Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
25.06.2023
Oftewel, wat weten we eigenlijk van Ruud van Breugel?
Tekst en foto’s Ruud Taal
We spreken af in het Mediapark (waar anders?) en treffen elkaar op het kruispunt van het Joop van den Endeplein en de André van Duinboulevard. Een boulevard waar heel wat dromen gebroken, maar ook veel uitgekomen zijn.
Ruud van Breugel: “Hier, op de 2e verdieping, had ik mijn allereerste kantoor als tv- producent. Van daaruit zijn we zo’n beetje over het hele Mediapark verhuisd. Ik vond het belangrijk om dichtbij onze klanten te zitten. Ik wist bijvoorbeeld precies wanneer ze ’s ochtends bij hun kantoor aankwamen en liep ze dan quasi toevallig tegen het lijf. Als ik ’s nachts wakker lag stuurde ik ze ook wel eens een sms’je. Vonden ze niet leuk, maar zo bleven onze voorstellen wel top of mind. Zo probeerde ik altijd te voorkomen dat hun aanvankelijke enthousiasme tegen hobbels aan zou lopen, want er zijn honderden tv-producenten actief. Dus steeds weer even dat beslissende duwtje geven.”
Diepte-investering
Veel momenten in van Breugel’s carrière kunnen het best als ‘volstrekt toeval’ worden omschreven: “Al mijn beslissingsmomenten zijn anekdotes. Na mijn ‘extreem linkse’ studie sociologie in Utrecht en economie in Rotterdam — en nog een beetje theologie en filosofie — begon ik met een stel vrienden (en een uitkering) een onderzoeksbureautje. Dat vond ik al gauw niks en ben in mijn eentje op de fiets naar Frankrijk vertrokken. Toen ik terugkwam lag er een telefoonnummer dat ik ‘moest’ terugbellen. Vrijdagmiddag, kwart over vier, ik ken het telefoonnummer nog uit mijn hoofd. Op de valreep van de week kreeg ik Ingrid Wesseling van de Ondernemingsraad van de KRO aan de lijn. ‘Waarom belt u?’, vroeg ze. ‘Ik ken u helemaal niet. Heeft u gesolliciteerd of bent u misschien benaderd door de sociale dienst?’ Al snel bleek dat ze een secretaris voor de OR zochten. ‘Ik stuur u meteen een informatiepakketje, dan kunt u dat in het weekend bestuderen’, zei ze.
Maandagochtend vroeg ging ik met de trein van Utrecht naar Hilversum om mijn
sollicitatiebrief persoonlijk af te geven bij de KRO. Ik was amper weer thuis toen de telefoon ging: ‘Kunt u morgen op gesprek komen?’ Met een van mijn broer geleende nette broek heb ik toen een gesprek gehad, gevolgd door een verzoek om donderdag de finesses door te nemen. Toen heb ik mijn eerste diepte investering gedaan: een nieuwe broek.”
Eerste baan
Het klinkt als uit een grote jongensboek, maar op 15 september 1984 kreeg de jonge drs. Ruud van Breugel zijn eerste baan: secretaris van de Ondernemingsraad van de KRO. Zijn carrière leek echter ten einde toen hij na een jaar werd ontboden bij de KRO-voorzitter, Ben Schmitz. Ruud daarover: “Ik werd best lastig gevonden met allerlei plannen en kreeg ook wel eens te horen dat ‘ik alles overnam’. Dus ik dacht ‘die man wil van me af’. Maar dat pakte heel anders uit. Hij wilde me als directiesecretaris, ‘omdat alles wat jij doet wij eigenlijk zelf hadden moeten doen’. Maar procedureel mocht hij dat helemaal niet aan me vragen. Toen kort daarop de huisjurist overleed werd me gevraagd om alsnog onder het mom van ‘juridisch medewerker’ te solliciteren. Uiteraard kreeg ik die baan en werd via die omweg alsnog secretaris van de directie, met een spoedcursus ‘rechten’ en praktische tips door de jurist van de NOS.
