin in. Echt! De wedstrijd op Golfclub Zeegersloot in Alphen aan den Rijn stond op de planning tegen Willem. Een van de mooiste commerciële banen van Nederland, als je het mij vraagt. Verrassend uitdagend, mooie greens, echt een pareltje in de dop. Een aanrader voor iedereen die eens iets anders wil spelen dan de standaard banen. Dus wat doe je dan? Juist: je nodigt je tegenstander uit om daar een potje Match Play te komen spelen. Wie was mijn tegenstander? Willem dus. Vol goede moed en met meer enthousiasme dan talent begon ik aan de wedstrijd, die tevens rond 17u gepland stond. De zon scheen en het was top golf weer. En eerlijk is eerlijk: ik ging als een speer uit de startblokken! Ik stond zomaar ineens 2-up. Verrassend? Absoluut. Verbazingwekkend? Nog meer. Ik durf gerust te zeggen dat Willem zelf ook even z’n wenkbrauwen optrok. Maar ja… dan begint het echte werk natuurlijk pas. Willem, met z’n single handicap, begon langzaam warm te draaien. En ik… tja, ik draaide vooral de verkeerde kant op. Toch had ik op de tweede negen nog een kans om weer van 2-up naar 1-up te komen. Maar zoals het een ware Match Play-leerling betaamt, liet ik die kans natuurlijk liggen. Het werd uitstel van executie. Op hol 13, zo’n moment waarop je denkt “als ik nu iets goeds doe, kan ik nog terugkomen”, maakte ik een fout waardoor ik die kans zag verdwijnen. En iedereen die er een beetje verstand van heeft (en zelfs ik) wist toen al hoe het zou eindigen. Hol 16, een par 3, werd het toneel van mijn ondergang. Als eerste de bal afslaan en dan voor je slaat bedenken dat je eigenlijk helemaal nog geen balletje bent verloren. Je voelt hem al aankomen, "plons" daar ging mijn bal. Willem besliste de wedstrijd met 2 vingers in zijn neus. Wat op een par 3 kan je tegen Willem deze fouten niet permitteren. Maar eerlijk is eerlijk: ik heb genoten. Van de baan, van het weer, van de gezelligheid en vooral van Willem zijn spel. Het is ongekend hoe lekker hij kan golfen, zelfs als hij zelf zegt dat hij niet op z’n best is. En ik? Ik ben voorlopig nog lang niet goed genoeg voor een Match Play-toernooi. Maar ik blijf het proberen, wie weet over 3 jaar. Gelukkig was de borrel en het delen van een hapje de kers op de taart. Want hé, verliezen op zo’n mooie baan is toch nog altijd leuker dan thuis saai op de bank zitten?
Vandaag 7-7 stond er een matchplay-knaller op het programma: Madelon versus Peter, op het altijd imposante The International. Madelon – ondanks een onmenselijk vroege start uit Arnhem, op een tijdstip waarop alleen bakkers en vogels actief zijn – arriveerde in topvorm. De baan? Perfect. Strak gemaaid, snelle greens, en pinposities die vermoedelijk zijn uitgezet door iemand met een licht sadistische inslag. Gelukkig was de rough mild – Moeder Natuur liet ons nog een beetje ademhalen. Het weer kwam met het complete Hollandse assortiment: zon, regen, wolken en wind, allemaal tegelijk en zonder logica. Paraplu een beetje open, een beetje dicht. Repeat. De wedstrijd ging gelijk op. Het was stuivertje wisselen: eerst stond ik 2 up, toen 1 up, daarna ineens 1 down, en voor ik het wist 2 down. Kortom: een potje matchplay-twister. Op hole 16 moest er iets gebeuren. Tijd voor een hero shot! Helaas bleek mijn innerlijke Rory McIlroy vandaag met vakantie. Ik nam nét iets te veel risico – de bal had duidelijk andere plannen. Daarmee was de wedstrijd beslist in het voordeel van Madelon, die bal na bal rechtdoor bleef slaan en putts maakte alsof het niets was. Maar wat een dag. Mooie slagen (soms per ongeluk), eerlijke strijd en vooral veel plezier. En daar gaat het uiteindelijk om – elkaar een topdag bezorgen op de baan. De tweede mooiste overwinning van vandaag was het spelplezier. De eerste? De gele Peter na afloop natuurlijk. Madelon, dank voor de heerlijke dag en veel succes in de volgende ronde!
Niet alleen de wedstrijd was drukbezocht, ook op de prijzentafel was het dringen geblazen tijdens het Jaski Open. Zouden er leden zijn geweest die met lege handen naar huis gingen afgelopen vrijdag? Vast, maar het zullen er niet veel geweest zijn. En ze mochten zich nog beroepen op wel heel veel misfortuin bovendien, zoveel prijzen waren er te vergeven. Naast natuurlijk de prijzen voor de winnaars van de wedstrijd in zowel de A- als de B-categorie en de neary's en longest drives, werd een groot aantal leden verblijd met een prijs tijdens de traditionele loterij. Niels Terol was de gelukkigste van allemaal, hij was het die er met het door Jaski beschikbare kunstwerk vandoor ging, maar ook degenen die een van de andere prijzen in ontvangst mocht nemen deed dat met een grote glimlach. Nee, we spelen niet om de prijzen maar wat zijn we blij dat ze beschikbaar worden gesteld. Daarom langs deze weg nog maar eens dank aan de sponsoren van deze wedstrijd: Wil Hoogland en haar Jaski Art Gallery, Yulin Tjan die Foeke niet alleen met een lege portemonnee achterliet na zijn hole in one, de bijzondere petten van Bay Hill die door George Taylor uit Amerika mee waren genomen, de ballen van Nassau, de wijnen van Sonnenberg, het bijzonder kunstwerk van Ruud Onstein, en niet in de laatste plaats natuurlijk al het tafelzuur dat ter beschikking werd gesteld door Kesbeke. Foeke en Paul gaan er nog een flinke kluif aan krijgen die pot leeg te krijgen voor de volgende editie van het Jaski Open.