Inmiddels had ik het KRO-bedrijf al aardig leren kennen, dus toen na een reorganisatie de functie van adjunct-directeur TV vrijkwam heb ik daarop gesolliciteerd. Maar na 18, jawel, gesprekken werd ik afgewezen. Ik kon daarvoor zelf genoeg redenen bedenken, maar was ongekend benieuwd wat zij zouden aanvoeren. Toen overkwam me de grootste gotspe ooit: ‘Ik leek te veel op de directeur’. Ik ontplofte en heb meteen vakantie genomen. Ik was al bijna adjunct-directeur van ‘Mensen in Nood’ toen dezelfde Ben Schmitz mij belde. ‘We hebben een probleem. Een onderzoeksbureau heeft ons voor gek verklaard door jou te laten lopen. ‘Haal hem onmiddellijk terug adviseerden ze!’ Ik kreeg de baan alsnog.”
Nijntje
Het curriculum vitae van Ruud van Breugel zou hierna eenvoudig kunnen worden ingevuld met logische carrièrestappen tot aan zijn pensioen. Maar Ruud een beetje kennende zijn we nog niet op de helft: “Mijn nieuwe functie hield onder andere het aankopen van producties in. In die tijd kon ik via een uitgeverij pitchen op film- en videorechten van Dick Bruna’s Nijntje. Voor 52 afleveringen. Maar animatie was voor ons een volkomen nieuw medium. Ik geloofde er wel in en kwam in contact met de Amerikaanse animator en striptekenaar Gene Deitch, die veel faam had verworven met het verfilmen van kinderboeken. Het was opvallend dat ook Dick Bruna met die naam aankwam. Dus dat klikte meteen.
Daarmee had ik echter buiten het Hoofd Jeugdprogramma’s van de KRO gerekend, die meende tegen Dick Bruna te moeten zeggen dat hij niet kon tekenen. Die was tot op het bot beledigd. Kansloos dacht ik, maar toen ik weken later toch nog eens met de uitgever belde werd er verbaasd gereageerd ‘waarom ik niet eerder had gebeld’. Ze stonden op het punt om te beslissen. Toen was alles gauw rond en stuurden we een persbericht uit. Dat viel
volkomen fout bij de KRO-directie, want die miljoenen zouden ze niet gaan investeren! ‘Bel ze maar af’. Toch was ik er in mijn naïviteit van overtuigd dat het zou lukken. Het verhaal naar mijn directie heb ik toen maar een beetje omgedraaid en gezegd dat de uitgever per se wilde dat ik het zelf zou doen. Dus kondigde mijn ontslag aan. Wel een probleem, want hoe kwam ik aan 2,5 miljoen gulden? Met geleend geld en een beetje steun van de KRO heb ik uiteindelijk de rechten voor de hele wereld, exclusief Japan en Korea, gekocht en begon mijn eigen productiebedrijf Palm Plus Producties.” Ruud wijst daarbij naar de kantoren op de eerste verdieping aan de André van Duinboulevard.
Goud
Maar er moest natuurlijk meer gebeuren, want voorlopig kwam er geen geld binnen. Eerst moesten de verfilmingen plaatsvinden, dus werden documentaires geproduceerd om wat te verdienen, vaak met steun van het Filmfonds,. De tweede productie leverde al meteen een Gouden Kalf op voor ‘Stalin had een brug beloofd’, over de gevolgen van de ineenstorting van de Sovjet Unie. En in 2006 een Gouden Roos voor het IKON kerstprogramma ‘Gospel in Paradiso’. Andere producties van Palm Plus Producties, veel later, zijn ‘De bevalling’, ‘Wegmisbruikers’ en ‘Je zal het maar hebben’. Sommige draaien nog steeds. Uiteindelijk heb ik Palm Plus Productie in 2012 overgedaan aan het Zweedse Zodiak.”
In 2014 werd Ruud partner in Vincent TV-producties, met kijkcijfer-successen als ‘5 Days Inside’ met Beau (Televizier Ring 2018), ‘Steenrijk, straatarm’ en ‘Weekend Miljonairs’. Maar ook het programma dat aanvankelijk geen omroep wilde hebben: ‘Chateau Meiland’. En daarmee wonnen we in 2019 wel een Televizier Ring.” Een attente kijker herinnert zich ongetwijfeld het winnende tableau de la troupe op het podium van Carré, waarin Ruud steeds een plaatsje verder naar het hart van het beeld opschoof.
De NVGJ
Maar hoe kwam dan ooit de NVGJ in beeld? Ruud: “Dat is weer te danken aan contacten met Pieter Landman, met wie ik op de mediabeurs van Cannes graag een drankje deelde. Pieter was daar namens de Wereldomroep. Een afspraak die geen enkel zakelijk doel had, want ik maakte niks waar zij iets mee konden. Alleen gezellig kletsen. Maar dat contact resulteerde op ‘een’ vrijdagmiddag wel in het verzoek om te helpen bij de realisatie van BVN-tv. De Wereldomroep wilde een dagelijks televisieprogramma maken voor Nederlanders in het buitenland. Maar zij waren radiomensen en hadden daar helemaal geen ervaring mee. Een bizar moment, want het ging in eerste instantie om 300 afleveringen. Een mega-opdracht. ‘Maar wil je wel maandag een businessplan indienen, want we hebben wat haast’. Vervolgens heb ik 10 jaar lang die programma’s gemaakt. De Wereldomroep werd mijn grootste klant. Maar dat weet eigenlijk niemand, want ik wilde niet op de titelrol staan om lastige vragen van andere zendgemachtigden te voorkomen.”
Sinds vorig jaar doet Ruud even helemaal niks: “Ik stap voorlopig nergens in. Misschien volgt er wel weer wat nieuws, maar dan bij voorkeur met jonge talentvolle mensen. En dan nog alleen voor het maken van langlopende programma’s. Daar blijk ik nu eenmaal goed in.”
Wat bij de NVGJ niemand zal ontgaan is Ruud’s inzet als sponsor van onze club. Ruud: “Als Hans Terol belt weet ik dat het weer het duurste telefoontje van het jaar wordt. Maar ach, die ‘arme sloebers van de NVGJ’ ……”
Onze onvolprezen wedstrijdleider René Brouwer heeft een (eerste) flightindeling in elkaar geknutseld voor onze wedstrijd op De Pan, maandag 29 juli. En die is HIER te zien. Hij laat verder weten dat er geen lunchpakket zal worden uitgereikt, maar na afloop kan iedereen wel genieten van een Surinaams buffet. De eerste flight gaat om 12 uur de baan in. Er zijn 40 deelnemers en iedereen start vanaf hole 1. De wedstrijdleiding vraagt met klem of iedereen op tijd aanwezig kan zijn.
Enkele dagen voordat de NVGJ De Pan aandoet is de vooraanstaande Utrechtse golfclub De Pan getroffen door een felle brand in de machineloods. Vrijwel al het maaiapparatuur is zondagmiddag in vlammen op gegaan. De brandweer was snel ter plaatse om erger te voorkomen. De brand ontstond door de accu van van een dieselmaaier uit 2015, zo wezen beelden van een camera uit. De greenkeepers doen voorlopig hun werk met reserve-apparatuur. Ook schoten andere golfclubs, zoals de Eindhovensche, te hulp met machines die ze momenteel niet gebruiken. Volgens De Pan is verder alles in orde en kan er gewoon gegolfd worden. (Bron: Golf.nl)
Op mijn verzoek vroeg ik Ronald onze onderlinge partij in de verliezersronde op Waterland te spelen. Een afspraak eerder deze week bliezen we af, omdat het zo ongeveer hetzelfde weer beloofde te zijn als een week eerder op sluispolder. De verdaging betaalde zich uit: strakblauwe lucht en windstil! Ronald kreeg 8 slagen mee, maar dat was niet waardoor ik de partij verloor. Vanaf de start kwam ik geen moment in de wedstrijd, mede doordat ik te veel risico's nam. Ronald sloeg alles kaarsrecht en rustig, en kwam zodoende al snel 4 up. Uit het niets wist ik toch nog voor de turn drie holes terug te snoepen en dus het zou op de tweede deel van het parcours nog moeten kunnen. Maar helaas... Vroeger speelde ik graag Stratego en dammen, wat noodzaakt tot slim spel, maar dat zat er vandaag niet in. Ik maakte mij meer druk - met af en toe een flinke krachtterm - om de vele verkeerde keuzes die ik maakte. Achteraf is het makkelijk praten. Misschien dat ik thuis toch maar weer eens, ter voorbereiding op een ronde golf, de Stratego-doos uit de kast moet pakken. Een kleine troost was dat ik hole 14 nog wel wist te winnen, de hole die de naam draagt van mijn legendarische jeugdheld, die alleen op papier een lagere handicap had dan het rugnummer waarmee hij beroemd is geworden. Ronald was zeer aangenaam gezelschap; bovendien heeft hij zijn spel flink verbeterd. Kon ik dat laatste maar over mezelf zeggen, maar door andere sporten (tennis, squash, fitness - wat ik veel vaker intensief en ook met veel plezier doe) blijft het golfspel onder de maat. Ach, 'you can't win them all', zal ik maar zeggen. Golf is vastigheid, dus vaak spelen, regelmatig naar de driving range en de chipping en putting green, etc... Maar door mijn vijfdaagse werkweek is er gewoon tijd te kort. Op het terras was het een lekker biertje met een aangenaam gesprek. ronald vertelde dat het na zijn (vervroegde) pensionering eerst vooral wennen was, maar inmiddels heeft hij nieuwe invulling gevonden. Onder andere als vrijwilliger op communicatievlak bij de laatselijke voedselbank, wat weer uitstekend past bij zijn huidige (zo goed als afgeronde) studie in de communicatie. Hij vertelde ook trots te zijn op zijn echtgenote, die na een dienstverband van veertig jaar bij Ahold nog een mooie promotie heeft gemaakt op het hoofdkantoor in Zaandam. Daar is ze nu duizendpoot voor een aantal leden van de bestuurlijke top van het megaconcern. Bij terugkomst weet ik zeker dat Ronald met zijn benen languit op de bank, aaiend tegen zijn aanloopkat met blauwe ogen heeft gemurmeld "En nu Sonja van de Rhoer..." Ronald, bedankt voor de middag en denk om je kilo's die je toch mee moet torsen. Verhalen van je overheerlijke kookkunsten klonken mij als muziek in de oren, maar wellicht toch ietsje minder opscheppen en vlees minderen? Hartelijke groet.
Daar is geen kruid tegen gewassen, was mij al op de eerste hole duidelijk. Simpele birdie voor Peter van Weel en de meer gebruikelijke bogey voor ondergetekende. Daarna een steady vervolg. Peter reeg de pars als kralen aan een ketting. Terecht zei hij na afloop onder het genot van een drankje en een heerlijke Flammkuchen: 'Als ik maar parren blijf maken valt het kwartje vanzelf mijn kant op'. Want, spelen tegen een plus-handicapper betekent de facto dat er een grotere druk op je eigen spel staat dan gewoonlijk. En dan kun je twaalf slagen mee krijgen, die verdwijnen als sneeuw voor de zon als je tegenstander je zo onder druk kan zetten. Peter had er duidelijk zin in. Mopperde wel wat over langzame greens die ook nog eens net waren bestrooid met een laagje (kalk?)korrels, maar was lovend over de algemene staat van de Euregio-baan in Bad Bentheim. Ondergetekende deed zijn best, speelde best aardig, maar het was allemaal lang niet goed genoeg. Toch was het een genot eens met een speler van dit kaliber door de baan te gaan. Het gemak waarmee Peter zijn ijzers slaat is opvallend. De driver kwam er nauwelijks aan te pas.Met 5 & 3 viel op de vijftiende hole het doek. Voor het restant van dit matchplaytoernooi voorzie ik goede kansen voor Peter. Jeroen mag als eerste zijn borst nat maken. Alle overblijvende deelnemers wens ik vanuit de Grafschaft Bentheim veel succes.
Hannie Verhoeven is één van de twee NVGJ’ers die zich door een artikel op onze website over Het Nieuwe Golfen heeft laten inspireren en daarvoor lessen heeft gevolgd. Zij ging er aanvankelijk een stuk beter door golfen, haalde bijna hc 20, maar is inmiddels weer een paar punten omhoog gegaan. Maar de donderdag dat wij in stralend weer en bij een graadje of 25 op Golfbaan Haverleij onze matchplay wedstrijd speelden, was er zo één dat ik dacht: doen, het Nieuwe Golfen! Alle drives ging recht en ver en hadden een prachtige balvlucht, mede natuurlijk door haar enorm energieke swing. De eerste negen holes ging het nog redelijk gelijk op. Hannie speelde van rood en ik van blauw en zij kreeg twee slagen mee, die beide werden verzilverd. Bij de wisseling van de gele naar de rode lus stond ik 1 down, na 10 en 11, twee holes waar het Hannie meezat en mij niet, stond zij 2 up, en zij bleef vervolgens maar overdreven fanatiek géén fouten maken. Sterker: ze ging steeds beter spelen, met een mooie 20 punten over de tweede negen als gevolg. Ik won pas weer een hole toen de partij al was gespeeld, zij sloot af met een prachtige par (‘Hier nooit een par gespeeld’), geheel in lijn met andere vrolijke noten zoals: ‘Zo ver heb ik hier nooit geslagen’, ‘Hier heb ik nog nooit gelegen’ en ‘Oe, die ging wel heel lekker.’ Ja, Hannie. Ondertussen worstelde ik mij achter haar aan. Bij mij gaat het al anderhalf jaar zelden ‘oei, wat die ging die lekker.’ De fairway slagen en approaches worden door Hannie met dezelfde Nieuwe Golfen techniek uitgevoerd. Een techniek die gebaseerd is op het innemen van je startpositie zoals je de bal bij impact ook wil raken. Dat ziet er soms wel apart uit maar het effect was op deze donderdag fenomenaal. We speelden op Haverleij omdat zij hier lid is geweest, de baan door de regen ongeveer de helft van het jaar dicht is geweest en Hannie – en anderen – ter compensatie gratis greenfees kregen voor introducee’s. Zelf heeft ze hier nu geen lidmaatschap meer, maar een 60 ritten kaart en daarnaast is ze nu lid op Prise d’Eau. Ze speelt overal en nergens, met een zus, vriendinnen of ze doet mee aan Dames middagen, maar ze speelt ook vaak alleen: ‘Negen holes, na het werk, als ik zin heb om even buiten te zijn. In een uur en een kwartier rond, ik vind het heerlijk. Heel raar dat niet veel meer mensen dat graag doen.’ We bespraken ondertussen van alles, zoals mijn hernieuwde poging om met behulp van een dieet van mijn viceraal vet af te komen (Google het maar eens). (Je was een paar jaar geleden wel slanker’. ‘Ja, ja Hannie.’) Dat dieet is Keto. Nadat ik op de sportschool (zeker 4 keer in de week) via een slimme weegschaal was doorgelicht’, omdat ik wel ‘steviger’ werd maar niet echt afviel, bleken alle indicatoren lichaamstechnisch gesproken in orde, behalve dus dat viscerale vet. Aangezien ik veel sport, niet teveel en zeker gezond eet was de conclusie dat alcohol de grote boosdoener moest zijn. Eens kijken of het helpt als ik eventjes geen alcohol meer drink, besloot ik. Maar dan is de stap naar het Keto dieet een kleine: Je mag er niet bij drinken, maar verder kan je er heerlijk en genoeg bij eten, zolang er maar geen koolhydraten in zitten: roerei met wat spinazie, tomaatjes en zalm bijvoorbeeld, rijk gevuld omeletje, magere yoghurt met blauwe bessen. ’s Avonds een groenteschotel in de oven met kabeljauw. Een ei- spek-avocado-paprika bowl: verwennerij. Kaas, vis, kip, ander vlees, het mag allemaal. Het idee is dat als je nauwelijks koolhydraten eet, je vet gaat verbranden. Op het terras bij één zondig alcoholvrij biertje (15 gr koolhydraten, ik mag er tussen de 20 en 50 per dag) en uiteraard zonder bitterballen, hadden we het uitgebreid over haar fotografie activiteiten: ze is nog zeer actief, maar alleen als de klant bereid is er een redelijke prijs voor te betalen. ‘Ze realiseren zich vaak niet dat je aan het bewerken net zoveel tijd kwijt bent als aan het maken. Willen ze daar niet voor betalen, dan ga ik net zo lief golfen, zeker in deze tijd van het jaar.’ Gelijk heeft ze. Hannie, succes in de volgende ronde. Ik wacht weer op volgend jaar.
Ons gewaardeerde lid Andy Houtkamp, bezig met een laatste rondje langs de velden, is woensdagavond in een vol Pim Mulier honkbalstadion tijdens de Haarlemse Honkbalweek in het zonnetje gezet. Hij kreeg vanuit de organisatie van het evenement een door het Koninkrijksteam een gesigneerd shirt. En de KNBSB eerde Andy met de Slugger Award voor zijn jarenlange inzet ter promotie van de honk- en softbalsport in de Nederlandse sportjournalistiek. Ook mocht hij de eerste bal gooien van de de wedstrijd tussen Nederland en Japan (1-5). Beide landen waren al geplaatst voor de halve finale. Andy, de zoon van oud-honkbalinternational en oud-softbalbondscoach Nol Houtkamp, wacht nog één grote klus: commentaar geven voor de NOS tijdens de Olympische Spelen in Parijs (atletiek). Afscheid nemen met goud behoort dus tot de mogelijkheden.